Hoofdstuk 1: Denken over organisatie en management
- Bedrijven en organisaties zijn een construct: ze zijn gemaakt.
De mens maakt het, richt het in, werkt er mee, werkt ervoor, werkt erin, enz.
Het is er omdat het een functionaliteit heeft: het dient ergens toe.
Mensen doen niet iets als het niet ergens toe dient
- Veel studies naar organisatie (= organisatiekunde):
Soll = organisatietheorie = hoe zou het moeten zijn
Ist = organisatieanalyse = hoe is het nu eigenlijk
Wird = organisatieveranderkunde = hoe krijgen we het zoals het moet
- Een organisatie is een samenwerkingsverband tussen twee of meer personen die
kracht, kennis en vaardigheden bundelen om een doel te bereiken of erin te voorzien
Hierbij zijn de kernelementen:
Gestructureerd, op basis van regels
Gemeenschappelijk doel
Maken gebruik van middelen (denkkracht, machines, enz.)
Taakverdeling
Bedrijfseconomisch winst maken
Non-profit winst maken is niet het eerste doel
- Organiseren is het bij elkaar brengen van een groep mensen om een bepaald doel te
bereiken met de benodigde middelen / het mogelijk maken dat de organisatie zijn
werk doet.
We organiseren om het scheppen van orde, een doel bereiken, zo efficiënt
mogelijk te zijn
Efficiënt = zo min mogelijk middelen inzetten om je doel te bereiken
Effectief = in hoeverre je je doel kan bereiken
- Organisatiekunde = Een interdisciplinaire wetenschap die zich bezighoudt met het
bestuderen van het gedrag van organisaties, alsmede de factoren die dit gedrag
bepalen en de wijze waarop organisaties het meest doeltreffend bestuurd kunnen
worden
Interdisciplinair = het gebruiken van meerdere disciplines voor je kennis
Wetenschappen die je gebruikt bij organisatiekunde:
Economie middelen
Sociologie hoe gedraagt een groep mensen zich
Psychologie hoe gedraagt een individu zich
Juridisch regels en wetten
Antropologie cultuursystemen
Sterrenkunde chaostheorie = als er in de omgeving iets gebeurt, krijg is
er op een nog onbekende manier last van
Historische achtergrond van management
- Oudheid
Egypte (piramides), China (Grote Muur), Rome (aquaducten en riolering)
Gigantische resultaten die echt niet zonder goed organiseren en managen tot
stand zouden zijn gekomen
, - Adam Smith
Publiceerde The Wealth of Nations in 1776
Maakte zich sterk voor de verdeling van arbeid (taakspecialisatie) om de
productiviteit van arbeiders te vergroten
De start van het echte denken van de organisatiekunde
Nastreven individuele belang resulteert in het grootste maatschappelijke belang
“Onzichtbare hand” van deze vrije markt zou zorgen voor harmonie en evenwicht
Economie is ethiek
- Industriële Revolutie
De industriële revolutie is getriggerd door mechanisatie
Mechanisatie = machines in plaats van arbeid door mensen
Spinning Jenny, stoommachine, enz.
Voordeel: productie gaat omhoog
Nadeel: prijs daalt, mensen worden vervangbaar
Door mechanisatie ontstaat ook een toenemende distributie
Creëerde grote organisaties die gemanaged moesten worden
- Karl Marx (1818 – 1883)
Tegenhanger van Adam Smith
Het Kapitaal: een kritische beschouwing van de economie
Grondlegger van het Marxisme, voorloper van het communisme
Arbeid is (g)een goed (een ding)
Arbeid mag niet ten koste gaan van de mens
- Scientific Management
Een organisatie is een gesloten systeem met een wetenschappelijke methode
kan de werking van dat systeem geoptimaliseerd worden
Tijdmetingen en bewegingsstudies van handelingen in het
productieproces (stopwatch/ergonomie) wordt gebruikt om snelheid van
de lopende band te bepalen
Voordelen: verregaande taakverdeling en specialisatie, efficiency,
invoering prestatiebeloning
Nadelen: eentonig, uitbuiting arbeiders, meerdere bazen
Frederick Winslow Taylor
De theorie van wetenschappelijk management
Gebruik van wetenschappelijke methodes om “een beste manier” waarop
een taak kan worden uitgevoerd door te definiëren:
o De juiste persoon het werk laten doen met de juiste tools en
apparatuur
o Gestandaardiseerde methoden hanteren voor het uitvoeren van
een taak
o De arbeider een financiële beloning te bieden
o Prinicple of Scientific Management (1911)
Drie sleutelbeginselen:
1. Verregaande arbeidsspecialisatie