Samenvatting:
Ontwikkelingspsychopathologie
Hoofdstuk 1 t/m 16.
,Hoofdstuk 1: Introductie
- Ontwikkeling psychopathologie- de wetenschappelijke discipline die onderzoekt hoe
psychische stoornissen ontstaan en zich ontwikkelen.
- Je hebt- ontwikkelingspsychologie, klinische psychologie, pedagogie, kinderpsychiatrie,
biologie, sociologie, antropologie en de epidemiologie.
- DSM-5 Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders.
, Hoofdstuk 2: Classificatie, diagnostiek en epidemiologie
2.1 Inleiding
- Classificatiesystemen gebruikt om gedragingen van kinderen te beschrijven,
onderscheiden en in te delen in verschillende categorieën.
- Diagnose heeft een hulpverlener de stoornis vastgesteld?
- Epidemiologisch onderzoek hoeveel kinderen hebben de stoornis?
2.2 Classificatie
- Classificatie is een persoon herkennen, er een naam aan geven en indelen in een
categorie. Classificeren doen we de hele dag door. Is dit fruit/brood/vlees? We kijken,
luisteren, proeven, ruiken en voelen om personen, dingen en situaties in te delen.
- Interpreteren en classificeren zitten aan een medaille aan een andere kant. Dus eerst is
het een meisje of jongen en wanneer is het een vrouw?
- Psychopathologie wilt dit vreemd of afwijken gedrag goed in kaart brengen,
classificatiesysteem kan dan helpen om niet alleen onderscheid te maken tussen
verschijnselen, maar ook over overeenkomsten te signaleren en zowel oude als nieuwe
verschijnselen in te delen.
- Categoriseren>etiketten>stigmatisering>generalisering nadeel!
- DSM-5 zelf geen diagnostisch (classificerend) handboek, maar wordt vaak wel zo gebruikt.
- Er zijn veel verschillende versies geweest van de DSM-5. Emil Kreapelin is de grondlegger
van het classificatiesysteem. Hij maakte een indeling van psychische stoornissen die was
gebaseerd op psychiatrische patiënten met ernstige stoornissen (DSM-1). 1980 DSM-3
daarvoor definieerde psychiaters bijv. depressie allemaal anders. 2013 DSM-5.
- Allereerst kijken ze naar symptomen (beschrijven stoornis) kan observeerbaar gedrag zijn,
maar ook innerlijke kenmerken zijn. Ook aantal, welke mate en welk termijn. Vuistregel
hoe meer symptomen hoe ernstiger de stoornis.
- Duur van symptomen en vanaf welke leeftijd oom van belang. Ook in welke mate zijn
stoornis zijn functioneren negatief beïnvloedt.
- Echter valt iemand soms niet onder de juiste symptomen, maar heeft hij het wel of
andersom.
- 300 stoornissen beschreven in DSM-5.
- Comorbiditeit meer stoornissen tegelijkertijd.
- Kritiek is dat het allemaal vanuit het gemiddelde beschreven wordt.
- Dimensionale indeling gaat het om de mate van ernst. Afhankelijk van de ernst van de
symptomen en de hoeveelheid van de symptomen.
- DSM-5 voor psychiaters, maar CBCI meer bij psychologen. Voordelen hiervan zijn dat ze
beter aansluiten bij ontwikkelingspsychopathologie. Houdt rekening met tijd veranderde
psychische problematiek. Nadelen zeldzame stoornissen moeilijk te vinden.
2.3 Diagnostiek
- Drie waarom vragen
Waarom heeft dit kind deze klachten op dit moment gekregen?
Waarom blijven juist deze problemen en klachten bestaan?
Wat zegt het over dit kind en zijn gezin dat deze problemen zijn ontstaan en blijven ontstaan?
- Diagnose is een aanzet om te verklaren en begrijpen wat hulpverleners zien bij een kind.
Ze maken hierbij gebruik van wetenschappelijke inzichten- het bio psychosociale model,
model van risico factoren en beschermende factoren en inzichten uit psychologie,
pedagogie of andere wetenschappen die voor een specifiek probleem relevant zijn.