Samenvatting van de hoofdstukken 1-4, 6, 7, 9, 13, 15, 16. Overal staan paginanummers bij, zodat je zelf nog extra info kan opzoeken tijdens je tentamen :)
Solomon – leesvragen hoofdstuk 1: Zoon
1. De titel van het eerste hoofdstuk is ‘Zoon’. Waarom denk je dat Solomon voor deze titel heeft
gekozen?
- Solomon heeft voor deze titel gekozen omdat hij steeds de verhalen met zichzelf vergelijkt. Hij
was een homoseksuele en dyslectische zoon van zijn ouders. Hij vergelijkt zijn opvoeding die hij
kreeg als zoon steeds weer met andere ‘gehandicapten’.
2. Solomon bespreekt in dit hoofdstuk twee belangrijke begrippen: verticale identiteit en
horizontale identiteit. Leg uit wat hieronder wordt verstaan en hoe deze van toepassing zijn op
Andrew Solomon zelf.
- Verticale identiteit: de kenmerken en waarden van kinderen die overeenkomen met die van de
ouders, via het DNA en gedeelde culturele normen (p. 11). Solomon Is een Joodse man, zijn
moeder was Joods. Zij schaamde zich hiervoor. Haar vader, zijn opa, hield dit verborgen om zo zijn
werk te kunnen behouden. Haar eens verloofde verbrak de verloving, omdat zijn familie hem
dreigde te onterven als hij met een Jood zou trouwen (p. 21+22).
- Horizontale identiteit: het kind heeft een intrinsieke of verworven eigenschap die de ouders niet
hebben (goed in sport, terwijl de ouders dit niet zijn geweest). Dit kan het gevolg zijn van
recessieve genen, mutaties, prenatale invloeden of waarden en voorkeuren die een kind niet
deelt met zijn ouders (p. 11). Solomon Is homoseksueel, dus niet verworven van de ouders,
maar ontdekt door observatie en deelname aan een subcultuur buiten het gezin (p. 13).
Daarnaast is ook hij dyslectisch, gekomen door een neurologische afwijking (p. 18).
3. ‘Wij gebruiken vaak ziekte als we een bepaalde gesteldheid in een negatief daglicht willen
stellen en identiteit als we die positief willen bevestigen. Dat is een vals onderscheid.’ (p.15).
Wat bedoelt Solomon hiermee en welke visie kun je hieruit afleiden?
Als er iets negatief is dan ligt het niet aan jou, maar aan de situatie (jouw ziekte). Als iets positiefs is,
dan komt dat door jou (door jouw identiteit). De visie die je hier uit kunt afleiden is de identiteitsvisie.
De identiteitsvisie verwerpt het idee van ziekte, terwijl de geneeskunde te weinig het
identiteitsaspect onderkent. Door hun beperktheid schieten beide tekort (p. 15+16).
Mensen die anorexia hebben zien dit zelf als een deel van hun identiteit, maar deze identiteit kan wel
hun dood veroorzaken, waardoor het ook als ziekte kan worden beschouwd (p. 50). Zo wordt
homoseksualiteit als een ziekte beschouwd, terwijl het eigenlijk een identiteit is (p. 25).
P. 47 bevat nog een mooi voorbeeld!
4. Francis Fukyama (sociale theoreticus, p.33), spreekt van een ‘postmenselijke toekomst’ waarin
we de variëteit van de mensheid elimineren.
a. Welke trends dragen hieraan bij?
- Abortus plegen, je kind afstaan, embryoanalyse voor implantatie en prenatale testen (p. 33).
b. Hoe verhoudt deze ‘postmenselijke toekomst’ zich tot een ‘sociale visie’ en een
‘humanistische visie’ op kinderen/mensen met een ‘beperking’ ? (p.60). Laat in je
antwoord zien dat je weet wat deze visies inhouden.
- Sociale visie: de verscheidenheid van mensen maakt de wereld meer interessant. De wereld is
saai zonder lijden. Sociale visie: diversiteit is er en dat is oké.
- Humanistische visie: we moeten het lijden van elk mens naar ons beste kunnen verlichten. De
wereld is saai zonder jouw eigen lijden. Deze visie verhoudt zich het beste met de
‘postmenselijke toekomst’. Humanistische visie: je moet hulp bieden aan iemand met een
beperking.
, c. Wat zouden jouw argumenten voor en tegen deze ‘postmenselijke toekomst’ zijn?
