Een 9 gehaald op het tentamen met deze samenvatting! Een samenvatting dat puntsgewijs uiteen is gezet. Het betreft de nieuwste druk van Jacquelien Rothfusz 2e editie maart 2017. De hoofdstukken 1t/m 8 zijn samengevat. Voor de meeste opleidingen is het stappenplan van belang, deze is beschreven en e...
1.1 Moraal
Morele vragen gaan over goed en kwaad, over de manier waarop mensen zouden
moeten leven. Morele opvattingen zijn een antwoord op de vraag hoe men zich goed
en verantwoordelijk kan gedragen.
Hume komt met het is-oughtprobleem, dat stelt dat als we precies weten hoe mensen
zich feitelijk gedragen, we daar niet uit kunnen afleiden hoe we ons zouden moeten
gedragen. Waarden en normen zijn verbonden aan een levensvisie, aan idealen over
hoe het leven zou moeten zijn. Verplaetse onderscheidt vijf verschillende moralen:
• Hechtingsmoraal Regelt hoe we omgaan men de mensen met wie we
verbonden zijn. In deze moraal gaat het om hechting en empathie. Bijv. Als
iemand een vriend helpt zonder dat hij daar zelf beter van wordt, of als hij
meeleeft met het lijden van een ander.
• Geweldmoraal Een moreel systeem dat regelt hoe we met bedreigende situaties
omgaan. Bijv. Als iemand de moord op een familielid wreekt door de moordenaar
om te brengen, is er sprake van een geweldmoraal.
• Reinigingsmoraal Regelt dat mensen reinheid koppelen aan het goede en
besmetting met het kwaad. Mensen verweren zich tegen vreemde stoffen. Bijv. Als
mensen de straat op gaan voor een ‘witte mars’ tegen zinloos geweld, verwijzen
ze naar wit, de kleur van de onschuld, om hiermee de samenleving symbolisch te
reinigen.
• Samenwerkingsmoraal Speelt een rol in de manier waarop mensen met elkaar
samenwerken en waarop ze omgaan met mensen die de samenwerking
bedreigen. Belangrijk hierbij is dat men op elkaar vertrouwt. Bijv. Als je online een
t-shirt koopt, moet je erop vertrouwen dat de verkoper dit ook werkelijk opstuurt
nadat je betaald hebt.
• Alle bovengenoemde moralen zijn instinctief Ze bepalen ons gedrag en onze
opvattingen over goed en kwaad, maar ze geven ons geen argumenten. Dit
gebeurt echter wel bij de beginselenmoraal.
Morele kwesties spelen op verschillende niveau’s.
Op microniveau gaan morele vragen over de manier waarop je van mens tot
mens met elkaar zou moeten omgaan. Ze spelen een rol in alle menselijke relaties.
Op mesoniveau maken organisaties morele keuzes, die onder meer hun neerslag
vinden in de visie van de instelling. Hierbij gaat het om opvattingen over de missie
van een instelling en de manier waarop ze daaraan wil werken.
Morele opvattingen kunnen ook iets zeggen over het macroniveau, over de
manier waarop de samenleving moet worden ingericht. Het gaat dan om
vraagstukken zoals de verdeling van de welvaart of de opvatting van
vluchtelingen.
1.1.1 Morele waarden en normen
Binnen de moraal maken we onderscheid tussen waarden en normen. Morele
waarden zijn opvattingen of voorstellingen van het goede. Ze omschrijven wat de
mensen waardevol vinden en waarnaar zij streven. Bijv. Rechtvaardigheid en
, lOMoARcPSD|1764324
autonomie. Normen zijn op waarden gebaseerde handelingsvoorschriften. Het
zijn spelregels die duidelijk maken hoe je je moet gedragen. Bijv. In de Bijbel.
Niet alle omgangsnormen zijn morele normen. Er zijn ook fatsoensnormen. Het
is bijv. Een ongeschreven regel dat studenten tijdens een hoorcollege niet horen te
whatsappen. Het zijn conventies, ‘goede manieren’, die vastleggen wat hoort en
wat niet hoort.
Naast morele normen en omgangsnormen zijn er juridische normen. Juridische
regels sluiten meestal aan op opvattingen over wat een goede samenleving is en
op morele regels die veel mensen delen. Bijv. ‘Gij zult niet doden.’ In de
psychologie is een mooi voorbeeld, dat cliënten het recht hebben om hun eigen
dossier in te zien.
Niet alle omgangsnormen zijn morele normen, er zijn ook fatsoensnormen. Dit zijn
conventies, ofwel “goede manieren”, die vastleggen wat wel en wat niet hoort. Vaak heeft
elke (sub)groep zijn eigen fatsoensnormen, maar er zijn ook culturele en landelijke
fatsoensnormen. Het wordt ook wel “kleine ethiek” of etiquette genoemd. Toch is de
grens tussen fatsoensnormen en morele normen niet altijd heel duidelijk. Er zijn 4 criteria
om ze te kunnen onderscheiden:
1. Ernst: morele normovertreding is erger dan fastoensnorm-overtreding
2. Straf: deze is voor morele normovertreding (veel) zwaarder/erger.
3. Regelcontingentie: morele normen zijn niet/minder afhankelijk van “toevallige”
regels.
4. Autoriteit: morele normen zijn niet/minder afhankelijk van de goedkeurig door
een autoriteit.
1.1.2 Deugden
We kunnen de juistheid van het handelen afmeten aan de waarden en normen die daarbij
zijn gevolgd. We kunnen ook kijken naar de persoonlijke eigenschappen van waaruit de
persoon gehandeld heeft. Een min of meer vaste goede eigenschap van een persoon, die
ertoe leidt dat hij moreel juist handelt, noemen we een deugd. Voorbeelden van deugden
zijn: moed, zorgzaamheid, naastenliefde, hoop, respect, integriteit en zuinigheid.
Begrip Definitie Voorbeeld
Waarden Opvattingen of voorstellingen van het goede. Ze rechtvaardigheid
omschrijven wat mensen waardevol vinden en
waarna zij streven. Het zijn idealen die wezenlijk zijn
voor de kwaliteit van het leven
Normen Op waarde gebaseerde handelingsvoorschriften Geef mensen
gelijke kansen
Deugden Goede eigenschappen die de handelwijze van de integriteit
mens bepalen
1.2 Ethiek
Oorspronkelijk betekent ethiek hetzelfde als zede/gewoonte. Tegenwoordig verstaan we
onder ethiek een systematische reflectie op morele vragen, op basis van rationele
argumenten.
Descriptieve (beschrijvende) ethiek Beschrijft de feitelijke moraal in een
gemeenschap. Het gaat hier over feiten: Hoe gedragen mensen zich in morele
kwesties en welke argumenten gebruiken zij hierbij?
Prescriptieve/Normatieve ethiek Hierbij gaat het om hoe mensen zich zouden
moeten gedragen. Vanuit deze ethiek kan worden geprobeerd om algemene
principes te vinden waarmee kan worden bepaald wat moreel juist gedrag is.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper dorienjanine92. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,98. Je zit daarna nergens aan vast.