Samenvatting ziekenhuiszorg
Leerjaar 3
Thema 7, zorgvragers met aandoeningen aan het zenuwstelsel
H24 zorgvrager met aandoeningen aan de hersenen
Anatomie en fysiologie van de hersenen
De hersenen
De hersen zijn onderdeel van het centrale zenuwstelsel. Het centrale zenuwstel bestaat uit de
ruggenmerg en de hersenen. De schedel heeft als functie de bescherming van de kwetsbare
hersenweefsel.
De grote hersenen (cerebrum)
Verwerken impulsen afkomstig van zenuwcellen en reguleren vrijwillige bewegingen. In de grote
hersenen vinden ook cognitieve emotionele processen plaats. Zoals: logisch redeneren, planning,
geheugen en emotie.
Als een zorgvrager letsel op loopt aan de hersenen bepaald de plaats van het hersenletsel ook de
verschijnselen, gevolgen, de zorgvraag en uiteindelijk de eventuele blijvende schade.
De kleine hersenen (cerebellum)
Liggen in de achterste schedelgroeve. Ze zijn verantwoordelijk voor de motoriek en dragen bij aan de
coördinatie, timing en nauwkeurigheid van bewegingen.
Hersenstam (truncus cerebri)
Is het onderste deel van de hersen en is van levensbelang. De hersenstam bestuurt belangrijke
functies zoals de ademhaling, hartslag, temperatuur en bloeddruk.
Aandoeningen aan de hersenen
CVA (cerebrovasculair accident)
Een ongeluk (accident) in de bloedvaten (vasculair) van de hersenen (cerebro). Een CVA noemt men
ook wel een beroerte. Is een plotseling optredende doorbloedingsstoornis van de hersenen
waardoor uitvalsverschijnselen optreden. De oorzaak kan een hersenbloeding of een herseninfarct
zijn. De ernst van de gevolgen hangen af van de oorzaak, grootte en plaats van de beschadiging. De
schade kan blijvende, maar ook tijdelijke gevolgen hebben. Tijdelijke gevolgen treden op als de
hersencellen niet afsterven maar tijdelijk zuurstoftekort hebben gehad. In de meeste gevallen treedt
het op in een hemisfeer. In 15% van de gevallen is een CVA dodelijk (een kwart hiervan binnen 1
maand). Een CVA komt voor in bloedige en onbloedig vorm.
Bloedige CVA
Ontstaat een hematoom (bloeding) in de hersenen doordat een bloedvat in het hersenweefsel
stukgaat. Vaak ontstaat dit doordat de vaten in de hersenen kwetsbaar zijn geworden, dit zijn vaak
zorgvragers met een langdurige hoge bloeddruk of aderverkalking.
,Soms worden letsels als het subduraal en epiduraal hematoom ook tot bloeding CVA gerekend. Dit is
niet juist, omdat het hier geen letsel in het hersenweefsel betreft maar een letsel van de vaten aan de
buitenzijde van het hersenweefsel. De gevolgen zijn wel vergelijkbaar.
Onbloedig CVA
Krijgt een deel van de hersenen door een bloedprop (trombus of embolie) te weinig bloed en
daardoor te weinig zuurstof. De hersencellen gaan eerst slechter functioneren. Als het gebrek aan
zuurstof blijft, sterven de hersencellen die van dit bloedvat afhankelijk zijn. Een onbloedige CVA heet
daarom ook wel een herseninfarct.
TIA (transient ischemic attack)
Een tijdelijke doorbloedingsstoornis zonder blijvende schade. Een TIA betekent letterlijk: een
voorbijgaande aanval van een gebrek aan bloedvoorziening. Er kunnen een of meer
uitvalsverschijnselen optreden. Bijvoorbeeld: een tijdelijke verlamming of een tijdelijke
spraakstoornis. Bij een TIA zijn alle functies binnen 24 uur hersteld. Een TIA is een
waarschuwingssignaal het geeft aan dat de bloedvoorziening van de hersen tekortschiet. Vaak is er
sprake van een vernauwing van de halsslagaders of een probleem met het ritme van het hart. Ook
aderverkalking en hartklepafwijkingen kunnen een rol spelen.
De gevolgen bij een TIA zijn tijdelijk en bij een CVA altijd blijvend. Een CT- of MRI-scan kan
duidelijkheid geven over het feit of de zorgvrager een TIA of CVA heeft.
