De Notariswet
College 1
Hoofdstuk 1 De Wet op het notarisambt in historisch
perspectief
In vroegere jaren ging men uit van het Franse recht wat betreft notariële akten, maar na het
herkrijgen van de onafhankelijkheid wilden wij eigen wetgeving voor het notarisambt. Echter
werd veel Franse wetgeving hierin behouden.
In de tweede helft van de twintigste eeuw werd aangedrongen op een herziening van de Wet
op het notarisambt. Een belangrijke uitwerking van deze herziening was het afscheid van de
vaste tarieven.
Hoofdstuk 2 De wettelijke omschrijving van het ambt
De in art. 2 lid 1 Wna genoemde werkzaamheden worden aangeduid als wettelijke of
ambtelijke werkzaamheden en dit oefent de notaris uit op gezag van de overheid. Er zijn ook
buitenwettelijke of niet-ambtelijke werkzaamheden, zoals advisering.
- De notaris verricht als bestuursorgaan een staatstaak. De notaris is met enig
openbaar gezag bekleed
Authentieke akten zijn akten in de vereiste vorm en bevoegdelijk opgemaakt door
ambtenaren (art. 156 lid 2 Rv). Notariële akten zijn authentieke akten opgemaakt door de
notaris.
Als de wet een authentieke akte voorschrijft, is dat vaak de enige mogelijkheid om een
rechtshandeling tot stand te brengen. Er is dan voor de notaris een domeinmonopolie.
Tenzij uit de wet anders voortvloeit, is een rechtshandeling die niet in de vereiste vorm is
verricht nietig (art. 3:39 BW).
De wet geeft ook andere taken dan het opmaken van notariële akten, zoals legalisaties (art.
52 Wna), onderhandse uiterste wil aan kantonrechter geven (art. 47 Wna), afschriften
afgeven (art. 49/50 Wna), akten opnemen in protocol (art. 48 Wna), afgifte van vergeleken
afschriften (art. 49 lid 3 Wna). Ook het afleggen van een verklaring dat alle voorschriften zijn
nageleefd bij fusie en splitsing (art. 2:318/334n BW) en uitkeren verkoopprijs bij executie
(art. 3:270 BW).
De notaris als ambtenaar, bestuursorgaan en ondernemer
- De notaris is ambtenaar, oftewel hij is in de openbare dienst werkzaam. Slechts het
formele recht van ambtenaren is op notarissen van toepassing. Dit houdt in dat de
notaris bij zijn werkzaamheden rekening moet houden met het maatschappelijk
belang.
- De notaris is bestuursorgaan als in art. 1:1 lid 1 sub b Awb; met enig openbaar gezag
bekleed. In art. 16a Wna is bepaald dat art. 2.1 en 2.2 en hoofdstuk 3/4/9 Awb niet
van toepassing zijn op de werkzaamheden van de notaris. Art. 8:4 Awb bepaalt dat
geen beroep kan worden ingesteld tegen een besluit houdende een ambtshandeling
van een notaris waardoor hoofdstuk 6/7/8 Awb ook zijn uitgesloten. Hoofdstuk 5 en
, 10 Awb zijn ook niet van toepassing aangezien dat niets te maken heeft met de
notaris.
- De notaris is zelfstandig ondernemer. Hij ontvangt geen honorarium van de overheid,
ondanks dat hij een publieke taak uitoefent; een geprivatiseerd ambtenaar.
De notaris heeft een ministerieplicht (art. 21 Wna). Hij mag doorverwijzen naar een andere
notaris, als die notaris wel de werkzaamheden aanneemt. Slechts onder omstandigheden
mag de notaris zijn dienst weigeren.
D primaire taak van de notaris is het bevorderen van rechtszekerheid in het rechtsverkeer en
het verlenen van rechtsbescherming.
Het notarisambt vergeleken met andere ambten
De notaris is niet de enige ambtenaar die akten kan opstellen. De ambtenaar van de
burgerlijke stand maakt bijvoorbeeld geboorteakten en de deurwaarder maakt authentieke
akten als hij exploten uitbrengt. Echter mag een notaris ook akten opmaken als de wet het
niet specifiek aan hem opdraagt, bijv. als voor de totstandkoming van een rechtshandeling
geen notariële akte is vereist, dan mag hij toch een authentieke akte opmaken indien een
partij dat verlangt. De notaris kan echter geen akten opmaken die zijn voorgeschreven aan
andere ambtenaren.
