Moduleopdracht:
Regie overnemen van de jeugdige en zijn gezin
Voorletters en naam: …….
Studentnummer: ……..
Datum: 18-05-2023
NCOI: NCOI
Naam van de opleiding: HBO Bachelor Social Work met profiel Jeugd (met subsidie)
Naam module: Regie overnemen van de jeugdige en zijn gezin
1
,Voorwoord
Mijn naam is xxxxxxxx en ik ben een derdejaars student, die vol enthousiasme sinds februari jl. in dit
vakgebied is gaan werken. Hiervoor was ik werkzaam bij het Korps Mariniers, maar recent heb ik een
overstap gemaakt en ben ik werkzaam als jeugd- en gezinswerker binnen een sociale wijkteam. Deze
overstap heeft geleid tot een rijkelijke toevoeging van kennis en ervaring binnen het sociaal domein.
Ook heeft het geleid tot het verkrijgen van casus Daphne, welke centraal staat in deze
moduleopdracht.
Deze moduleopdracht is een belangrijk onderdeel van mijn opleiding, waarbij ik mijn kennis en
vaardigheden op het gebied van het overnemen van regie in het werken met jeugdigen en hun
gezinnen verder kan ontwikkelen. Het is een uitdaging die ik graag omarm, omdat ik geloof dat het
bieden van effectieve ondersteuning aan jongeren en hun gezinnen van groot belang is voor hun
welzijn en toekomstperspectieven.
Bij het uitvoeren van deze casus heb ik kunnen rekenen op de steun en begeleiding van mijn docent,
die mij heeft voorzien van waardevolle inzichten en feedback. Haar expertise en betrokkenheid
hebben mij geholpen bij het begrijpen van de complexiteit van deze materie en het ontwikkelen van
mijn professionele vaardigheden.
Daarnaast wil ik graag mijn collega's bedanken. Zij hebben mij aangemoedigd, hun ervaringen
gedeeld en mij geholpen bij het vinden van creatieve oplossingen binnen deze casus. Samen vormen
we een hecht team dat streeft naar het bieden van de best mogelijke zorg en ondersteuning aan
jeugdigen en hun gezinnen.
Tot slot wil ik mijn oprechte dank uitspreken aan alle betrokken van het gezin, die hebben
deelgenomen aan deze casus. Hun vertrouwen en bereidheid om hun verhaal te delen, vormen de
basis van ons werk en zijn van onschatbare waarde voor het begrijpen van hun behoeften en
uitdagingen.
Ik wens u veel leesplezier en hoop dat deze moduleopdracht een inzichtelijk en waardevol perspectief
biedt op het nut van het overnemen van regie in het werken met jeugdigen en hun gezinnen.
xxxxxxx
xxxxxxx, 18 mei 2023
2
, Samenvatting
De opdracht omvat het schrijven van een advies in de vorm van een voorgesteld hulpverleningsplan,
waarbij de eerste drie fasen van de plancyclus moeten worden uitgewerkt: de oriëntatiefase,
diagnostische fase en planningsfase. De casus die wordt gebruikt voor deze opdracht is die van
Daphne, een 14-jarig meisje met opstandig en agressief gedrag. Omdat er wordt getwijfeld aan de
veiligheid van Daphne, het gezin en de sociale omgeving is er door professionals een aanvraag
ingediend bij de Raad voor de Kinderbescherming. De aanvraag betreft een onderzoek naar de
noodzaak van een kinderbeschermingsmaatregel, waarbij de regie mogelijk tijdelijk kan worden
overgenomen van het gezin. De inzet van dwang- en drangmaatregelen kan worden overwogen in
situaties waarin kinderen een gevaar vormen, maar deze moeten pas worden gebruikt als er geen
andere mogelijkheden meer zijn (Kenniscentrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie, 2022).
