Muziek Meester!
1.2 Het belang van muziek voor de ontwikkeling van kinderen
Kinderen die op de basisschool goed muziekonderwijs krijgen en zich muzikaal goed kunnen ontwikkelen,
functioneren later muzikaal beter: ze zijn gevoelig voor muzikale impulsen, bewegen goed op muziek, zingen
thuis, koor of band, en zijn in staat om actief deel te nemen aan de muzikale cultuur.
Andere redenen om muziek te maken Stimuleren hersenfuncties (hersenen hebben uitdaging nodig)
1.3 Wat is muziek?
KLANK
Klankduur Maat Puls, hoofd/nevenaccent, maat, maatsoort, tweedeling, driedelig, opmaat
Ritme Notenvorm, notenwaarde, rusten, punt achter noot, waardestreep,
verbindingsboog
Tempo Tempoaanduiding, metronoom, tempowisselingen
Articulatie Staccato, Legato, Frasingsboog
Klankhoogte Toonhoogteverschillen Notenbalk, notennamen, G/F sleutel, toonladder, stokrichting
Samenklank en melodieën Intervallen (octaaf, terts, kwint), bourdon, akkoord,
glissando, voortekens
Klanksterkte Dynamiek,crescendo, decrescendo, accenttekens
Klantkleur Instrumenten en materialen Snaar, blaas, slag, electrisch, schoolinstrumenten
Stem Sopraan, alt, tenor, bas
Esembles en orkesten Symfonieorkest, harmonie, fanfare, popband, trio/kwartet etc
VORM
Door herhalingen krijgt een stuk vorm. De tegenhanger is contrastwerking. Je spreekt van variatie als er wel
iets veranderd, maar de muziek herkenbaar blijft.
Vormprincipes Herhaling, contrast. variatie
Vormeenheden Motief, Thema, Muzikale zin
Vormtechnieken Echo, imitatie, stapelen, ostinaat
Compositievormen Canon, rondo, variatievorm
BETEKENIS
Absolute muziek: muziek zonder verhaal/verbeelding.
Betekenis van muziek is ook: als muziek een gevoel bij je oproept. Het gaat niet alleen om de tekst van de
muziek, maar hoor je de betekenis ook in de begeleiding?
Muziek kan uitbeelden Geluiden en bewegingen Geluiden/bewegingen uit
natuur/omgeving/machines
Karakters, mensen en dieren
Gebeurtenissen en verhalen Oorlogen, persoonlijke belevenissen,
sprookjes etc
Stemmingen, gevoelens en sfeer Vrolijkheid, angst, dreiging, sentiment, macht,
verdriet
, Eigen betekenisgeving Associaties, fantasieën, eigen gevoelens
Muziek heeft verschillende functiesPraktische functie Je doet iets met de muziek: dans,
marcheren, muziek maken etc
Muziek is in vorm gezette klank, die betekenis heeft voor mensen
De 5 domeinen zingen, luisteren, spelen op instrumenten, muziek lezen/noteren, bewegen op muziek
Hoofdstuk 2 (m.u.v. 2.5.4 en 2.5.5) Zingen
Tips nav lesvoorbeeld
Warming up de stembanden warmdraaien en al in de sfeer komen van een lied
Eerst goed luisteren, dan zingen.
Uitdagende werkvormen (steeds iets wegvegen)
Door zelf te zingen, kan ze beter reageren op de klas.
Belang van zingen voor de muzikale ontwikkeling
Muzikale redenen
- bevordert muzikale ontwikkeling
- goed voor stemontwikkeling (training stembanden, ademhalingspieren, articulatiespieren)
- stimuleren muzikaal voorstellingsvermogen
- stimuleren muzikaal geheugen
Des te meer info in het muzikaal geheugen wordt opgeslagen, des te beter ben je in staat je
voorstellingsvermogen te gebruiken
Niet-muzikale redenen
- Dingen onthouden wordt makkelijker
- Goed voor culturele ontwikkeling en identificatie
- Positieve bijdrage aan taalvorming (nieuwe woorden en uitspraak)
- Goed voor sociaal emotionele ontwikkeling (groepsgevoel)
- Goed voor je brein
- Zingen is gezond (hormoon tegen stress neemt toe (cortison), betere concentratie van afweerstoffen
Zingen met jonge kinderen
Je kan ongemerkt de muziekles uitbreiden, door het te combineren met taal: uitbreiding van de
woordenschat
4 Fasen (Verhallen)
Voorbewerken kinderen betrekken bij onderwerp
Semantiseren woorden uitleggen
Consolideren inoefenen
Controleren controleren of de kinderen de woorden begrijpen
Als je op een goede manier een lied aanleert, werk je vanzelf aan deze fasen.
Liedjes voor jonge kinderen
Eenstemmig (zonder begeleiding)
Kort (ivm korte spanningsboog en beperkt muzikaal geheugen)
Beperkte omvang (hoogste/laagste toon liggen niet ver uit elkaar)
Melodisch eenvoudig (kleine stapjes)
Ritmisch eenvoudig (geen snelle passages, geen grote verschillen in ritme)
Veel herhalingen
Verbonden met beweging
Aansluiten bij belevingswereld
Jonge kinderen zingen met de leraar mee. Ze zingen voor zichzelf (nog niet samen. Ze zingen zoals ze
praten (laag tempo)