Oefentoets waarin Anatomie en fysiologie, Klinische pathologie en Farmacologie zijn verwerkt. Hiervan de stof voor het tentamen voor het eerste blok. 85 vragen met antwoorden op de laatste pagina. Het helpt helemaal als je mijn samenvattingen erbij gebruikt. Daar kan je namelijk alles makkelijk in ...
Anatomie en fysiologie, Klinische pathologie &
farmacologie
Antwoorden op laatste pagina
Anatomie en fysiologie:
1. Bij welke reactie worden kleine moleculen groot?
a. Assimilatie
b. Dissimilatie
c. Metabolisme
2. Wat is de juiste formule van verbranding van glucose?
a. Energie + zuurstof + glucose water + koolstofdioxide + afvalstoffen
b. Glucose zuurstof + koolstofdioxide + water + afvalstoffen
c. Glucose + zuurstof energie + water + koolstofdioxide
3. Enzymen worden vernoemd naar de stof die ze splitsen. Welke stof splitst amylase?
a. Vet
b. Zetmeel
c. Eiwitten
4. Actief en Passief transport gebeurt door diffusie en osmose.
a. Alleen actief transport
b. Alleen passief transport
c. Actief en passief transport
5. Wat is de juiste volgorde van de levenscyclus van cellen?
a. De functionele fase, de groeifase en de delingsfase
b. De delingsfase, de groeifase en de functionele fase
c. De groeifase, de functionele fase en de delingsfase
6. Hoeveel procent van het lichaamsgewicht bedraagt bloed ongeveer?
a. 2,5%
b. 5%
c. 7,5%
7. Welke term beduidt witte bloedcellen?
a. Erytrocyten
b. Leukocyten
c. Trombocyten
8. Wat is een ander woord voor hemopoëse?
a. Bloedcelvorming
b. Bloedstolling
c. Uitrijpen
9. Wat is niet waar?
a. Angiotensine veroorzaakt in het hele lichaam vaatverwijding van arteriolen.
b. Angiotensine stimuleert in de nieren zelf extra terugresorptie van water en NaCl.
, c. Angiotensine stimuleert de bijnierschors tot afgifte van het hormoon aldosteron.
10. Wat wordt bedoelt met de afkorting RAAS?
a. Renine-aldosteron-angiotensinesysteem
b. Renine-angiotensine-aldosteronsysteem
c. Renine-angiotensine-ADH-systeem
11. Welke vitamine wordt in de huid gemaakt?
a. Vit.D2
b. Vit.D3
c. Vit.D4
12. Wat is de bovenste laag van de huid?
a. Subcutis
b. Dermis
c. Epidermis
13. Welk vaatnetwerk ligt het diepst?
a. Cutane vaatnetwerk
b. Subpapillaire vaatnetwerk
c. Fasciale vaatnetwerk
14. Wat is een ander woord voor bloedvatverwijding?
a. Vasodilatatie
b. Vasoconstrictie
c. Vaserioveneuze
15. Wat is een recessief allel?
a. Erfelijk
b. Onderdrukt
c. Verschijning
16. Na hoeveel dagen is bij bevruchting de blastocyste ontstaan?
a. 4
b. 5
c. 6
17. Welke aders bevat de navelstreng?
a. 1 navelstrengslagader en 1 navelstrengader
b. 2 navelstrengslagaders en 1 navelstrengader
c. 1 navelstrengslagaders en 2 navelstrengaders
18. In welke maand na de bevruchting begint de ontwikkeling van het skelet?
a. In de 1e maand
b. In de 2e maand
c. In de 3e maand
19. In welke week treden er typisch vrouwelijke of mannelijke kenmerken op?
a. 7e week
b. 8e week
c. 9e week
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lauravandelden. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.
