Samenvatting van de eerste drie weken van Fiscaliteit en Overheid. In de samenvattingen zitten de slides van Hoorcollege in verwerkt, evenals veel antwoorden van de werkcolleges.
Centrale overheid vormt de hoogste bestuurslaag. > ministeries in Den haag en hun
uitvoeringsorganen.
Provincies, gemeentes en waterschappen: decentrale overheden.
Kenmerkend van de overheid: haar bevoegdheid dwingend bijdragen van gezinnen en
bedrijven te vorderen, los van de mate waarin zij profijt van overheidsvoorzieningen
hebben.
Budgetmechanisme: besluitvormingsproces waarbij wordt vastgelegd welke taken de
overheid zal uitvoeren en hoeveel daarvoor mag worden uitgegeven.
Volksvertegenwoordiging beslist hoe goedgekeurde uitgaven zullen worden gefinancierd.
Collectieve sector: Rijk+ decentrale eenheden + instellingen die gefinancierd worden door
de overheid.
Valt te meten door gezamenlijke uitgaven van deze instellingen uit te drukken in %
van bbp.
- Stijging collectieve-uitgavenquote directe gevolg van groeiende activiteiten die de
overheid op tal van terreinen ontplooide (verzorgingsstaat: particuliere grootste deel
productie op zijn rekening maar overheid garandeert redelijk bestaan burgers).
Collectieve uitgaven quote: totaal collectieve uitgaven/ BBP (eeuw geleden 10% nu 50%).
Quartaire sector: collectieve sector + particuliere instellingen die noch collectief noch uit
marktprijzen worden betaald, kerken vakbonden verenigingen.
Marktsector: productieve activiteiten die grotendeels uit marktprijzen worden gefinancierd.
Overheidsbemoeienis met de economie
- Stabiliteitsfunctie: de overheid probeert de schommelingen in het niveau van de
conjunctuurgolf te dempen. Hoogconjunctuur wordt vaak afgewisseld door laagconjunctuur.
Recessie: wanneer economie twee opeenvolgende kwartalen krimpt.
Output gap: indicator stand van de conjunctuur. Gelijk aan de afwijking in procenten tussen
de feitelijke en het structurele bbp.
Structureel bbp: omvang van de economie waarbij zowel de bettingsgraad van de
productiecapaciteit als het werkloosheidspercentage gelijk is aan de evenwichtswaarde
tussen vraag en aanbod niet leidt tot spanningen.
Negatieve output: de bezettingsraad van de productiecapaciteit is lager dan de
evenwichtswaarde en dat het werkloosheidpercentage hoger is dan de evenwichtswaarde.
Positieve output gap: hogere dan normale bezettingsgraad en een werkloosheid die tijdelijk
geringer is dan de structurele werkloosheid.
In tijden van laagconjunctuur kan de overheid de bestedingen stimuleren door haar eigen
uitgaven op te voeren of de belasting te verlagen. In Hoogconjunctuur, oververhitting
economie kan zij haar uitgaven tijdelijk verlagen of belasting verhogen.
- Activistisch begrotingsbeleid is meestal niet succesvol. Maatregelen pas effectief in
laagconjunctuur wanneer de economie al uit dat dal is. Automatische stabiliseren
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper rosschak. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.