Deel 1: Wetenschapsfilosofie
HC 2 - Plato & Christendom
De homo economicus
● De mens is een rationeel en op eigenbelang gericht wezen dat consequent berekent hoe de eigen
subjectieve verlangens op optimale wijze bevredigd kunnen worden.
Need for Greed
● Haalt kapitalisme het slechtste in de mens naar boven?
● Hangt hebzucht samen met kapitalisme of zit het in de mens?
● De mens is vanuit zichzelf onverzadigbaar.
● Sedlacek geeft aan hoe de erkenning van de menselijke hebzucht steeds een belangrijke rol heeft
gespeeld in het denken over de mens.
○ VB: doos van Pandora (oude Griekenland)
○ VB: de zondeval (Oude Testament)
● Adam en Eva:
○ Nieuwsgierigheid en onverzadigbaarheid zijn eigen aan de mens.
■ Elke consumptie wakkert weer een nieuwe aan.
■ Groei is het hoogste goed.
○ Dat is wat arbeid tot een vloek maakt; we werken om onze verlangens te kunnen bevredigen.
○ Hebzucht staat aan de wieg van onze geschiedenis.
■ Positieve dimensie: En impliceert een drang naar vooruitgang. Door hebzucht hebben
beschavingen zich cultureel, maatschappelijk ontwikkeld.
■ Negatieve dimensie: er is geen eindpunt. Het houdt nooit op.
● Er is sprake van een paradox: doordat men steeds focust op meer, wordt het einddoel nooit bereikt.
○ VB: Easterlin paradox → Samenlevingen (als geheel) met een hoog bbp zijn niet per se
gelukkiger dan samenlevingen met een laag bbp. Terwijl binnen een samenleving mensen met
een hoog inkomen wél gelukkiger zijn dan mensen met een laag inkomen.
Focus bij Greed
● Focus op de ratio: Plato (427-347 v.C.)
○ Athene
○ Leerling Socrates
■ Socrates was de eerste filosoof die nadacht over het handelen van de mens.
○ Pato schreef vooral dialogen (gesprekken) waarbij Socrates één van de sprekers is.
○ Hij richtte een school op voor hoger onderwijs: de Academie.
Ziel en lichaam
● Beschreven als dualisme: ziel (onderdeel van Ideeënwereld) en lichaam (onderdeel van materiële
wereld).
● In de Ideeënwereld bestaat de zuivere Idee van alles wat we in de materiële werkelijkheid op een
imperfecte manier ervaren.
○
● Kennis gaat volgens hem over datgene wat onafhankelijk en onvergankelijk is.
● Het lichaam wordt beschouwd als gevangenis voor de ziel. De ziel bevond zich voor de geboorte
namelijk in de Ideeënwereld.
● We komen aan kennis door de Ideeën die nog opgeslagen zitten in de ziel te herinneren (anamnese).
1
, ● De ziel van de mens bestaat uit 3 onderdelen:
○ Rede (onsterfelijke deel van de ziel)
○ Gemoed (karakter)
○ Begeerte (hebzucht/verlangens)
● Het doel van het leven is om de rede maximaal te ontwikkelen. Het gemoed en de begeerte moet
daaraan ondergeschikt zijn.
○ VB: Een ruiter (rede) die 2 paarden (gemoed en begeerte) bestuurd moet de leiding hebben
over de 2 paarden.
● Verheerlijking van het geestelijke leven.
● Plato kijkt neer op consumptie en arbeid omdat deze zaken zich bezighouden met het vervullen van
verlangens. Dit leidde tot een rem op economische groei.
Oude testament
● Schepping en verbond
● Implicaties voor de mens:
○ Mens in de geschiedenis (tijd)
■ Vroeger dacht men altijd cyclisch (VB: seizoenen).
■ Men is begonnen met lineair denken (VB: scheppingsverhaal).
● Dit lineaire denken creëerde de mogelijkheid tot vooruitgang.
○ Mens in de natuur
■ Niet sacraal desacralisering → de natuur is zelf niet iets goddelijks, waar de mens aan is
overgeleverd, maar de mens moet zorg dragen voor de natuur en is als het ware
medeschepper van de natuur.
■ Er is een positieve omgang met het materiële mogelijk aangezien de mogelijkheden
door God aan ons gegeven zijn. Er is opzich dus niets mis mee.
○ Mens tegenover de Wet
■ Mens is geroepen om het goede te doen. Maar worden we daar ook voor beloond?
