Leerdoelen organisatiekunde
Les 1: H 1
Het belang van organisatiekunde voor juristen in de praktijk uitleggen
Verschillende typen organisaties onderscheiden naar aard van hun activiteiten
Het INK en 7S model uitleggen en toepassen.
Juridische dienst:
Kan alleen worden geleverd door iemand met een juridische opleiding op hbo-niveau of
hoger, omdat dit hoogwaardige juridische expertise vereist.
VB: huurbaas, mediator, bedrijfsjurist.
Een dienst met belangrijke/complexe juridische aspecten:
Is ook specifieke kennis nodig, maar dit kan ook worden gegeven door niet-juristen.
Zie figuur 1.2 op bladzijde 13 van het boek.
VB: conducteur.
Belangrijke gemeenschappelijke competenties/capaciteiten voor alle juridische professionals
zijn:
- juridisch-analytisch vermogen (inclusief van wet- en regelgeving)
- schriftelijke / mondelinge taalvaardigheid.
Private sector: Advocatenkantoren, notariskantoren, juridische adviesbureaus.
Publieke sector: Openbaar Ministerie, Rechtbanken.
Non-profitsector: Juridisch Loket, Leidse Rechtswinkel, stichting De Geschillencommissie.
Organisatiegebieden zijn:
Leiderschap
management van medewerkers
strategie & beleid
management van middelen.
Aantekeningen les 1
Organisatiekunde:
Bestudeert organisaties, het gedrag dat zij vertonen en zoekt naar antwoorden op de vraag
hoe prestaties van organisaties beïnvloed kunnen worden.
Wat is organisatiekunde?
- Organisatie een samenwerkingsverband van mensen en middelen om een bepaald
doel te bereiken
- Bedrijf geen winstoogmerk (scholen, ziekenhuizen)
- Onderneming wel winstoogmerk
, Opdracht : Openbaar Ministerie
o Blz. 20
- Organisatiekundige aanduiding bedrijf, geen winstoogmerk
- Rechtsvorm/rechtspersoon publiekrechtelijke rechtspersoon / onderdeel van de
staat (geen ZBO)
7S model:
o Blz. 31
- Strategie
- Structuur
- Gedeelde waarden
- Systeem
- Vaardigheden
- Management Style
- Personeel
INK model:
o Blz. 30
Deming cirkel (PDCA-cyclus) : plan, do, check, act
Gekoppeld aan INK model:
- Plan: leiderschap, strategie en beleid
- Do: management en medewerkers, management van middelen, management van
processen
- Check: medewerkers, klanten en leveranciers, maatschappij, bestuur en financiers
- Act: verbeteren en vernieuwen (de feedbacklus)
Plan:
- Definieer het probleem dat je wilt oplossen, of het doel dat je wilt bereiken
- Ontwerp een strategie of methode dit voor elkaar te krijgen
Do:
- Voer de noodzakelijke acties uit om te voldoen aan het plan
Check:
- Bekijk de verkregen resultaten
- Vind uit wat werkt en wat niet
Act:
- Voer de aanpassingen door waarvan bewezen is dat ze resultaat opleveren
- ? zie powerpoint
Les 2: H 2.1 t/m 2.6
De begrippen missie, visie, waarden en strategie uitleggen en toepassen op concrete
situaties
Aangeven wat de rol is van strategische keuzes, het SMART (her)formuleren van een
strategie en de planning-en-controlcyclus voor de strategische, tactische en
operationele planning van een organisatie
Het strategische, tactische en operationele niveau binnen organisaties onderscheiden