Aardrijkskunde, hoofdstuk 2: Endogene en exogene processen
§2.4: Aardbevingen
De aardkorst onder druk
Bij convergente en transforme plaatbewegingen ontstaan de zwaarste aardbevingen. Hier ontstaan
trillingen die het resultaat zijn van jarenlange spanningsopbouw tussen twee aardplaten die tegen
elkaar liggen. Door de aanhoudende druk zal het gesteente uiteindelijk vervormen of verbuigen
(bron 14). Een seismograaf zet de trillingen met behulp van een pen om in een uitslag. Hoe zwaarder
de aardbeving, hoe groter de uitslag op het seismograaf. De uitslag op het seismograaf is een maat
voor de hoeveelheid vrijgekomen energie, de magnitude. De magnitude van een aardbeving wordt
weergegeven met behulp van de schaal van Richter. De schaal van Richter is een logaritmische
schaal aangezien een stap omhoog is 10x zo zwaar. De intensiteit van een aardbeving wordt
aangegeven met behulp van de schaal van Mercalli (bron 15). Hierbij speelt de afstand tot het
epicentrum van de aardbeving een rol. Dit is het punt aan het aardoppervlak boven het
hypocentrum, de plaats waar het gesteente klem heeft gezeten. Hoe dieper het hypocentrum van de
aardbeving zich bevindt, hoe kleiner het effect aan het aardoppervlak. De verwoestende kracht zit
enerzijds in de trillingen. Het gaat om processen als aardverschuivingen en tsunami’s. Oorzaken van
tsunami’s zijn:
90% van alle tsunami’s wordt veroorzaakt door een zeebeving
Landverschuivingen
Vulkanische erupties
Ontsnappen van gas uit de aardbodem
Meteorietinslagen
De plotselinge bewegingen van de oceaanbodem die het oceaanwater in beweging brengen
veroorzaken tsunami’s. De golven verplaatsen zich snel tot ze het ondiepe water bereiken. Door de
afremming op de zeebodem worden de golven hoog opgestuwd en werpen ze zich met kracht op de
kust.
Vervorming van de aardkorst
Uit het gesteente kan worden afgelezen dat rek of druk in de aardkorst leidt tot vervorming van de
aardkorst. Als gesteentelagen worden samengeperst, gaan ze plooien en liggen ze als deklagen op
elkaar. Door het ‘opvouwen’ van gesteente ontstaan plooiingsgebergten. Het plooien van gesteente
heeft in de diepte plaatsgevonden, waar – bij een veel hogere temperatuur en druk – het gesteente
plastisch kan worden. De plooien worden zichtbaar wanneer het gesteente wordt opgeheven en de
omliggende zachtere delen eroderen. Bij de vorming van plooien en breuken wordt de continentale
aardkorst korter en dikker. Het ontstaan van plooiingsgebergten gebeurt bij horizontale druk bij
subductiezones (vulkanisme in gebergte) óf door botsing van continenten (geen vulkanisme).
Rek in de aardkorst
Ook bij rek in de aardkorst ontstaan breuken. Langs deze breuken worden stukken aardkorst
omhooggeduwd en zullen andere stukken aardkorst juist wegzakken. De omhooggeduwde delen
heten horsten en de weggezakte delen worden slenken genoemd. Op deze wijze ontstaan hele
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper LotteGorissen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.