In de oriënterende fase van de plancyclus wordt het probleem van Daphne onderzocht en
geanalyseerd. Het begint met het signaleren van haar opstandige gedrag en de problematische
situaties in haar thuis-, privé- en schoolsituatie. Vervolgens wordt er een probleemanalyse uitgevoerd
door middel van een aantal vragen. Verder wordt er informatie verzameld door middel van
gesprekken met ouders en kinderen. Hier zijn ook instrumenten bij toegepast, zoals het balansmodel
en de Licht Instrument Risicotaxatie Kindveiligheid (LIRIK). Uit de verzamelde en geanalyseerde
informatie blijkt dat er ernstige zorgen zijn over de veiligheid van Daphne, haar gezin en de sociale
omgeving. Als gevolg hiervan is er een ondertoezichtstelling (OTS) opgelegd en is er een
gezinsvoogd aangesteld. De oriënterende fase sluit af met een probleemdefinitie. Hieruit blijkt dat
Daphne opstandig gedrag vertoont in verschillende contexten, zoals thuis, op school en met haar
vrienden. Door haar opstandige en driftige gedrag kan ze een gevaar vormen voor haarzelf en
anderen.
In de diagnostische fase wordt het probleem verder onderzocht. Het biopsychosociale model wordt
hierbij toegepast om de mogelijke achtergronden van te ordenen. De volgende hypothesen zijn hieruit
ontstaan:
- Hypothese 1: Medisch-biologische niveau: Daphne vertoont dit gedrag, omdat er sprake is van een
comorbiditeit, zoals een gedragsstoornis;
- Hypothese 2: Individueel-psychologisch niveau: Daphne vertoont dit gedrag vanwege verstoorde
sociale cognities, ten gevolge van een onstuimige gezinssituatie en opvoeding;
- Hypothese 3: Sociale niveau: Daphne vertoont dit gedrag, omdat haar vrienden haar negatief
beïnvloeden en aanzetten tot dit gedrag.
Na een interdisciplinair overleg is er besloten om de eerste en derde hypothese verder te
onderzoeken, want hypothese 2 wordt beschouwd als een gegeven. Dit blijkt uit de aanstelling van
een gezinsvoogd middels een opgelegde OTS. Om hypothese 1 en 3 nader te onderzoeken is er een
observatieplan opgesteld. Na het toepassen van de onderzoeksinstrumenten wordt er een conclusie
gevormd. De hypothese dat Daphnes gedrag voortkomt uit comorbiditeit (ADHD en ODD) wordt
bevestigd. De hypothese dat haar sociale netwerk haar negatief beïnvloedt, wordt verworpen. Het
problematische gedrag begon namelijk voor de omgang met 'foute vrienden' en is eerder een gevolg
van afwijzing.
De planningsfase is de derde fase in het proces. Het begint met het stellen van een handelingsdoel,
dat gerelateerd is aan het handelingsplan. Om de haalbaarheid van de doelen te bepalen, wordt er
een analyse gemaakt van de bevorderende en belemmerende factoren. Hieruit blijkt dat de
bevorderende factoren meer wegen, waarmee er sprake is van een haalbaarheid van het werkplan.
Dit komt onder andere door de inzet van de gezinsvoogd via de OTS, multidisciplinaire samenwerking
en de motivatie voor gedragsverandering. De methodiek die wordt gekoppeld aan het werkplan betreft
de Intensieve Ambulante Gezinsbehandeling (IAG). Deze aanpak richt zich op het verminderen van
gedragsproblemen bij de jeugdige en het versterken van opvoedvaardigheden. Verschillende
methodieken en technieken worden toegepast, zoals psycho-educatie, gezinstherapie en
oplossingsgerichte gespreksvoering (Nederlands Jeugdinstituut, 2020).
Tot slot wordt een uitvoerbaar en concreet werkplan opgesteld, dat zich richt op de gestelde
handelingsdoelen. Het werkplan is in samenwerking met de gezinsleden, gezinswerker,
schoolbegeleider en gezinsvoogd opgesteld. De gezinswerker beheert het proces van dossiervorming
3