Tussen notarissen en rechters zijn vergelijkingen te noemen. Beide beroepen hebben een
ordenende functie; echter de notaris zou gezien moeten worden als vooruitgeschoven post
van de rechterlijke macht.
Voorwaarden ambtsbediening
- Hebben en onderhouden van juridische deskundigheid (art. 6 lid 2 sub a Wna).
- Persoonlijke geschiktheidstoets (art. 8 lid 2 Wna).
- Voor benoeming praktische notariële ervaring opdoen (art. 6 lid 2 sub b Wna) en ook
onderhouden.
- Kandidaat moet aantonen dat hij van onbesproken gedrag is (art. 6 lid 2 sub c Wna).
- Betrouwbaar op financieel gebied (art. 23-25 Wna).
- Onafhankelijk en onpartijdig (art. 17 Wna). De notaris staat voor rechtszekerheid
waardoor hij zijn taak met de grootst mogelijke zorgvuldigheid moet vervullen.
- Geheimhoudingsplicht (art. 22 Wna) en verschoningsrecht
- Besef van eer en aanzien van het ambt (art. 8 lid 2 en 17 lid 3 Wna).
Hoofdstuk 6 De notariële akte; algemene aspecten
Typen akten
Er wordt onderscheid gemaakt tussen partij-akten en proces-verbaal-akten (art. 37 Wna). De
notaris is verplicht kantoor te houden in zijn vestigingsplaats en daar zijn protocol te
bewaren en hij moet de minuten in zijn protocol opnemen (art. 12 lid 1 en 38 lid 1 Wna). De
minuten moet de notaris dus op zijn kantoor bewaren, behalve de akte van
volmachtverlening waarin is bepaald dat hij aan de volmachtgever wordt gegeven (art. 38 lid
2 Wna).
Vormvoorschriften
,De Wna kent voorschriften die de notaris bij bepaalde procedures in acht moet nemen. Het
eindresultaat is daarvan een akte waarvan op de inhoud wordt vertrouwd, zulks in het
bijzonder belang van de rechtszekerheid.
Gemitigeerde vormvoorschriften
- In bepaalde gevallen neemt de wet genoegen met een notariële akte waar bepaalde
gebreken aan kleven, bijv. bij de oprichting van een rechtspersoon (art. 2:4 BW). Stel
dat de notaris tekent terwijl een waarnemer bevoegd was, dan was de notaris
onbevoegd en dan is er niet een door de notaris ondertekende akte opgemaakt.
Echter ontstaat op grond van art. 2:4 BW dan toch een rechtspersoon.
- Ook een testament kan tot stand komen als de notaris niet bevoegd is op het
moment van tekenen (art. 4:109 lid 2 BW).
Sancties bij verontachtzamen vormvoorschriften
Er kan een onderscheid wordt gemaakt tussen het burgerlijk recht en het burgerlijk
procesrecht (bewijsrecht).
Bij het verontachtzamen van de vormvoorschriften bepaalt de Wna dat de akte authenticiteit
mist (bewijsrechtelijke sanctie) en dat niet wordt voldaan aan de vorm van een notariële akte
(civielrechtelijke sanctie) art. 19 lid 3, 39 lid 5, 40 lid 4 en 43 lid 6 Wna.
Uit art. 3:39 BW blijkt dat een rechtshandeling die niet aan de vormvereisten voldoet, nietig
is. Als een notariële akte is voorgeschreven en de rechtshandeling is niet in die vorm verricht,
dan is dit nietig.
Bij een fusie/splitsing (art. 2:318/334n BW) is de notariële akte voorgeschreven. Mist de akte
authenticiteit dan is het slechts vernietigbaar door een uitspraak van de rechter (art.
2:323/334u BW), mits de akte door een notaris is ondertekend.
Als bij een testament de handtekening van notaris of van testateur ontbreekt, dan is het
nietig (art. 4:109 lid 1/2 BW). Overige gebreken maken het vernietigbaar (art. 4:109 lid 4
BW).
- Testament zonder jaartal beroep op vernietigbaarheid wordt niet aanvaard indien
op andere wijze dan uit het testament met een hoge mate van zekerheid toch kan
worden vastgesteld in welk jaar het testament is verleden.
Indien niet voldoen aan vormvoorschriften geen nietigheid en geen gebrek aan authenticiteit
meebrengt, dan kan dit nog niet straffeloos plaatsvinden. De notaris kan altijd
tuchtrechtelijke aansprakelijk worden gesteld.
