Week 3 Besluiten
Inleiding
De derde en tevens laatste werkgroep van het vak Inleiding bestuursrecht staat in het teken het
besluitbegrip. Er wordt geoefend met de verschillende elementen van het besluitbegrip: de eis van
schriftelijkheid, een rechtshandeling en een publiekrechtelijke handeling. Ook leer je wat een
bestuurlijk rechtsoordeel is en wanneer er sprake is van een beschikking.
Leerdoelen
Na bestudering van de voorgeschreven literatuur en jurisprudentie en het voorbereid en actief
bijwonen van de onderwijsbijeenkomsten kun je:
de plaats en betekenis van het besluitbegrip uitleggen;
een casus oplossen waarin het besluitbegrip centraal staat;
de samenhang tussen de bestuursrechtelijke kernbegrippen met het bestuursrechtelijke
systeem van rechtsbescherming begrijpen en maatschappelijk plaatsen.
Literatuur
T. Barkhuysen, J.E. van den Brink, A. Drahmann, W. den Ouden, Y.E. Schuurmans & M.K.G.
Tjepkema, Bestuursrecht in het Awb-tijdperk, Deventer: Kluwer 2022 (negende, geheel herziene
druk), hoofdstuk 5.1 t/m 5.2.6.
R. Ortlep, ‘Het besluitbegrip: niet steeds één juist antwoord’, in: F. van de Pol e.a. (red.), Vijftig
weeffouten in het BW. Een ode aan het Burgerlijk Wetboek, ter ere van zijn 25-jarig bestaan,
Nijmegen: Ars Aequi Libri 2017, p. 83-88.
Jurisprudentie
ABRvS 11 september 2019, ECLI:NL:RVS:2019:3125, AB 2019/483, m.nt. L.J.A. Damen
(evenementenkalender).
ABRvS 24 april 2019, ECLI:NL:RVS:2019:1356, m.nt. L.J.A. Damen (gedoogbeslissing)
ABRvS 24 december 2019, ECLI:NL:RVS:2019:4434, AB 2020/197, m.nt. A. Drahmann & F. Çapkurt
(DigiD).
CRvB 22 september 2020, ECLI:NL:CRVB:2020:2264 (bestuurlijk rechtsoordeel).
CBb 26 juli 2022, ECLI:NL:CBB:2022:439, AB 2022/277, m.nt. A.C. Hendriks (waarschuwing).
, Opdracht 1 – Keek op de week (thuisopdracht)
Kijk het filmpje ‘Keek op de week – week 3’ dat op Canvas is geplaatst. In dit filmpje stelt Sandra van
Heukelom-Verhage, advocaat-partner bij Pels Rijcken, een vraag . Geef gemotiveerd antwoord op
deze vraag.
Noem een voorbeeld waaruit duidelijk blijkt dat er strategisch wordt omgegaan met het
besluitbegrip:
De bestuursrechtelijke mededeling dat er geen vergunning nodig is kan gezien worden als een
besluit.
Stel dat de omwonenden het niet eens zijn met dit besluit is het van belang dat zij bij de
laagdrempelige rechter kunnen en deze mededeling gelijk wordt getrokken met een besluit in de zin
van art. 1:3 Awb.
Het kan hier namelijk gaan om een activiteit die verricht wordt die als gevolg een onomkeerbare
situatie met mogelijke nadelige gevolgen creëert voor deze omwonenden.
Is het besluitbegrip wel toereikend om de toegang tot de bestuursrechter af te baken? Is het
nog wel modern genoeg om toegang tot het bestuursrecht te garanderen?
Omdat het besluitbegrip zowel door de rechter als door de wetgever strategisch kan en wordt
gebruikt, levert dit rechtsonzekerheid op voor de burger.
Alhoewel er bepaalde eisen volgen uit de wetten om te kunnen bepalen wanneer toegang tot de
bestuursrechter mogelijk is, zijn er uitzonderingssituaties mogelijk waarbij de bestuursrechter
afhankelijk van de specifieke omstandigheden van een geval bepaalt of dat van toepassing kan zijn.
Het is daarbij niet meer zwart op wit wanneer het bestuursrecht wel al dan niet van toepassing kan
zijn op een burger.