Samenvatting

Samenvatting hoofdstuk 5 en 6 vastgoedkunde

0 keer verkocht

Vak
Vastgoedeconomie

Instelling
LOI - Leidse Onderwijsinstellingen

Samenvatting hoofdstuk 5 en 6 vastgoedkunde. Let op: de samenvatting beschikt over oefenvragen voor het examen met antwoorden, ideaal dus voor het snelle leren!! Hoofdstuk 5: markten Hoofdstuk 6: geld en bankwezen

[Meer zien]

Voorbeeld 2 van de 14 pagina's

Bekijk voorbeeld

Geupload op 12 april 2023
Aantal pagina's 14
Geschreven in 2022/2023
Type Samenvatting

hoofdstuk 5 markten
samenvatting hoofdstuk 5 en 6 vastgoedkunde
hoofdstuk 6 geld en bankwezen

Volgen

ellesvanriezen Lid sinds 3 jaar 86 documenten verkocht

€6,99

Ook beschikbaar in voordeelbundel v.a. €24,48

In winkelwagen

Opslaan

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Ook beschikbaar in voordeelbundel (1)

Samenvattingen van vastgoedeconomie, super handig voor het leren!!

€ 27,96 € 24,48

2x verkocht

4 items

1. Samenvatting - Samenvatting van hoofdstuk 1 en 2 vastgoedeconomie
2. Samenvatting - Samenvatting hoofdstuk 3 en 4 vastgoedeconomie
3. Samenvatting - Samenvatting hoofdstuk 5 en 6 vastgoedkunde
4. Samenvatting - Samenvatting hoofdstuk 7 en 8 vastgoedkunde
Meer zien

Hoofdstuk 5 Markten
 Wat betekent een concrete markt?

Op een concrete markt komen vrager en aanbieder fysiek bij elkaar, en zijn de goederen die
verhandeld worden ook aanwezig.

 Wat betekent een abstracte markt?

Op de abstracte markt ontmoeten de aanbieder en de vrager elkaar niet, en ook de
verhandelde goederen hoeven niet aanwezig te zijn.

 Welke vier soorten binnen markten worden onderscheiden?
o primaire sector: deze sector heeft alles te maken met de natuur.
o Secundaire sector: deze sector volgt de primaire sector; hierin worden de producten
uit het land- en bosbouw en delfstoffen bewerkt in een industrieel proces.
o Tertiaire sector: bedrijven die in deze sector opereren, zijn commercieel
dienstverlenend bezig.
o Quartaire sector: onder deze sector valt alle non-Profit dienstverlening.
 Wat zijn de vier factoren die van invloed zijn op de prijsvorming van de aanbieder?

1. Aantal markt prijzen
2. Aard van de goederen en of diensten
3. Transparantie van de markt en marktkennis
4. Toetredingsmogelijkheden tot de markt

 Wat bepaalt de marktmacht?

Het aantal aanbieders. Bijv. Zijn er veel aanbieders van producten en diensten, dan hebben
vragers veel keuze en ligt de markt macht meer bij hen.

 Wat houdt homogene producten in?

Bij homogene producten hebben consumenten geen voorkeur voor de individuele aanbieder
van die producten. Ze zijn bereid een marktprijs te betalen voor deze goederen.

 Wanneer spreek je van heterogene producten?

Bij luxe goederen en of merkartikelen vinden consumenten het meestal wel belangrijk welke
producent er achterstaat. Producten zijn heterogeen als ze in de ogen van de consument
verschillend zijn.

 Welke vier marktvormen zijn er?

1. Volledige mededinging
2. Monopolie
3. Oligopolie
4. monopolistische concurrentie

,  Welke kenmerken van de marktvorm volledige mededinging zijn er?
o Aantal aanbieders: veel
o Aard van goederen en/of van diensten: homogeen
o Markt transparantie: zeer transparante markt
o Toetredingsmogelijkheden: eenvoudig
o Kenmerkend voorbeeld: bloemkweker, product: bloemen.

Volledige mededinging is de marktvorm waarbij veel aanbieders homogene producten
aanbieden en er tegelijk ook veel vragers zijn.

 Hoe wordt de marktvorm volledige mededinging ook wel genoemd?

Volkomen concurrentie.

 Wat zijn de kenmerken van de marktvorm monopolie?
o Aantal aanbieders: een.
o Aard van goederen en/of van diensten: homogeen/heterogeen.
o Markttransparantie: transparante markt
o Toetredingsmogelijkheden: eventueel mogelijk .
o Kenmerkend voorbeeld: Nederlandse aardolie maatschappij (NAM) met gaswinning.

Monopoly is de marktvorm waarbij één aanbieder een bepaald product of bepaalde dienst
aanbiedt. Daartegenover staan veel vragers.

 In principe is de monopolist vrij om zijn eigen prijs te betalen, hoe noemen wij hem
dan?

Een prijszetter.

 Welke drie soorten monopolies zijn er?

1. Natuurlijke monopolie: grondstof komt op een bepaalde plaats in een land voor en
de winning van de grondstof is gegund aan slechts een partij.
2. Wettelijke monopolie: de overheid bepaalt dat het product en/of de dienst maar
door een organisatie geleverd wordt.
3. Feitelijke monopolie: en aanbieder heeft vrijwel alle concurrenten uitgeschakeld en
domineert de markt.

 Wat zijn kenmerken van de marktvorm oligopolie?
o Aantal aanbieders: weinig.
o Aard van goederen en/of van diensten: homogeen/heterogeen.
o Markttransparantie: ondoorzichtige markt.
o Toetredingsmogelijkheden: zeer moeilijk.
o Kenmerkend voorbeeld: luchtvaartindustrie met passagiersvliegtuigen.

Dit zijn jouw voordelen als je samenvattingen koopt bij Stuvia:

Bewezen kwaliteit door reviews

Studenten hebben al meer dan 850.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet jij zeker dat je de beste keuze maakt!

In een paar klikken geregeld

Geen gedoe — betaal gewoon eenmalig met iDeal, creditcard of je Stuvia-tegoed en je bent klaar. Geen abonnement nodig.

Direct to-the-point

Studenten maken samenvattingen voor studenten. Dat betekent: actuele inhoud waar jij écht wat aan hebt. Geen overbodige details!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.