ICW SAMENVATTING
HOOFDSTUK 1
De mind (geest) is niet makkelijk te observeren, meten of manipuleren
Lastig te onderzoeken
Wat is cognitive science?
Het wetenschappelijke interdisciplinaire onderzoeksveld naar de mind (geest)
- Methodologie: primair gezien de wetenschappelijke methode (scientific method),
maar veel andere methodes komen ook aan bod
- Veel verschillende vakgebieden dragen bij aan de cognitieve wetenschap, zij brengen
allen hun eigen perspectieven en vaardigheden mee
- Niet één opvatting over de mind is adequaat
- Eerder een soort samenwerkingsverband tussen verschillende vakgebieden dan een
som van deze vakgebieden
Mind = een informatieverwerker:
- Representeren van informatie
- Transformeren van informatie
Representatie:
Iets dat staat voor iets anders Een representatie is dus symbolisch
- Mentale representatie: er is een symbolische entiteit in ons hoofd die staat voor het
echte object
- Menselijke representaties zijn semantisch: ze hebben betekenis, deze kan als volgt
worden achterhaald
- Intentionaliteit: “gericht op een object” dus de betekenis van een representatie komt
voort uit de relatie tussen de representatie en de referent
Wordt getriggered door de referent of gelijksoortige objecten
Formeel systeem van symbolen:
- Symbolen worden aan elkaar gekoppeld om zo tot uitdrukkingen te komen
- Deze uitdrukkingen kunnen vervolgens door processen gemanipuleerd worden
- Bijvoorbeeld de woorden “alle” en “zoogdieren” zijn symbolen welke tot de
uitdrukking “alle zoogdieren voeden hun jongen”
- Deze uitdrukking kan gemanipuleerd worden door te zeggen “alle zoogdieren voeden
hun jongen,” “walvissen voeden hun jongen,” “dus walvissen zijn zoogdieren”
Physical symbol system hypothesis (PSSH): beweert dat een formeel systeem intelligentie
mogelijk maakt, aangezien mensen representationele en computationele kennis hebben om
dingen te gebruiken die voor iets anders staan (symbolen)
- Kritiek op PSSH:
o Symbolen die computers gebruiken hebben geen semantische kwaliteit,
aangezien ze niet gekoppeld zijn aan de omgeving op een bepaalde manier
o Machines hebben geen lichaam en kunnen daarom ook geen betekenis
verwerven
, Symbol grounding problem (= een heruitdrukking van het concept van
intentionaliteit)
- Verwering van deze kritiek: een computer kan wel objecten aanduiden/noemen
(designate)
Vier categorieën binnen representatie:
- Concept: iets dat staat voor een specifieke entiteit of een groep entiteiten
Het woord appel verwijst naar het concept van die fruitsoort
Kan ook verwijzen naar een abstract iets, zoals ‘liefde’ of ‘gelijkheid’
- Proposities: stellingen over de wereld die zijn opgemaakt uit losse concepten, kunnen
worden vormgegeven als zinnen
“Jan heeft bruin haar”
- Syllogism: bestaat uit drie proposities
o “Alle mannen houden van voetbal.” “John is een man.” “John houdt van
voetbal.”
o Zelfde als deductive reasoning
o Kan bewezen worden als juist of onjuist
- Regels: leggen de relatie uit tussen proposities
“Ik neem mijn paraplu mee, als het regent” hierbij worden de twee
zinnen/proposities met elkaar in verband gebracht (= productieregel/production rule,
waarbij “if x, then y” geldt).
- Analogie: helpt om vergelijkingen tussen twee gelijksoortige situaties te maken (bijv.
een oude en een nieuwe situatie)
Bieden ons de mogelijkheid ons leren te generaliseren, zodat we wat we al hebben
geleerd kunnen toepassen in een andere situatie
Vier aspecten van iedere soort representatie:
- Hetgeen dat de representatie toont (een computer of persoon) moet zich realiseren
dat het een representatie is
- Een representatie moet inhoud hebben (staan voor een of meerdere objecten)
- Een representatie moet op een bepaalde manier in verband staan met de referent
Referent: hetgeen waar de representatie voor staat
- Een representatie moet te interpreteren zijn door degene die de representatie toont
of iemand anders
Computatie: representaties hebben weinig nut, tenzij er iets mee gedaan kan worden
Het concept van geld heeft weinig betekenis, tenzij we bijvoorbeeld weten hoe we het
juiste bedrag aan wisselgeld aan iemand terug kunnen geven
Hierbij komen computaties kijken
Tri-Level Hypothesis: mentale en kunstmatige informatieverwerkingsprocessen kunnen
geëvalueerd worden op drie niveaus
- Computational level: meest abstracte niveau, waarbij je te maken krijgt met twee
opgaven
o Duidelijke specificatie maken van het probleem, door het op te delen in de
basiselementen waaruit het oorspronkelijk bestond
o Het doel/reden van het verwerkingsproces
, - Algorithmic level: hoe een verwerkingsproces uitgevoerd wordt
o Algoritme: een formele procedure/systeem dat inspeelt op informatieve
representaties
o Deze kunnen worden uitgevoerd ongeacht de betekenis van de representatie
o Algoritmes spelen in op de vorm, niet de betekenis van de symbolen
o Bijvoorbeeld een wiskundige formule
o Ook wel programming level genoemd
- Implementional level: meest specifieke en concrete niveau, over waar de
informatieverwerker van gemaakt is
o Ook wel hardware level genoemd
o Bij een computer: monitor, harde schijf, toetsenbord, etc.
o Bij een mens/dier: brein, neuronen en neurale activiteiten
Verschillende visies over computatie:
- Klassieke benadering van formele systemen:
o Computer als een formal symbol manipulator
Formeel: wanneer het systeem syntactisch is (= gestructureerd d.m.v. regels)
- Connectionist/netwerk benadering:
o Kennis is gerepresenteerd als een patroon van activatie/gewicht welke wordt
verplaatst door een netwerk
Hierdoor globaler dan één specifiek symbool
o Verwerking vindt parallel plaats door de gelijktijdige activatie van
verschillende elementen in het netwerk
Kritiek: informatieverwerking vindt plaats in beide systemen en hierom kan de tri-level
hypothesis op beide systemen toegepast worden
Dynamical perspective (psychologie):
- De mind is constant aan het veranderen omdat het zich aanpast aan nieuwe
informatie.
- Wanneer we voor de eerste keer een representatie aanleren wordt deze telkens
aangepast aan nieuwe informatie die hiermee te maken heeft
- Bijv. wanneer de eerste auto die je zag rood was, creëer je de representatie van een
rode auto. Naderhand leer je dat niet iedere auto rood is en pas je je representatie
aan.
Computatie wordt gezien als neuraal en meercellig, oftewel:
- Het is het resultaat van een stroom aan elektrische signalen via neurale
celmembranen
- Bray: beweert dat computatie plaatsvindt in cellen, in plaats van tussen cellen
Het interdisciplinaire perspectief:
- Om meer te weten te komen over de mind is er samenwerking en communicatie
vereist tussen onderzoekers vanuit verschillende disciplines
Cognitieve wetenschap: niet de som van alle disciplines, maar juist de interactie van
deze disciplines