Samenvatting JR Samenvatting:
Beginselen van de Administratieve Organisatie: Hele boek
Hoofdstuk 1: Introductie bedrijfsprocessen en organisaties
Het bedrijfsproces wordt beschreven aan de hand van Casus 1.0: Bolte-Kampen
Bolte is kledingwinkel met meerdere vestigingen, die zelfstandig opereren. Bolte-kampen is filiaal in
kampen. Proces daar loopt logisch, kleding passen etc. dan kaartjes scannen en afrekenen.
1.1 Organisaties en bedrijfsprocessen
Administratieve organisatie gaat om het juist regelen van de processen, bv verkoopproces. Moet
ervoor zorgen dat alles betrouwbaar, juist en volledig is uitgevoerd.
- AO is vakgebied van informatiekunde en organisatiekunde. Houdt zich bezig met functioneren van:
Organisatie, Informatie uit organisatie en maatregelen voor functioneren.
- AO gaat om verzamelen, vastleggen en verwerken van gegeven t.b.v. verstrekken van informatie
t.b.v. het besturen functioneren en beheersen van organisatie t.b.v. verantwoording die daarover
afgelegd moet worden.
- AO heeft 4 begrippen, besturen, doen functioneren, beheersen en verantwoording afleggen.
AO zorgt voor doelgericht doelmatig en betrouwbaarheid in organisatie.
Bedrijfsproces is altijd meerdere activiteiten. Bij Bolte kunnen deze onder elkaar worden gezet. De
activiteiten worden niet allemaal door dezelfde medewerker uitgevoerd, voor fraude bv.
Met visualisatie kun je inschatten waar risico’s zijn en daarop maatregelen nemen.
Casus 1.1: Bolte-Wassenaar
Bolte-Wassenaar ook een vestiging. Deze wordt geleid door bedrijfsleider tevens de directeur. Hij
geeft leiding aan afdeling verkoop en afdeling administratie en logistiek. Verkoopteam heeft 1
verkoopleider met 5 verkopers, en zijn 2 verkoopleiders. Afdeling administratie en logistiek kent 2
subafdelingen: Financiële en Personele administratie en Inkoop en Logistiek.
,Samenvatting JR Samenvatting:
Beginselen van de Administratieve Organisatie: Hele boek
Organogram is een weergave van verantwoordelijkheden in een organisatie. Ook wel een
hiërarchisch organisatieschema genoemd. Toont aan wie welke macht etc. heeft.
In grote organisaties vaak splitsing, zo inkoop los van administratie, om controle op betrouwbaarheid
en volledigheid van registratie. Verschillende afdelingen verschillende verantwoordelijkheden.
Belangrijk voor administratieve organisatie en beheersing van risico’s.
Casus 1.2 Bolte-wassenaar, Primaire proces
Primaire proces is inkoop, opslag en verkoop. Eerst bestellen kleding, deze ontvangst in magazijn,
controle op goederen en goedkeuring. Dan in voorraad nemen, filiaalhouder bepaalt wanneer het
naar winkel moet, verkoopteams halen dan producten op en maken ze klaar voor verkoop in winkel.
Dan pakt klant het, scant medewerker het en wordt het verkocht.
Hierboven het primaire proces omschreven, kan weergegeven worden in logistieke basisstructuur:
Activiteit = een Rechthoek Opslag/Voorraad = een driehoek
Primair proces beschrijft altijd de kernactiviteiten van een organisatie. Nu is het goederenproces bv.
Kan voor goederenbewegingen maar ook voor diensten gemaakt worden.
1.2 Ontwikkelingen in organisaties
Organisaties functioneren in een markt met veel ontwikkelingen. Moet ingespeeld worden op deze
omgevingsfactoren om positie te behouden of versterken. Bv. voldoen aan bepaalde eisen voor AO.
Er zijn enkele ontwikkelingen waar bijna elke organisatie mee te maken heeft, zij beïnvloeden de
markt. De belangrijkste of bekendste 4 zijn:
1. Globalisering
De landgrenzen voor markten zijn open of kleiner, de wereld wordt steeds kleiner. Grote markt
expansie. Hiervoor weer voldoen aan eisen, meer concurrentie dus efficiëntere inrichting en
dienstverlening. Belangrijkste middelen is inrichting van bedrijfsprocessen.
2. IT-Ontwikkelingen
Steeds meer online tegenwoordig, zo zijn er internetwinkels. Maar ook is er veel ondersteuning via
het web. Zo zijn er veel mogelijkheden voor bedrijfsprocessen. Veel innovatie door internet-
technologie.
,Samenvatting JR Samenvatting:
Beginselen van de Administratieve Organisatie: Hele boek
3. Samenwerking in de keten
Steeds meer samenwerking in de keten, oftewel strategische
allianties. Opvolgende ketens in bedrijfsproces die samen gaan
werken. Een keten van bedrijven is een bedrijfskolom.
Zo kosten besparen, betere voorraden en kwaliteit etc.
4. Organisatieontwikkelingen
Door concurrentiedruk moeten organisatie constant bezig zijn met het reduceren van kosten, zo
bedrijfsprocessen analyseren en verbeteren. Ook wel kostenbewustzijn.
Daarnaast druk op arbeidsmarkt, deze veranderd ook steeds meer. De verantwoordelijkheden
binnen organisaties veranderen. Nieuwe principes, bv teams.
Alle ontwikkelingen hebben veel invloed op de inrichting van bedrijfsprocessen en beheersings-
maatregelen. Daarom voortdurend bezig zijn om deze te volgen en bedrijfsproces beoordelen.
1.3 Typologie van organisaties
Veel type bedrijven en instellingen met veel overeenkomsten maar toch heel verschillend. Om
theorie te maken die toepasbaar is voor meer dan 1 type, is er een typologie.
Typologie is indelingsmethode waar bedrijven in gezichtspunten onderverdeeld kunnen worden. Zo
kun je ze vanaf een bepaald perspectief te benaderen.
De typologie van Starreveld is bekend typologie voor AO. Hierin is een hoofdindeling in 2
categorieën:
- Bedrijf werkend in een markt (Vooral efficiënte en effectieve bedrijfsvoering gericht)
- Bedrijf niet werkend in een markt (Vooral gericht op wet- en regelgeving)
, Samenvatting JR Samenvatting:
Beginselen van de Administratieve Organisatie: Hele boek
Deze hebben andere benaderingen. De typologie helpt bij het analyseren van het functioneren van
een organisatie.
KOOP = klant order ontkoppelpunt, waar voor eerst in proces met klant/wensen gewerkt wordt.
KOOP 1 : Make to stock : Op voorraad produceren, geen invloed klant. Homogeen en heterogeen.
KOOP 2 : Assemble-to-order : Vervaardigen/assembleren op klantorder.
KOOP 3 : Make to order : Maken op bestelling, stukproductie, wel grondstoffen aanwezig.
KOOP 4 : Engineer to order : Eerst ontwerpen, dan inkopen en produceren,
- Risico’s:
Belangrijkste/moeilijkste AO is beheersen van risico’s. Business risks = extern. Control risks = intern.