● VB: Men geloofde vroeger dat arme mensen slecht geleefd hebben.
● VB: God is altijd al goed geweest voor ons, dus wij moeten ook het goede doen.
■ Er is opzich niets mis met behoeftebevrediging of nutsmaximalisatie maar je moet hierbij
wel ethisch handelen → bounded optimalisation.
Nieuwe testament
Men moest zich niet bezighouden met aardse rijkdom maar men moest juist nederig en eenvoudig zijn. Men
zal in het hiernamaals gelukkig zijn.
Men moet het goede doen omdat:
● Men wordt beloond in het hiernamaals.
● De liefde ons sowieso gegeven is.
○ Datgene waar het in het leven echt om draait kan je niet kopen of verkopen (zoals liefde,
vriendschap) → de economie van de gave.
● Er zijn morele grenzen aan de markt (zoals orgaanhandel). Als men op sommige dingen een prijs plakt,
dan miskent men dat het mens-zijn meer is dan een marktwaarde.
2
, HC 3 - Aristoteles & Descartes
Platonisme was zeer invloedrijk in de romeinse wereld in het begin van het christendom. Daarom zijn er
platonische accenten te vinden in het vroege christendom.
● VB: Paulus (apostel) → hij beschreef een opdeling tussen een aardse werkelijkheid en een hemelse
werkelijkheid (Plato: lichaam en ziel). Hij stelde dat men nederig en sober moest leven.
● VB: Augustinus (kerkvader) → hij was iets explicieter in platonische termen. Hij beschouwde 2
werkelijkheden:
○ De hemelse werkelijkheid als echte werkelijkheid
○ De aardse werkelijkheid als schaduwwereld
○ Ideeën (zoals Plato omschreef) ontstaan in zuivere vorm in Gods gedachten
Hij zag het lichaam ook als gevangenis voor de ziel (net als Plato).
Vervolgens ontstond er een invloed van Aristoteles in het christendom.
● VB: Thomas van Aquino (monnik) → Hij verwierp de zintuiglijke werkelijkheid niet, aangezien deze ook
deel uitmaakt van Gods schepping. Ook verwierp hij het lichamelijke niet; de mens heeft nou eenmaal
een lichaam. Het lichaam is niet ondergeschikt aan de ziel zoals Plato dat beschreef.
○ Thomas van Aquino vormde de basis voor het moderne denken door de nadruk iets meer op
het aardse denken te leggen.
Aristoteles (gulden middenweg)
● Leerling van Plato
● Hij streefde praktische wijsheid na; de juiste evenwichten in het leven staan hierbij centraal.
● Hij was de eerste echte wetenschapper; hij schreef geen dialogen maar echte wetenschappelijke
verhalen.
● Hij hanteerde een empirisch inductieve methode → wetenschap begint met observatie, vervolgens
worden er verbanden gezocht in de verzamelde observaties.
○ Plato daarentegen hanteerde een abstract deductieve methode → hij begint met abstracte
ideeën en modellen. Van daaruit wordt de werkelijkheid benaderd.
Het mensbeeld van Aristoteles
2 begrippen staan hierbij centraal:
● Hylemorfisme → alles bestaat uit materie en vorm.
○ Groot verschil met Plato: Aristoteles ziet materie en vorm als een totaalpakket (immanent),
terwijl Plato deze gescheiden zag (transcendent).
● Teleologie → elke verandering heeft te maken met een doel; het doel van alles in de werkelijkheid is
dus om de eigen vorm te realiseren. Het gaat erom dat alles wat potentieel in iets aanwezig is, wordt
geactiveerd.
○ VB: Een noot is in potentie een notenboom. De noot is op weg naar zijn volmaakt vorm.
○ Geen dualisme → lichaam en ziel hangen onlosmakelijk met elkaar samen.
○ De mens probeert ook zijn eigen menselijkheid maximaal te ontplooien → dit wordt geluk
genoemd.
Geluk
Volgens Aristoteles komt geluk voort uit kennisverwerving. In tegenstelling tot Plato is Aristoteles van mening
dat de mens meer is dan alleen de rede. De mens is ook een lichaam en een sociaal wezen. Geluk hangt
daarom niet alleen samen met rationeel denken maar ook met deugdzaam (doelgericht) samenleven.
Aristoteles stelt verder dat er ook nog secundaire voorwaarden zijn (zoals genot, gezondheid) waaraan een
mens moet voldoen om gelukkig te kunnen zijn.
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper victor427. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.