Gravetter & Wallnau – hst 15, 16, 12, 14, 17 (MTS2 - Universiteit Utrecht)
Samenvatting:
Hoofdstuk 15: Correlatie
Hoofdstuk 16: Regressie
Hoofdstuk 12: ANOVA
Hoofdstuk 14: Tweeweg ANOVA
Hoofdstuk 17: Chi-kwadraat
Oefenen uit het boek voor tentamen:
Hoofdstuk 15: 1 en 2, 14b&c (gebruik hier r = +.835), 16 en 24
Hoofdstuk 16: 2, 4 en 6
Hoofdstuk 12: 2, 12 en 16
Hoofdstuk 14: 6 en 14
Hoofdstuk 17: 2, 4, 12 en 22
Extra oefenen uit het boek voor tentamen:
Hoofdstuk 15: 8 en 9, 15, 21 (let op, deze verwijst naar opgave 10 en niet naar 12!)
Hoofdstuk 16: 3, 5, 13 en 15
Hoofdstuk 12: 3, 5, 13, 15 en 17
Hoofdstuk 14: 1, 3, 5, 11, 15 en 17
Hoofdstuk 17: 1, 9 en 13
Samenvatting Statistics for the behavioral science (hst 12, 14 t/m 17) Loes van den Bekerom
,Hoofdstuk 15: Correlatie
15.1 Introductie
Correlatie is een statistische techniek die gebruikt wordt om de relatie tussen twee variabelen te
meten en beschrijven
- 2 variabelen die niet gecontroleerd kunnen worden
- X en Y per individu
Scatter plot
Een correlatie beschrijft:
1. De richting van de relatie
+ en –
Positieve correlatie = de 2 variabelen veranderen in dezelfde richting: als x vergroot,
vergroot y ook; als x verkleint, verkleint y ook
VB: x = temperatuur, y = verkoop ijs
Negatieve correlatie = de 2 variabelen gaan in tegengestelde richting: als x vergroot,
verkleint y; als x verkleint, vergroot y
VB: x = temperatuur, y = verkoop koffie
2. De vorm van de relatie
Lineair: rond een lijn
Parabool, hyperbool etc.
3. De sterkte van de relatie
Perfect lineair relationship: ± 1,00
0 = geen relatie
Perfect lineair (= 1) Geen correlatie (= 0)
Samenvatting Statistics for the behavioral science (hst 12, 14 t/m 17) Loes van den Bekerom
, 15.2 Pearson correlatie
De Pearson correlatie meet de mate en richting van de lineaire relatie tussen 2 variabelen
- r
r=
SP = sum of product of deviations
- covariability tussen 2 variabelen
SP = (X – Mx)(Y – MY)
Mx en MY = gemiddelde X- en Y-scores
Stappen SP:
1. X en Y afwijking per individu
2. Product van de afwijking per individu
3. Producten bij elkaar optellen
SP =
Voorbeeld SP = (X – Mx)(Y – MY)
Scores Afwijking Products
X Y X – Mx Y – MY (X – Mx)(Y – MY)
1 3 -2 -2 4
2 6 -1 1 -1
4 4 1 -1 -1
5 7 2 2 4
Mx = 3 SP = +6
MY = 5
Voorbeeld SP = XY - XY / n
X Y XY
1 3 3
2 6 12
4 4 16
5 7 35
12 20 66
SP = 66 – (12 x 35) / 4
= 66 –
= 66 – 60
=6
Samenvatting Statistics for the behavioral science (hst 12, 14 t/m 17) Loes van den Bekerom