Toch een onderhandse akte?
Om de gebrekkige notariële akte tot onderhandse akte te kunnen bestempelen, moet
worden gekeken of partijen het mindere resultaat van de onderhandse akte hebben gewild,
ook onder de omstandigheden die de aanleiding waren tot het gemis aan authenticiteit. Vaak
zal de bijstand van de notaris iemand bewegen om de akte te tekenen. Het is dus niet
vanzelfsprekend dat een gebrekkige notariële akte als onderhandse akte wordt aangemerkt.
Er wordt dus gekeken naar omstandigheden van het geval, met veel betekenis voor
partijbedoelingen. Er zal zeker wel sprake zijn van een geschrift in bewijsrechtelijke zin.
Rechtvaardigingsgronden negeren vormvoorschrift
, - Stel een notaris moet naar een doodzieke cliënt voor een testament en hij heeft cliënt
niet eerder ontvangen. Als de cliënt geen legitimatiebewijs kan tonen, kan de notaris
niet voldoen aan art. 39 lid 1 Wna. Als de notaris op goede gronden kan verklaren dat
de cliënt hm bekend is, dan mag hij toch het testament passeren.
- Een ander voorbeeld is als er een tolk aanwezig moet zijn bij het passeren, maar de
tolk niet beschikbaar is en er toch noodzaak is om te passeren. Dan moet de notaris
wel aannemelijk maken dat de akte met vol bewustzijn van de betekenis van de akte
is getekend (art. 42 Wna).
- Art. 40 lid 2 Wna bepaalt dat opgave van bepaalde persoonsgegevens niet altijd kan
plaatsvinden, maar dan moet daar wel een reden voor worden vermeld.
- In crisissituaties, bijv. oorlog of natuurramp, gelden er soepelere vormvoorschriften
voor testamenten (art. 4:98 BW).
Als criterium moet worden gehanteerd dat de akte zelf het wezen van de rechtshandeling zal
moeten bevatten, zodat de bijstand van de notaris tot zijn recht komt. Enkel verwijzen naar
een ander stuk maakt immers niet duidelijk wat daarin staat. Je kan beter te veel in een akte
op nemen dan te weinig.
Uiterlijk van de akte (art. 41 Wna)
- De akte moet goed leesbaar zijn en mag geen afkortingen bevatten. Er bestaat echter
geen bezwaar om in akten citaten op te nemen die wel afkortingen bevatten.
- De tekst van de akte moet zoveel mogelijk ononderbroken doorlopen. Ruimten die
open en onbeschreven zijn, moeten onbruikbaar worden gemaakt.
- Getallen, grootte van zaken en tijdsbepalingen moeten voluit worden opgenomen.
- De akte moet op duurzaam papier worden vastgelegd. De elektronische akte is nog
niet toegestaan.
Ambtelijke verklaringen in de akte
- Art. 40 lid 1 Wna naam/voornamen/vestigingsplaats van notaris.
o Heeft overtreding hiervan de sanctie gemis van authenticiteit? Als de notaris
voldoende geïndividualiseerd kan worden, door achterhaling van zijn
handtekening en het tijdstip om te kijken of hij bevoegd was, zal de sanctie
niet tot gemis van authenticiteit leiden.
- Art. 40 lid 2 Wna plaats verlijden akte.
o De akte moet worden verleden in Nederland, dus het mag wel buiten de
vestigingsplaats van notaris (art. 13 Wna).
o Plaats niet vermeld, dan mist de akte authenticiteit (art. 40 lid 4 Wna). Bij een
testament is de sanctie echter vernietigbaarheid (art. 4:109 lid 2 BW).
- Art. 40 lid 2 Wna jaar/maand/dag verlijden akte.
o Dit is om ervoor te zorgen dat de akte als deugdelijk bewijs kan dienen. Aan
de hand van de datum kan ook worden gekeken of de notaris bevoegd was op
dat moment en voor beschikkings- en vertegenwoordigingbevoegdheid van
partijen en hun handelingsbekwaamheid.
- Art. 40 lid 3 Wna het tijdstip van ondertekening dient in de akte te worden
opgenomen in verband met inschrijving in openbare registers.
o Het gaat om het moment van ondertekening door de notaris (art. 43 lid 4
Wna). De vermelding van het tijdstip heeft dwingende bewijskracht tegen