Sociale Psychologie; Inzicht in sociale relaties
Pieternel Dijkstra
Hoofdstuk 1: Het belang van menselijke relaties
Mensen hebben van nature een sterke behoefte om ergens bij te horen en om kortdurende en
langdurige banden te leggen met mensen. Deze behoefte valt te verklaren vanuit de evolutionaire
sociale psychologie, het verklaren van gedrag vanuit de functie om te overleven. Relaties en
groepsverbanden waren van levensbelang, groepen waren beter beschermd tegen gevaar of een
gebrek aan voedsel, men kon elkaar helpen. Dit maakte ook samenwerking mogelijk, dit levert meer
op en wordt al prettiger ervaren, mensen kunnen elkaar immers motiveren e.d. Menselijke relaties
zorgden voor het overleven van de menselijke soort door sociale steun, samenwerking en
voortplanting. Mensen raakten verbonden d.m.v. gevoelens van empathie, verliefdheid en
vriendschap.
In de moderne maatschappij zijn sociale contacten en relaties nog steeds van groot belang, ook voor
de lichamelijke en psychische gezondheid. Mensen met een gebrek aan goede relaties zijn eerder
eenzaam en depressief, ook hebben ze een grotere kans om sneller te komen overlijden, opgenomen
te worden in een psychiatrische inrichting en een grotere kans op het oplopen van hart- en
vaatziekten. Sociale contacten en relaties vormen een buffer tegen stress, met andere mensen
praten over problemen kan bijv. leiden tot een oplossing. Niet elke vorm van contact is echter even
steunend, relaties/contacten kunnen ook slecht verlopen wat leidt tot stress. Partners die veel ruzie
maken hebben dan ook een hogere bloeddruk en bloedsuikerspiegel dan partners die weinig
ruziemaken.
Relaties vormen een belangrijke bron van sociale steun, er wordt ook wel gesproken van sociaal
kapitaal, dit zijn bronnen waartoe mensen via hun relaties met andere toegang hebben. Sociale steun
kan 4 vormen aannemen:
Emotionele steun; Mensen helpen elkaar op emotioneel gebied, door bijv. te luistern naar iemands
verhaal of hem moed in te spreken. Het probleem gaat niet weg maar de ander voelt zich wel
gesteund. Mensen voelen zich begrepen en hebben het gevoel er niet alleen voor te staan. Dit uit
zich ook lichamelijk, vrouwen hebben over het algemeen een gezondere bloeddruk en mannen een
kleinere kans om obesitas te ontwikkelen.
Informationele steun; Mensen steunen elkaar d.m.v. advies geven of informatie verstrekken.
Bijvoorbeeld het aanvragen van een subsidie. Men leert wat andere mensen al weten en hoeven dit
niet zelf uit te zoeken. Dit doet ook de bloeddruk dalen bij stress.
instrumentele steun; Mensen doen praktische dingen voor elkaar zoals het zorgen voor een huisdier
of het geven van een lift aan je buurman. Dit voorkomt en verhelpt praktische problemen en stress.
Waarderende steun; Mensen halen bevestiging uit het contact met anderen. Het geeft mensen het
gevoel dat ze goed bezig zijn, waardering en overeenstemming. Dit is vooral belangrijk in onzekere
tijden, dan is er juist behoefte aan zekerheid en bevestiging.
Openlijke steun is wanneer beide partijen doorhebben dat er steun plaatsvind. Vaak gebeurd het
echter ‘onzichtbaar’, men heeft dan niet door dat ze worden geholpen of ontlast zijn van mogelijke
, problemen. Het idee van de mogelijkheid van steun doet al stress verminderen en geeft al een
gerustgesteld gevoel, of ze deze mogelijkheid nou gebruiken of niet.
Sociale steun is vooral van belang in tijden van onzekerheid, tegenslag en stress. De ene gebeurtenis
is dan ook stressvoller dan de ander. Mensen met meer sociale steun kunnen beter met stressvolle
situaties omgaan en hebben hier dan ook minder last van, dit zorgt voor minder stress en
gezondheidsproblemen. Hoe ingrijpender de situatie is, hoe meer stress wordt ervaren.
Pro-sociaal gedrag: het helpen van mensen. Redenen hiervoor: Genetische band, verbeteren van de
eigen reputatie, empathie, om eigen negatieve gevoelens weg te werken (schuld, stress),
gemotiveerd om zich goed te voelen, plichtsbesef, mensen streven naar wederkerigheid (er iets voor
terug krijgen.).
Positieve independentie: situatie waarin mensen een doel alleen maar kunnen bereiken als anderen,
met wie ze te maken hebben, hun doelen ook bereiken. Er is hier meestal sprake van individuele
maar ook groepsdoelen, dit versterkt de eenheid in een groep en werkt motiverend.
Negatieve sociale independentie: Mensen kunnen hun doel alleen maar bereiken als de ander het
niet lukt.
Voor een optimale samenwerking moet er sprake zijn van positieve sociale interdependentie,
groepsdoelen, cohesie, vertrouwen en een rechtsvaardigheid gevoel.
Sociale dilemma’s zijn dilemma’s die voor het individu op korte termijn meer oplevert, maar op lange
termijn een grotere groep schaad. Bijvoorbeeld belasting ontduiken, als je het zelf niet betaald is dit
prettig, als iedereen dit echter gaat doen is het voor iedereen negatief. In een sociaal dilemma zijn
mensen eerder bereid om samen te werken, collectieve boven eigen belang, als er sterke en
duidelijke sociale normen zijn (gedragsregels waarvan de meeste groepsleden op de hoogte zijn over
wat er van ze verwacht wordt). Er kan een onderscheid worden gemaakt in sociale normen tussen
descriptieve (wat andere mensen denken dat andere mensen in een bepaalde situatie doen of wat ze
een ander zien doen) en injunctieve normen (wat door de groep als gewenst en ongewenst wordt
gezien). Descriptieve normen hebben een grotere invloed op het gedrag in groepen.
Steungroep kleine intieme groep van ongeveer 7 man, deze mensen zijn belangrijk
Sympathiegroep Groep met wie je goed op kan schieten
Weak ties Oppervlakkige contacten
Bij sociale eenzaamheid is er een gevoel van sociale isolatie, mensen ervaren een gebrek aan
kennissen en vrienden om bijvoorbeeld mee te praten. Emotionele eenzaamheid is bijvoorbeeld het
missen van een partner, het komt voort uit de afwezigheid van een belangrijk centraal persoon.