PERSONEN- EN FAMILIERECHT
Compendium van het personen en familierecht 13e druk
1e leerjaar kwartiel 3
19-04-2023
,Hoofdstuk 1 Inleiding
Het nieuwe Boek 1 sinds 1 januari 1971, het echtscheidingen en familierecht is sindsdien sterk in
beweging geweest. Ook het EVRM en het IVBPR hebben tot ingrijpende rechtspraak geleid.
Inhoud boek 1 het personen- en familie recht zijn hierin geregeld.
Personen: regels betreffende de rechtspositie van de persoon als zodanig.
Familierecht: regelt de rechtsverhoudingen die uit samenlevingsvormen, te weten huwelijk
en geregistreerd partnerschap en die uit afstamming voortvloeien.
Familievermogensrecht: het erfrecht en het huwelijks- en
partnerschapsgoederenrecht.
Jeugdrecht: kent een publiekrechtelijke (jeugdwet, jeugdstrafrecht) en privaatrechtelijke
(kinderbeschermingsmaatregelen) kant.
Hoofdstuk 2 De algemene bepalingen (titel 1)
Rechtssubjecten of personen-> drager van rechten en plichten
Dit zijn natuurlijke- of rechtspersonen
Art 1:1 BW-> spreekt in beginselverklaring uit dat ieder in Nederland vrij is.
Lid 1: beginsel dat ieder gelijkelijk rechtsbevoegd is.
Persoonlijkheid-> vangt aan met het levend ter wereld komen. Uitzondering, een kind waarvan een
vrouw zwanger is wordt als geboren aangemerkt (art. 1:2). En deze eindigt bij de dood, de rechten en
plichten gaan over op zijn erfgenamen.
Bloedverwantschap-> de betrekking tussen personen van wie de een van de ander afstamt (rechte
linie), of tussen personen die een gemeenschappelijke stamvader hebben (zijlinie).
Art. 1:3 lid 1: geen definitie, maar geeft slechts de graad aan hoe het bloedverwantschap
berekend moet worden.
Familierechtelijke betrekking het bestaan van juridische bloedverwantschap, betekend het bestaan
van een rechtsverhouding tussen de bloedverwanten.
Aanverwantschap-> berust op het huwelijk of het geregistreerd partnerschap, er ontstaat een
aanverwantschap tussen de ene echtgenoot/partner en de bloedverwanten van de andere
echtgenoot/partner. De graad is gelijk aan de graad van bloedverwantschap tussen de andere
echtgenoot/partner en diens bloedverwant (art. 1:3 lid 2)
Art. 1:229 BW adoptie
Familie- en gezingsleven-> art. 8 EVRM, van belang of er familierechtelijke rechten en verplichtingen
kunnen ontstaan. Kan samenvallen met bloedverwantschap
,Hoofdstuk 3 De nationaliteit
Verkrijging Nederlandschap rechtswege->
1. Op het moment van geboorte als vader of moeder Nederlander is, art. 3 RWN
2. Door erkenning na de geboorte door een Nederlandse man of vrouw mits dit gebeurt
voordat het kind 7 jaar is of binnen een jaar na de erkenning het biologisch ouderschap
wordt aangetoond door de erkenner, art. 4 lid 2 en 4 RWN
3. Door gerechtelijke vaststelling van het ouderschap van een Nederlander, mits het kind
minderjarig is. Art. 4 RWN
4. Door adoptie van een minderjarig kind bij rechterlijke uitspraak als ten minste 1 ouder
Nederlander is, art. 5 RWN
Verkrijging Nederlandschap door optie-> door het afleggen van een schriftelijke verklaring, art. 6
RWN
Verlenging Nederlandschap-> door verlenging van het Nederlandschap dmv naturalisatie, art. 7-13
RWN
Verlies Nederlandschap-> art. 14-16a RWN, treedt niet in als staatloosheid daarvan het gevolg zou
zijn tenzij het frauduleus is verkregen art. 14 lid 8.
Gronden voor verlies meerderjarige: art. 15 en 15a RWN
Gronden voor verlies minderjarige: art. 16 en 16a RWN.
