Biologie - T4 Evolutie
BS 1 Ontwikkeling van het leven
Een paar belangrijke “time stamps”:
Precambrium
4,6 miljard jaar geleden: ontstaan aarde
3,8 miljard jaar geleden: eerste eencellige vormen van leven
670 miljoen jaar geleden: eerste meercelligen
Cambrium
542 miljoen jaar geleden: ontstaan gepantserde dieren fossielen
o Weekdieren
o Geleedpotigen
o Stekelhuidigen
o Vissen
Siluur
400 miljoen jaar geleden: ontstaan landplanten landdieren (geleedpotigen)
Carboon
350 miljoen jaar geleden: ontstaan gewervelden (amfibieën) kwastvinnige vissen
o Wouden met boomachtige varens en paardenstaarten
o Reptielen en insecten
Trias
250 miljoen jaar geleden: ontstaan zaadplanten
Jura
200 miljoen jaar geleden: grote ontwikkeling reptielen
Een paar belangrijke feiten:
Bij het ontstaan van de meercelligen bevatte de atmosfeer 7% zuurstof
Tot in het Siluur (400 miljoen jaar geleden) speelde alle leven zich in zee af
De oudste fossielen met menselijke kenmerken zijn 5 miljoen jaar oud
,
, Ontstaan van organische stoffen
Voor het ontstaan van leven: chemische evolutie = het vormen van stoffen waaruit de eerste
eencelligen konden ontstaan
Tot 3 miljard jaar geleden: oeratmosfeer (stikstofgas, waterdamp, koolstofmonoxide,
koolstofdioxide, waterstofgas, ammoniak, methaan, waterstofsulfide)
Toevoer van energie (bv uit elektrische ontladingen, Uv-straling, botsingen met meteorieten)
gassen ioniseren koolstof, waterstof, stikstof, zuurstof ontstaan ionen reageren met elkaar
anorganische stoffen de eerste organische stoffen
o Anorganische stoffen = voorkomend in zowel levende als levenloze natuur, kleine,
eenvoudig gebouwde moleculen
o Organische stoffen = meestal afkomstig van organismen, grote, ingewikkeld gebouwde
moleculen.
Miller-Urey-experiment = het nabootsen van het ontstaan van organische stoffen uit
anorganische stoffen
Ontstaan van levende cellen
Zelforganisatie = het ontstaan van nieuwe eenheden op een hoger organisatieniveau
Theorie 1: organische stoffen kwamen terecht in oerzeeën verdamping uit binnenzeeën
indikking oersoep kleine organische moleculen grotere organische moleculen
deze moleculen rangschikten zich in druppeltjes (protobionten) ontstaan van de eerste
cellen voorbeeld van zelforganisatie!
Theorie 2: protobionten zijn ontstaan bij black smokers (= vulkanische schoorstenen op de
bodem van oceanen, waar water tot 400, onder hoge druk, uit de zeebodem spuit) –
mineralen aanwezig water kleurt zwart
Theorie 3: bouwstenen voor het leven zijn afkomstig uit de ruimte
Oudste fossielen: 3,5 miljard jaar oud
Alle fossielen ouder dan 1,4 miljard jaar zijn van prokaryote organismen
o Prokaryote organismen = eencellige organismen zonder celkern of andere zichtbare
organellen, ze bezitten een kringvormig DNA-molecuul, los in het cytoplasma
o De eerste prokaryoten waren anaeroob = alleen leven mogelijk zonder zuurstof
o Ook waren ze heterotroof = energie verkrijgen uit de opname en afbraak van
organische stoffen uit de oersoep
Ze kunnen organische stoffen niet omzetten in anorganische stoffen ze
moeten organische stoffen opnemen als voedsel daaruit maken ze hun
eigen organische stoffen
Anorganische stoffen, die ze nodig hebben, nemen ze op uit de omgeving
2,8 miljard jaar geleden: ontstaan eerste bacteriën die in staat waren tot fotosynthese
o Cyanobacteriën (blauwalg)
Dit waren autotrofe organismen = alleen anorganische stoffen nodig uit de
omgeving daaruit organische stoffen maken, waar ze uit bestaan
hoeveelheid organische stof op aarde kon toenemen
Ze produceerden zuurstof: giftig voor het anaerobe leven dat er al was op
aarde