Ontsteking aan de hersenen
Meningitis (hersenvliesontsteking)
Kent verschillende varianten, ze hebben gemeen dat ze zich zeer snel kunnen ontwikkelen. (binnen
een dag), heftige verschijnselen vertonen en zeer ernstige gevolgen kunnen hebben als niet adequaat
wordt ingegrepen. De oorzaak is de bacteriële meningitis (meningokok, pneumokok) of een virale
meningitis.
Encefalitis
Is het hersenweefsel ontstoken. Komt zelden voor in Nederland, de ziekte tast de zenuwcellen of
witte stof van de cellen aan. Het kan zelfstandig voorkomen, of in combinatie met meningitis
(meningo-encefalitis). Het wordt veroorzaakt door een virusinfectie, waarvan in Nederland het
herpes simplex virus (koorts-lipvirus) de meest voorkomende is: herpesencefalitis.
Hersentumor
Door hersentumoren kan er ook hersenbeschadiging optreden. De mate waarin een hersentumor
levensbedreigend is en behandeld kan worden, hangt af van het type tumor. De meeste
voorkomende hersentumoren zijn metastasen (uitzaaiingen) van een tumor ergens in het lichaam.
Tumoren die in de hersenen ontstaat zijn,
Hypofysetumor: een tumor die groet vanuit de hypofyse (hersenaanhangsel). Is een
Brughoektumor: een tumor groeit vanuit van de evenwichtszenuw (nervus vestibularis).
Een primaire hersentumor: een hersentumor ontstaat vanuit de hersenen of hersenvliezen. De
meest voorkomende zijn gliomen en meningeomen. Over de oorzaken in weinig bekend, erfelijke
factoren lijken uitgesloten en omgevingsfactoren zijn niet aangetoond.
, Er zijn goedaardige en kwaadaardige tumoren, beide kan even gevaarlijk zijn. (als deze op een plek zit
waar zich veel belangrijke hersenfuncties bevinden). Hersentumoren zaaien meestal niet uit in andere
delen van het lichaam maar kwaadaardige tumoren kunnen wel in omliggende weefsel groeien.
Vormen van hersentumoren:
Glioom, kwaadaardige tumor en de meeste voorkomende. Ontwikkelt zich in de gliacellen
die het zenuwstel van de hersenen omringt. 4 graden op basis van kenmerken zoals
groeisnelheid, verandering van de celkernen en weefselverval.
Graad Ⅰ: nauwelijks celdelingen, de tumor groeit niet of nauwelijks.
Graad Ⅱ: iets verhoogde celdeling, de tumor groeit heel langzaam.
Graad Ⅲ: verhoogde celdeling en betrokkenheid van bloedvaten, de tumor groeit
sneller dan bij graad Ⅱ.
Graad Ⅳ: ongeremde groei van de tumor en weefselverval.
Hersenmetastase, kwaadaardige tumor. Zijn uitzaaiingen in de hersenen van kanker elders in
het lichaam doordat de tumorcellen zich verspreiden door de bloed en lymfebaan. Ontstaan
door longkanker, borstkanker en melanomen.
Meningeoom, goedaardige tumor. Vormt na gliomen de meest de meest voorkomende vorm
van hersentumor. Ze ontstaan in de meningen (hersenvliezen) en komen meer voor bij
vrouwen dan bij mannen.
Hypofysetumor, goedaardige tumor. Ontstaat in de hypofyse, door operatie mogelijk om
goed te verwijderen.
Hersentrauma
De meest voorkomende trauma aan de hersenen:
Hersenschudding (commotio cerebri)
Hersenkneuzing (contusio cerebri)
Soort: gesloten-schedelletsels.
Ontstaan: val of klap op het hoofd.
Verschijnselen: amnesie (geheugenverlies), soms duizeligheid, misselijkheid en uitvalsverschijnselen
in spraak en bewustzijn.
Duur en intensiteit: de duur en regelmaat van de verschijnselen geven een indicatie van de impact.
Behandeling: Geen specifiek behandeling. Rust, pijnstilling en prikkelarme omgeving helpen het best.
Verschijnselen bij aandoeningen aan de hersenen
Veelvoorkomende verschijnselen zijn:
Verlamming.
Sensibiliteitsstoornissen.
Slikstoornissen.
Stoornissen in spraak.
Taalbegrip (afasie) of van het bewustzijn en overgevoeligheid voor licht en/of geluid.
Verschijnselen CVA
Motorische stoornissen
Na CVA sprake van een halfzijdige uitval van de willekeurige motoriek.
Hemiparese: gedeeltelijke uitval.
Hemiparalyse: volledige uitval.