Anatomie onderbeen - enkel
De benaming en de anatomische ligging van de bloedvaten en zenuwen van het onderbeen,
enkel en voet kunnen worden benoemd.
De 4 loges van het onderbeen kunnen worden onderscheiden en verschillende structuren die
zich in deze loges bevinden kunnen worden aangegeven.
De bouw, functie en de verschillende bewegingsassen van de gewrichten van het onderbeen
en enkel, kunnen worden aangegeven. De ligging van de musculatuur ten opzichte van de
bewegingsassen kan worden beschreven en de consequentie ten aanzien van bewegingen
rondom deze bewegingsassen kan worden benoemd.
De benaming en de anatomische ligging van de bloedvaten en zenuwen van het onderbeen, enkel
en voet kunnen worden benoemd.
Skelet onderbeen en voet:
Skelet van het onderbeen bestaat uit de tibia en de fibula
Voetwortelbeenderen Laterale rij: calcaneus, cuboideum, Mediale rij: Talus, naviculare,
cuneiforme.
Metatarsalia
Phalangen
Gewrichten
Art. Tibio fibularis - Proximaal
Membrana interossea cruris
Syndesmosis tibiofibularis - Distaal
Bovenste spronggewricht: Talus(convex)- cruris(concaaf) (art. talocruralis)
Onderste spronggewricht: Taluscalcaneus en naviculare (art. subtalaris)
Onderste spronggewricht:
De talus, calcaneus en os naviculare vormen het OSG. Dit gewricht wordt in de canalis tarsi en de
sinus tarsi verdeeld in een achterste en voorste kamer, die elk een eigen gewrichtskapsel bezitten.
Bewegingen van het onderste spronggewricht vinden altijd plaats in zowel het voorste als het
achterste deel.
Voorste kamer (sinus tarsi) art. talocalcaneonavicularis: gewrichtskom bestaat uit beide voorste,
concave gewrichtvlakken van de calcaneus, de concave achterzijde van het os naviculare en uit het
zeer stevige lig. calcaneo naviculare plantare.
(sinus betekent holte)
Achterste kamer (canalis tarsi) art. subtalaris: convexe calcaneus articuleert met concave talus.
Ligamenten OSG:
- Ligamentum talocalcaneum interosseum -> liggen als een soort kruisbanden
- Ligamentum talocalcaneum mediale et laterale -> versterkt het kapsel van het achterste deel van het
OSG
Gewrichten voet
Tussen de diverse ossa tarsalia
O.a. Lijn van Chopart: lijn tussen talus, calcaneus en naviculare, cuboideum
Tarsometatarsale gewrichten (lijn van Lisfranc: art. intertarsae en art. metatarsae)
, Ossa cuneïforme en os cuboïdeum, metacarpalia
NB ook tussen metacarpalia gewrichtvlakken, MCP, PIP, DIP
Spieren onderbeen en pees verloop:
,m. gastrocnemius plantairflexie, flexie art. genus
m. soleus plantairflexie
m. peroneus longus en brevis plantairflexie , eversie
m. tibialis anterior dorsaalflexie, inversie
m. extensor digitorum longus dorsaalflexie, eversie, ext. phalangen 2 - 5
m. extensor hallucis longus dorsaalflexie, ext. phalanx 1
m. flexor digitorum longus plantairflexie, inversie
m. flexor hallucis longus plantairflexie, inversie
Peesschede:
Ventraal:
Extensor digitorum longus ventrale kapsel
Fibularis (peroneus) tertius
Extensor hallicus longus
Tibialis anterior
Mediaal plantair
Flexor hallucis longus dorsale kapsel
Flexor digitorum longus (proximaal en distaal)
Lateraal
Fibularis (peroneus) longus
Fibularis (peroneus) brevis
Achillespees heeft geen peesschede!
Retinaculum:
Mm. extensormum superius -> peesschede van de tibialis anterior
, Mm. extensorum inferius -> peesschedes van de tibialis anterior, extensor hallucis longus en
de gezamenlijke peesschede van de extensor digitorum en peroneus tertius
Mm. peroneorum superius -> peesschedes van de peroneus longus en brevis
Mm. peroneum inferius -> peesschedes van de peroneus longus en brevis
Mm. flexorum -> peesschedes van de tibialis posterior, flexor digitorum longus en flexor
hallucis longus
Tendinopathie = veroudering achillespees
Fascie compartimenten:
1. Compartimentum cruris anterius
M. tibialis anterior
M. extensor digitorum longus
M. extensor hallucis longus
M. fibularis (peroneus) tertius
Arteria en vena tibialis anterior
N. fibularis (peroneus) profundus
2. Compartimentum cruris laterale
M. fibularis (peroneus) longus
M. fibularis (peroneus) brevis
Arteria en vena fibularis (peroneus)
N. fibularis (peroneus) superficialis
3. Compartimentum cruris posterius pars profunda
M. flexor digitorum longus
M. tibialis posterior
M. flexor hallucis longus
Arteria en vena tibialis posterior
Arteria en vena fibularis
N. tibialis
4. Compartimentum cruris posterius pars superficialis
M. triceps surae
M. plantaris
Arteria en vena tibialis posterior
Arteria en vena fibularis
N. tibialis
Arterïele bloedvoorziening
A. iliaca communis -> a. iliaca externa en a. iliaca interna
A. iliaca externa -> a. femoralis (voorzijde been)
A. femoralis -> a.poplitea (achterzijde been)
A. poplitea -> a. tibalis posterior (achterzijde, mediaal) en a. tibialis anterior (voorzijde, lateraal)
A. tibialis anterior -> a. dorsalis pedis -> a. arcurate -> aa. metatarseae dorsalis -> aa. digitales dorsalis
A. tibialis posterior -> a. fibularis etc.
A. obturatorius komt uit de a. iliaca externa
De diepe venen gaan gepaard met de arteriën van het been
V. saphena parva loopt dorsaal langs de laterale malleolus (loopt in v. poplitia)
V. saphena magna loopt ventraal langs de mediale malleolus (gaat door de hiatus saphenus)