Voor:
- Verbeterde menselijke capaciteiten: In een postmenselijke toekomst kunnen we de menselijke
capaciteiten aanzienlijk verbeteren door technologie te integreren met het menselijk lichaam.
Dit kan leiden tot verbeterde cognitieve functies, fysieke kracht en levensduur. Mensen kunnen
bijvoorbeeld genetisch aangepast worden om ziektes te voorkomen en zich beter aan te passen
aan de omgeving.
- Overwinnen van beperkingen: Postmenselijke technologieën kunnen mensen helpen bij het
overwinnen van fysieke en mentale beperkingen. Voor personen met handicaps kan dit
betekenen dat ze de mogelijkheid hebben om een leven te leiden dat anders niet mogelijk zou
zijn geweest.
- Technologische vooruitgang: Het omarmen van een postmenselijke toekomst kan leiden tot
aanzienlijke technologische vooruitgang. Dit kan leiden tot wetenschappelijke doorbraken en
innovaties die de samenleving als geheel ten goede kunnen komen.
Tegen:
- Morele en ethische zorgen: Het creëren van postmenselijke wezens kan leiden tot ernstige
morele en ethische dilemma's. Wie bepaalt wat ‘verbetering’ is? Hoe voorkomen we
ongewenste neveneffecten? Er zijn zorgen over het scheppen van een hiërarchie van mensen
gebaseerd op hun genetische of technologische kenmerken.
- Verlies van menselijkheid: Sommigen vrezen dat het nastreven van een postmenselijke
toekomst ons zou kunnen ontdoen van onze menselijkheid. Door te streven naar perfectie en
verbetering, zouden we kunnen vergeten wat het betekent om menselijk te zijn, met al onze
imperfecties en unieke eigenschappen.
- Ongelijke toegang: Postmenselijke technologieën zouden waarschijnlijk niet gelijk beschikbaar
zijn voor iedereen. Dit kan leiden tot een groeiende kloof tussen degenen die toegang hebben
tot verbeteringen en degenen die dat niet hebben, wat sociale ongelijkheid verder kan
vergroten.
5. Het boek ‘ Ver van de boom’ is tot stand gekomen na uitvoering onderzoek door Solomon zelf.
Hoe is zijn studie te typeren en welke kritiek kun je hier als wetenschapper op hebben?
- Solomon heeft meer dan 300 gezinnen geïnterviewd, dit maakt zijn onderzoek een kwalitatief
onderzoek. Kritiek erop is dat hij verschillende interviews niet heeft meegenomen in het boek.
Dit kan een ander perspectief geven over opvoeden van een ‘ander’ kind (p.57). Daarnaast geeft
hij zelf aan dat ouders die bereid zijn zich te laten interviewen, een zelf selecterende groep
vormen: degenen die verbitterd zijn geraakt zullen hun verhaal minder gauw vertellen dan
degenen die hun ervaringen verrijkend hebben gevonden (p. 34).
6. Ouders van kinderen met een ‘beperking/afwijking’ kunnen hun opvoedingstaak verschillend
beleven. Solomon illustreert dit aan de hand van een aantal studies. Kun je enkele resultaten
hiervan kort toelichten?
- Aaron Antonovsky: een sense of coherence, een besef van samenhang. Ouders die hun
verwachtingen niet vervuld zien worden door een kind met een horizontale identiteit, hebben
veerkracht nodig om zonder bitterheid hun toekomst nieuwe inhoud te geven. Ook heeft het kind
veerkracht nodig en idealiter bevorderen de ouders dat (p.37). Hierin beleven de ouders dus hun
opvoedingstaak als belastend; zij moeten een nieuwe toekomst inhoud geven. In eerste instantie
maakt de horizontale identiteit van hun kind (handicap) hun toekomst inhoudsloos.
- Ann S. Masten: veerkracht is in iedereen aanwezig, het cultiveren ervan is voor ieders
ontwikkeling essentieel (p. 37). Hierin kan de opvoedingstaak van de ouders als positief worden
gezien: zij hebben er de veerkracht voor, deze moeten zij alleen even vinden.
- Als je zorg draagt voor een gehandicapt kind neemt je biologische leeftijd sneller toe dan je
chronologische leeftijd; je veroudert eerder. Dit is negatief voor de opvoedingstaak; deze wordt
als vermoeiender gezien. Echter zegt 94% van de ouders van een gehandicapt kind, dat zij het
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper doriendeboer. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,99. Je zit daarna nergens aan vast.