Hey, dit is een oefentoets van vragen voor het vak Zorg voor mensen met een functiebeperking. Het zijn MC en openvragen met uitwerkingen. Colleges, boeken en artikelen! Als je vragen hebt, stuur gerust een bericht .
Zorg voor mensen met een functiebeperking
Hey, dit is een oefentoets van vragen voor het vak Zorg voor mensen met een functiebeperking.
Het zijn MC en openvragen met uitwerkingen. Colleges, boeken en artikelen! Als je vragen hebt,
stuur gerust een bericht 😊.
Voorbeeld:
Welk syndroom past het best bij de volgende beschrijving?
“Dit kind heeft een niet-chromosomaal syndroom en heeft problemen met het geheugen en
de aandacht. Ook denk ik dat hij verstandelijk beperkt is. Hij heeft ook een platter en kleiner
hoofd dan anderen kinderen.”
Over het algemeen is de zorg in Nederland niet heel erg slecht geregeld. Jij als pedagoog zal
later moeten zorgen dat je problemen zo professioneel mogelijk zal behandelen.
a. Wat zijn vier centrale vragen in de professionele praktijk?
b. In welk model komen die vragen samen?
c. Wat beschrijft het ICF-model (WHO, 2001) en wat zijn de zes onderdelen hiervan?
d. Wat wil het voorstel voor nieuwe definitie van gezondheid veranderen?
, 1. Hoe noem je het als de ontwikkeling van een persoon anders verloop (andere
bouwstenen)?
a) Different
b) Delayed
c) Divergent
d) Dissociated
2. Welke stelling is juist?
1) Stanford en Binet (1910) hebben 3 niveaus voor de classificatie bedacht
2) Definitie van mentale retardatie (2002) stelt dat de beperking zichtbaar moet zijn voor
het 16e levensjaar
a) Beiden juist
b) Geen van beiden juist
c) 1 juist
d) 2 juist
3. Welk syndroom past het best bij de volgende beschrijving?
“Dit kind heeft een niet-chromosomaal syndroom en heeft problemen met het geheugen en
de aandacht. Ook denk ik dat hij verstandelijk beperkt is. Hij heeft ook een platter en kleiner
hoofd dan anderen kinderen.”
a) Klinefelter
b) Prader Willi
c) FASD
d) Tubereuze sclerose
4. Wat is geen aanname bij de 2002 definitie van een vb?
a) Een belangrijk doel is het maken van een profiel voor ondersteuningsbehoeften
b) Dat een de gedragskenmerken vaak niet de enige problemen zijn die mensen hebben
c) Beperkingen gaan vaak samen met de sterke kanten van een persoon
d) Valide assessment bekijkt meer verschillen dan alleen zintuigelijke en gedragsfactoren
5. Welk antwoord past er het best bij de volgende uitspraak?
“Mijn baby huilt echt op een rare manier. Wat blijkt: ze heeft een deletie op de p arm van
chromosoom 5!”
a) Trisomie 4p
b) Apert
c) Myotone dsytofie
d) Cri du chat
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Lotteantionette. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €0,00. Je zit daarna nergens aan vast.