Testtheorie begrippenlijst
Hoofdstuk 2 – definities, kenmerken en toepassingen van de test
Testmateriaal Materiaal van de test, bijv. opgaveboekje
Testformulieren Hierop worden de antwoorden verzameld
Testhandleiding Bevat instructies voor de test
Exacte testinstructie Al datgene wat betrekking heeft op de gang van zaken tijdens
het testonderzoek
Verwerkingsprocedure Richtlijnen toekenning numerieke scores aan antwoorden,
antwoordsleutel en richtlijnen voor niet beantwoorde vragen
Normtabellen Tabel waarmee je score kunt vergelijken met een norm
Psychologische test Een systematisch onderzoek van gedrag m.b.v. speciaal
geselecteerde vragen of opgaven. Is met de bedoeling inzicht
te krijgen in een psychologisch kenmerk van de onderzochte
in vergelijking met anderen
Betrouwbaarheid Meetresultaten moeten herhaalbaar zijn
Objectiviteit Resultaat van onderzoek is onafhankelijk van wie de test
afneemt of uitwerkt
Interbeoordelaars- Mate van overeenstemming tussen verschillende
betrouwbaarheid beoordelaars
Product- Wanneer beoordelaars niet alleen een rangorde, maar ook de
momentcorrelatie afstand tussen die rangorde betekenis heeft
Standaardisatie Condities en invloeden die op de testprestaties kunnen
inwerken zo veel mogelijk standaardiseren; gelijke procedure
van afneming, testmateriaal, instructie, oefenvoorbeelden,
tijdlimieten en verwerkingsregels
Validiteit Er is geen verschil van mening mogelijk over de interpretatie
en de betekenis van de testprestatie
Exactheid Stelt de beoordelaar in staat kleine verschillen vast te stellen
Nominale schaal Categorieën zonder ordening
Ordinale schaal Categorieën met rangorde
Intervalschaal Afstanden tussen de verschillende rangordeningen hebben
betekenis, zonder absoluut nulpunt
Verhoudingsschaal Afstanden tussen de verschillende rangordeningen hebben
betekenis, met absoluut nulpunt
Operationalisme Intelligentie is datgene wat de test meet, losgezogen van
psychologische theorievorming.
Tellen Het toekennen van scores
Meten Vanuit de toekenning van scores volgt een conclusie over de
eigenschap in kwestie
Representational Gaat er vanuit dat er alleen sprake kan zijn van een meting,
measurement indien de formele relaties tussen meetwaarden overeenkomen
met de relaties die er in empirie bestaan tussen objecten
waarover die meetwaarden iets zeggen
Test Systematisch onderzoek van gedrag met behulp van speciaal
geselecteerde vragen/opgaven met als doel inzicht in
(psychologische) kenmerken van een individu in vergelijking
met anderen.
Ipsatieve scores Scores worden onderling vergeleken en niet met een externe
norm
Counseling Therapievorm; samen met de cliënt bewust maken en
analyseren van een probleem
Cross-culturele Onderzoek naar groepsverschillen in intelligentie,
psychologie persoonlijkheid en andere psychologische kenmerken
, Averechtse diagnostiek Wanneer een test met een criterium correleert, men van deze
correlatie niet alleen gebruik kan maken door voorspellingen
te doen over de kansen op criteriumsucces, maar dat deze
correlatie ook een licht werpt op het criterium zelf.
Hoofdstuk 3 – indelingen, onderscheidingen, begrippen
Enkelvoudige algemene Test die een enkele indicatie van intelligentie meet, dus niet
niveautest diverse dimensies van intelligentie
Individuele De intelligentietestscore wordt vaak vergeleken met de score
ontwikkelingstest van leeftijdsgenoten. Wordt vaak gebruikt om te kijken of
kinderen zich normaal ontwikkelen
Individuele Vaststellen van intelligentieniveau als intelligentie min of meer
intelligentietest voor volgroeid is
volwassenen
Collectieve algemene Groepsgewijze afname intelligentietest, gaat om indicatie van
intelligentietest algemene intelligentieniveau
Collectieve niet-verbale Geen gebruik van verbaal materiaal, om niet geletterden,
intelligentietests mensen uit andere cultuur of gehandicapten te testen
Veelvoudige algemene Nadere differentiatie van intelligentie staat centraal
niveautest
Leerpotentieeltest Bestaat uit speciale leertaken met betrekking tot
intelligentietest, die extra informatie opleveren boven de
gebruikelijke intelligentiescores
Speciale niveautest Gefocust op een bepaald deel van begaafdheid. Dit deel wordt
niet tot intelligentie gerekend maar is wel belangrijk, waardoor
een aparte test de moeite waard is.
Tests voor speciale Meet uitsluitend eigenschappen als ruimtelijk inzicht,
intelligentiefactoren woordkennis of numerieke vaardigheden
Tests voor speciale Tests die zich richten op leergeschiktheden, leercondities en
geschiktheden specifieke leergeschiktheden
Tests voor speciale niet- Test capaciteiten of vaardigheden waarvan de meting van
intelligentiefactoren maatschappelijk belang kan zijn of voor klinische diagnostiek
Vorderingstests Meet in hoeverre de respondent het doel van een opleiding
heeft bereikt
Individuele Observatie van 1 respondent
observatietests
Groepsobservatietests Observatie van een groep mensen die gezamenlijk een
opdracht uitvoeren
Peer rating/buddy rating Deelnemers beoordelen elkaar onderling en psycholoog
verwerkt dit op een later moment
Somato-fysiologische Alle procedures die door de meting van lichamelijke
methoden kenmerken of processen een indicatie geven van de
psychologische kwaliteiten van de respondent
Morfologische methoden Lichamelijke kenmerken worden onderzocht als indicatie voor
persoonlijkheidskenmerken
Fysiologische methoden Biochemische indices, brainscanners, bloeddrukmeting, etc.
Osgood-schaal De respondent moet een serie eigenschappen,
gebeurtenissen of objecten beoordelen op basis van een
aantal dimensies (bijv. mooi/lelijk, sterk/zwak)
Role Construct De ontwikkeling van persoonlijkheid bestaat uit de
Repertoire (Reptest) ontwikkeling van een serie constructen en ieder mens heeft
een unieke serie constructen
Q-technique/Q-sort De respondent moet een serie uitspraken sorteren, waarbij
vooral de afwijkingen geïnterpreteerd worden