Events: de theorie Hoofdstuk 14
14.1 Veiligheid van evenementen
De mate van veiligheid op een evenementen is voor een groot deel afhankelijk van de
voorbereiding. Veiligheid begint bij preventie: hoe kan je risico’s voorkomen. De gemeente
zal voor de aanvraag van een vergunning ook een risicoanalyse maken. De veiligheid van
een evenement kan door verschillende oorzaken in gedrang komen. De belangrijkste
oorzaken van calamiteiten (ernstige incidenten) zijn: ordeverstoring (drankmisbruik,
geweldpleging), brand, ongeval, verdrukking, bedreiging gezondheid (voedselvergiftiging),
veranderde weersomstandigheden en logistieke fouten (smalle doorgangen, onduidelijke
routes). Alle gevallen hebben een aanpak voor preventie (voorkomen) en een aanpak voor
bestrijding nodig.
14.1.1 Ordeverstoring
Je hebt twee type ordeverstoorders: notoire ordeverstoorder en de
gelegenheidsordeverstoorder. Een notoire ordeverstoorder doet dit regelmatig en een
gelegenheidsordeverstoorder doet dit af en toe en wordt gezien als meeloper. De laatste
groep is het groots en komt vaak door drank of drugs. Een goed doordacht beleid op het
punt van drankverstrekking en drugscontrole kan dan ook veel ellende voorkomen. Het
verbod op alcohol onder 18 jaar moet nageleefd worden, maar ook kan er gebruik gemaakt
worden van evenementenbier (alcoholpercentage van 2.5% i.p.v. 5%). Personeel kan ook
geen drank meer schenken aan mensen die al te ver heen zijn. Borden en de website van
een evenement kunnen ervoor zorgen dat bezoekers op de hoogte zijn dat er streng
gehandhaafd wordt op het gebruik van alcohol en drugs. Verder zijn er nog genoeg tips te
vinden voor organisatoren en gemeentes om een evenement in goede banen te leiden (lees
rijtje in het boek).
Andere vormen van ordeverstoring zijn overvallen, zakkenrollers, plunderingen van tenten en
andere vormen van diefstal, bommeldingen, rellen en vandalisme. Wat kan je doen om deze
verstoringen tegen te gaan? Goede toegangscontrole (fouilleren), camerabewaking en
persoonlijke bewaking. Bij persoonlijke bewaking moet men zo onopvallend mogelijk
optreden om verdere escalatie te voorkomen, helemaal als er drank of drugs in het spel zijn.
14.1.2 Brand
Brandgevaar is er altijd, maar deze kans kan wel kleiner gemaakt worden doormiddel van
brandpreventie. Er kunnen diverse maatregelen genomen worden zoals het vermijden van
open vuur, brandbare materialen vermijden, brandvertragende decoraties gebruiken en
zorgen dat plafond versieringen minimaal op twee en een halve meter hoogte hangen. Mocht
er toch iets gebeuren, dan moeten de gevolgen minimaal blijven. Maatregelen bij
binnenactiviteiten zijn: noodverlichting, nooduitgangen, meerdere uitgangen, vluchtroutes
vrijhouden, exit bordjes boven uitgangen, brandblussers en bak-, braad- en frituurtoestellen
moeten afgedekt kunnen worden. Voor buitenactiviteiten gelden ook nog dat er brandkranen
vrijgehouden moeten worden, barbecues moeten minimaal 5m van gebouwen en
beplantingen staan en gelden er eisen voor het plaatsen van tenten zodat er vrije ruimte blijft
voor brandweerlieden en -wagens. Voor iedere situatie gelden voorschriften die vastgelegd
zijn in de Handleiding Brandpreventievoorschriften Evenementen.
, 14.1.3 Ongeval of calamiteit
Ongevallen kunnen een eenvoudige valpartij zijn, maar ook een hartstilstand. Wanneer de
omvang van een ongeval groter is, spreken we van een calamiteit. Dit kan bijvoorbeeld een
instorting zijn waarbij meerdere mensen (zwaar)gewond raken.
14.1.4 Verdrukking
Een grote menigte een mensen die zich massaal in één richting beweegt, kan ongewenste
krachten ontwikkelen. Mensen kunnen in gedrang komen waardoor er verdrukking kan
ontstaan. Meestal gebeurd dit als mensen op de vlucht slaan. Goede vluchtroutes en het
publiek kunnen opdelen in compartimenten zijn aspecten die kunnen helpen.
14.1.5 Bedreiging van de gezondheid
Bedreigingen van de gezondheid kan voedselvergiftiging, bacteriële besmettingen, uitputting,
uitdroging maar ook oververhitting en onderkoeling zijn. Dit soort dingen kunnen allemaal
voor een groot deel voorkomen worden door de juiste preventie.
14.1.6 Veranderende weersomstandigheden
Een opstekende storm, hagelbui of windhoos kan snel flinke schade veroorzaken. Er kan
hierdoor materiële schade ontstaan, maar ook verwondingen. Plotselinge
weeromstandigheden kan je niet voorkomen maar je kan er wel op anticiperen. Als je ziet dat
het veel meer gaat regenen, dan kan je matten of rijplaten neerleggen voor goede
waterafvoer of je kan tenten beter verankeren bij flinke windstoten. Weerinstituten kunnen
organisaties van evenementen vooraf en tijdens een evenement van informatie voorzien. Zo
kan je snel anticiperen als je ziet dat het weer gaat omslaan, door bijvoorbeeld mensen te
evacueren of het evenement uitstellen in tijd. De organisatie maakt van te voren
nepscenario’s om door te kunnen nemen wat er gebeurd moet worden mocht een van deze
scenario’s toch voorkomen.
14.1.7 Logistieke fouten
Te smallen doorgangen bij te grote (onverwachte) publieksstromen kunnen zorgen voor
verdrukking en onduidelijke vluchtroutes kunnen ervoor zorgen dat mensen in onbedoelde
richtingen gaan lopen.
14.1.8 Paniek
Wanneer een locatie ontruimd moet worden of wanneer er zich andere calamiteiten
voordoen, kan er gemakkelijk een paniekreactie ontstaan. Als dit zich voordoet dan moeten
er duidelijke vluchtmogelijkheden zijn. Je moet je voor kunnen stellen hoe het publiek op de
situatie zou kunnen reageren en kijken of je genoeg faciliteiten voor deze reactie kan bieden.
Dus schuilplekken bij regen en vluchtroutes bij brand.
14.2 Veiligheidsplan
Gemeenten vragen bij grotere evenementen aan de organisatoren om een veiligheidsplan te
maken. Zo kan de gemeente zien met welke diverse hulp- en ordediensten de organisator
afspraken heeft gemaakt. In het plan moet aangegeven worden welke maatregelen er
worden getroffen op het gebied van EHBO, brandveiligheid, beveiliging, crowd management,
crowd control, sanitaire voorzieningen, horeca, vuurwerk en ontruiming. Een belangrijk deel
van het veiligheidsplan is de samenstelling van een coördinatieteam (politie, brandweer,
beveiliging organisatie en GHOR (de Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie Regio)).