Hoofdstuk 4 De naam
Functie naam-> het individualiseren van een persoon
Verkrijging geslachtsnaam-> art. 1:5 BW, de ouders kiezen de geslachtsnaam van hun kind.
1. De ouders kiezen 1 van hun namen
2. De keuze die de ouders bij hun eerste kind doet geldt voor alle volgende kinderen van deze
ouders in het belang van de eenheid van hun gezin, lid 8.
3. Een eenmaal door de ouders gedane keuze kan niet worden herzien, echter kan het kind als
hij meerderjarig is zijn naam wijzigen, dit dient door koninklijk besluit op verzoek van
betrokkene of wettelijke vertegenwoordiger, art. 1:7
Wanneer geen naamkeuze wordt gedaan->
1. Binnen huwelijk of geregistreerd partnerschap krijgt het kind de naam van de vader, art. 1:5
lid 5 BW, of de naam van de duomoeder, art. 1:5 lid 5 jo. Lid 13.
2. Bij adoptie krijgt het de naam van de vader, wanneer er geen keuze wordt gemaakt behoud
het kind zijn originele naam
3. Bij erkenning krijgt het kind de naam van de geboortemoeder, art. 1:5 lid 2
4. Gerechtelijke vaststelling houdt het kind de naam van de geboortemoeder, art. 1:5 lid 2
Bewijs van de geslachtsnaam-> men kan volstaan met de geboorteakte, dit levert dwingend bewijs
op, art. 1:6 BW
, Verkrijging voornaam-> normaliter bij de geboorte d.m.v. van het aangeven van de naam aan de
ambtenaar van de burgerlijke stand die het in een akte opneemt, art. 1:4 lid 1. De keuze van
voornamen is vrij met lid 2 als beperking.
Wijziging voornaam-> door verzoek van de betrokkene of de wettelijke vertegenwoordiger, op grond
van een rechterlijke last, art. 1:20 en 20a BW.
Bescherming van de naam-> art. 1:8 BW, Gebruiken van een andere naam kan onrechtmatig en zelfs
strafbaar zijn.
Naam echtgenoten en geregistreerde partners-> art. 1:9 BW geeft het recht en niet de plicht de naam
van je partner over te nemen of volgend op je eigen geslachtsnaam.
Hoofdstuk 14 Curatele
Curatele-> art. 1:378 een meerderjarige kan onder curatele worden gesteld wanneer hij tijdelijk of
duurzaam zijn belangen niet behoorlijk waarneemt of zijn veiligheid of die van anderen in gevaar
worden gebracht deze wordt uitgesproken door een kantonrechter
A. Zijn lichamelijke of geestelijke toestand
B. Gewoonte van drank- of drugsmisbruik
Voogd, mentor of beschermingsbewindvoerder-> art. 1:131 BW, de partner die niet de ouder is en
met de ouder gezamenlijk gezag uitoefent. Kan ook op verzoek van het OM of door de instelling waar
hij verblijft, art. 1:379 BW, er moet wel worden aangegeven waarom nauwe verwanten het verzoek
niet hebben gedaan.
Publicatie-> art. 1:390 BW, dient in de staatscourant te worden gepubliceerd.
De procedure valt onder familieprocesrecht, art. 801 RV.
Ingang curatele-> art. 1:381 BW, gaat in op de dag dat deze wordt uitgesproken
Curator-> kan zowel een natuurlijk als een rechtspersoon zijn, ze moeten bereid en geschikt zijn, art.
1:383 lid 1 en 4 BW.
Aantal curatoren-> art. 1:383 lid 10 BW, de rechter kan er twee benoemen tenzij gegronde redenen
tegen. Dan volgt de rechter voorkeur van de betrokken persoon op, art. 1:383 lid 5 BW.
Taken curator-> begint de dag na de beschikking is verstrekt, art. 1:383 lid 11 BW
1. Een aparte bankrekening openen, art. 1:386 lid 3 BW
2. Wanneer er sprake is van een professionele curator heeft een boekhoudplicht en moet aan
kwaliteitseisen voldoen, art. 1:386 lid 7 BW.
3. 1x in de 5 jaar dient de curator een verslag van verloop van de curatele te maken, art. 1:385
BW
Ontslag curator->
1. Op eigen verzoek
2. Wegens gewichtige redenen