100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
HC Week 4 en 5 Formeel Strafrecht €3,99
In winkelwagen

College aantekeningen

HC Week 4 en 5 Formeel Strafrecht

 7 keer bekeken  0 keer verkocht

Omvat de hoorcolleges van week 4 en 5 van het vak Formeel Strafrecht aan de EUR in Bachelor Jaar 2.

Voorbeeld 2 van de 10  pagina's

  • 2 november 2023
  • 10
  • 2020/2021
  • College aantekeningen
  • -
  • College 4 & 5
Alle documenten voor dit vak (93)
avatar-seller
merle_1234
WEEK 4 COLLEGES

HET SLACHTOFFER
 Geschiedenis van de emancipatie van het slachtoffer
 Thans autonomie positie (niet afgeleid van andere functie als aangever etc.)
 Procesdeelnemer en geen procespartij


Historie
Slachtoffer doet er nu echt toe. Dat was vroeger anders. Vroeger deed het slachtoffer aangifte, dus
klachtgerechtigde. En daarnaast moest hij soms getuigen en dan was het dat wel. Hij werd niet op de hoogte
gehouden van wat er gebeurt etc, maar hij hing er een beetje bij.


Hij is nu ook belanghebbende omtrent klager door artikel 12 Sv.


Positieve verplichtingen van de Staat: dus ervoor zorgen bijvoorbeeld dat de ene burger de andere burgers
niks aandoet. En dan ook met name de ‘zwakkeren’ binnen de samenleving. Zoals bijvoorbeeld minderjarigen,
of vrouwen omtrent verkrachting/aanrijding of gehandicapten.


SN tegen Zweden: hier heeft het Hof gezegd dat de verdachte het ondervragingsrecht heeft, maar dat wil niet
zeggen dat het alleen zijn belangen zijn die meetellen in zo’n strafproces. Het kan ook heel goed zo zijn dat de
belangen van het slachtoffer de boel kunnen verhinderen, omdat het slachtoffer hierover te erg beschadigd kan
worden. En dan kan er worden verwacht dat er een andere manier moet worden gevonden om enerzijds de
verdachte het recht op een eerlijk proces te geven en anderzijds de slachtoffers te beschermen.


EU-recht
Het slachtoffer kan mee doen en wordt betrokken bij het proces, dus hij kan deelnemen. Hij moet dus ook op
hoogte worden gehouden van het proces. Er wordt dus vanuit alle kanten ervoor gezorgd dat het slachtoffer
een rol krijg binnen het proces.


Dus
Het slachtoffer heeft dus inmiddels een autonome/zelfstandige positie binnen het strafproces. Vanaf artikel 51a
Sv zie je allerlei bepalingen opgenomen over het slachtoffer. Dus zo ook bijvoorbeeld het recht op correcte
bejegening.


Maar zo ook andere zelfstandige rechten van het slachtoffer, zoals het recht op informatie, bijstand, vertaling,
stukken mogen toevoegen, en die rechten stellen hem in staat zijn meer specifieke rechten uit te oefenen.


Procespartij?
Het slachtoffer is nog steeds alleen procesdeelnemer en geen procespartij. De procespartijen zijn nog steeds
de OvJ en de verdachte. Alleen als de officier en de verdachte wat zeggen, is de rechter verplicht om daarop te
reageren in het strafproces. Dus alleen aan die standpunten zit een responsieplicht aan vast. Dus de rechter
moet daarop reageren. Dus het slachtoffer heeft uiteindelijk geen recht op antwoord in het vonnis: zie hiervoor
ook artikel 358 en 359 Sv.


Als het gaat om een vordering van de benadeelde partij, dat is een civiel proces binnen het strafproces, en
daar is het slachtoffer als benadeelde partij wel een procespartij, want dan vordert hij iets en dan moet de
rechter daarop antwoord geven, maar dat komt omdat het dan een civiele kwestie is. En dan is het dus een
procedure binnen een procedure

, Spanning tussen belangen van de verdachte en het slachtoffer
Gaat er te veel aandacht uit naar het slachtoffer?
- Onbeperkt spreekrecht en soms verplichte aanwezig van de verdachte (dit alles voordat schuld is
vastgesteld, dus dan kan het zelfs zo zijn dat de verdachte onnodig wordt belast)
- Voorschot regeling van de schadevergoedingsmaatregel
 Veel experts zeggen eerst maar eens de huidige rechten goed in de braktijk brengen


Tip 1: slachtoffer heeft inmiddels een sterke positie in de opsporing, vervolging en berechting
Tip 2: algemene rechten stellen het slachtoffer in staat zijn positie in die fases waar te maken




VIDEOCOLLEGE 4.2
Getuigen en deskundigen
De rol van de getuigen en deskundigen zijn met name informant. Zij voorzien de rechter van informatie over
hetgeen wat zij zelf hebben waargenomen/ondervonden (getuige = art. 342 Sv) of wat hun wetenschap en
kennis hen leert (deskundige = art. 343 Sv).


Het is dus ook niet de bedoeling dat zij conclusies gaan trekken over wat er zou zijn gebeurd. Ze moeten
zich echt houden aan hun rol. Zij geven de rechter feiten en de rechter die ziet de tenlastelegging en die gaat
de vragen beantwoorden en dat doet hij onder meer door de informatie die aan hem is verstrekt door
deskundige of getuigen.
- De uiteindelijke beslissing is aan de rechter. Niet aan de verdachte, getuige of deskundige
- Dus zij dienen niet op de plek van de strafrechter te gaan zitten (‘ultimate issue-regel’)


Art. 342 Sv: over de verklaring van een getuige.
 Sinds De Auditu-arrest komt verklaring van een getuige veelal via een proces-verbaal verbalisant tot de
strafrechter, art. 344 lid 1 sub 2 Sv.
- Sinds dit arrest kunnen we een op schrift gestelde verklaring van een getuige, dus een getuige die bij
een opsporingsambtenaar een verklaring aflegt en dat wordt in een ambtsedig proces-verbaal
gerelateerd, en dat leest de getuige en die ondertekent hem. Die verklaring mogen we gebruiken.


Art. 343 Sv: over de verklaring van een deskundige
 Vaak komt de verklaring als verslag tot de strafrechter, art. 344 lid 1 sub 4 Sv


Getuigen
Als je wordt opgeroepen om te komen als getuige, dan ben je verplicht te verschijnen en te verklaren (wel
behoudens het verschoningsrecht en de bijzondere omstandigheden) en als de getuige weigert dan kan de
rechter een bevel geven tot gijzeling.
 Vaak op eed/belofte, op straffe van meineed (art. 207 Sr = 3 maanden gevangenisstraf)
 Zeker kwetsbare slachtoffers worden wel beschermd en hoeven dus niet alle vragen te beantwoorden als
het te traumatisch voor ze kan zijn.


Getuige kunnen alleen verklaren over wat zij zelf hebben waargenomen of ondervonden. De verdachte moet
het ondervragingsrecht krijgen, en in het nieuwe wetboek krijgt de getuige een eigen titel.


Getuigen en het onmiddellijkheidsbeginsel
Bij het horen van de getuigen ‘wringt’ de invulling van het onmiddellijkheidsbeginsel. Het Europees Hof heeft
een duidelijke invloed en daarin speelt de onmiddellijkheid een grotere rol.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper merle_1234. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 52510 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€3,99
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd