Samenvatting – hfd 1. Verbintenissenrecht
➢ Inleiding
Een verbintenis is volgens het recht iets wat je verplicht bent te doen of laten (een prestatie).
Prestaties moeten op geld waardeerbaar zijn. Bij een verbintenis zijn er minimaal twee
partijen betrokken.
➢ Verbintenissen uit de overeenkomst
Een verbintenis uit de overeenkomst is bijv. een arbeidsovereenkomst, een koop- of
huurovereenkomst etc. Een overeenkomst komt tot stand door aanbod en aanvaarding. Er
moet sprake zijn van een wilsovereenstemming. Voorbeeld: als je geld leent van de bank, is
het de prestatie van de bank om het geld beschikbaar te stellen. De prestatie van de persoon
die het geleende geld ontvangt, is het uiteindelijk terugbetalen van het geld. De partij die
recht heeft op een prestatie heet de schuldeiser en de partij die de prestatie moet verrichten
heet de schuldenaar. De prestatie is het object van de verbintenis en kan bestaan uit een
doen of nalaten. Als een verbintenis wordt nagekomen, houdt zij op te bestaan (tenietgaan
van een verbintenis). Als een verbintenis niet (goed) wordt nagekomen, spreken we van een
wanprestatie, of wel een tekortkoming in de nakoming.
➢ Verbintenissen uit de wet: onrechtmatige daad
Bij een verbintenis uit de overeenkomst is een wilsovereenstemming vereist. Bij een
verbintenis uit de wet (onrechtmatige daad) is een wilsovereenstemming niet vereist. Een
onrechtmatige daad is bijv. als je per ongeluk met je voetbal de ruit van de buurman kapot
schiet. Volgens het recht ben je dan verplicht de schade te vergoeden; hieruit ontstaat een
verbintenis. Om jezelf te verzekeren tegen wettelijke aansprakelijkheid, kun je een WA-
verzekering afsluiten. In bepaalde gevallen is deze verzekering verplicht (bijv. voor het rijden
met een gemotoriseerd voertuig). Een WA-verzekering biedt echter geen dekking als je
opzettelijk schade verricht. Verbintenisrechtelijk ben je echter, ongeacht of er opzet in het
spel is, wel verplicht de schade te vergoeden. Het gaat hier slechts om feitelijk handelen.
➢ Andere verbintenissen uit de wet: rechtmatige daad
Verbintenissen kunnen ook op andere manieren ontstaan:
▪ Onverschuldigde betaling
Als iemand per ongeluk een miljoen euro op je rekening stort, terwijl dit aan iemand
anders bedoeld is, ben je verplicht om dit bedrag terug te storten. Deze persoon
heeft jou dit onverschuldigd betaald.
▪ Ongerechtvaardigde verrijking
Over de periode dat je de miljoen euro op je bankrekening hebt staan, ontvang je
rente van de bank. De wet bepaald dat je niet alleen het onverschuldigd betaalde
bedrag moet terug betalen, maar ook de rente. Je bent immers ongerechtvaardigd
verrijkt door deze rente.
▪ Zaakwaarneming
Bij zaakwaarneming is er sprake van iemand anders belang behartigen, zonder dat
dit van te voren is afgesproken. Voorbeeld: terwijl je buurman op vakantie is wordt
zijn ruit ingeslagen. Het huis is nu een makkelijk prooi voor inbrekers. Je besluit het
raam te repareren. De buurman is nu verplicht de kosten te vergoeden die je hebt
gemaakt voor het zetten van het raam.
,➢ Privaatrecht: vermogensrecht en personenrecht
Het verbintenissenrecht valt onder het privaatrecht. Het privaatrecht kan worden
onderverdeeld in het personenrecht en het vermogensrecht. Het personenrecht geeft regels
voor de rechtssubjecten van het privaatrecht: mogelijke dragers van rechten en plichten.
Natuurlijke personen zijn mensen van vlees en bloed. Rechtspersonen zijn Nv’s, bv’s,
stichtingen en verenigingen. Rechtspersonen kunnen net als natuurlijke personen eigenaar
zijn van zaken, gebouwen kopen, overeenkomsten sluiten, etc. Er moet wel altijd een
natuurlijk persoon zijn die namens een rechtspersoon handelt. In het vermogensrecht staan
alle regels omtrent het vermogen centraal. Onder het vermogensrecht valt het
goederenrecht en het verbintenissenrecht. Bij het goederenrecht draait het om de relatie van
een persoon tot zijn goederen (bijv. auto, huis, etc.) en bij het verbintenissenrecht gaat het
om de relatie tussen personen.
➢ Beginselen en uitgangspunten van het privaatrecht
▪ Contractsvrijheid
Partijen zijn in beginsel vrij om overeen te komen wat wij willen, zolang dit niet in
strijd is met de openbare orde of goede zeden.
▪ Pacta sunt servanda
Pacta sunt servanda is de Latijnse uitdrukking voor belofte maakt schuld. Een
overeenkomst moet in beginsel volledig worden nagekomen.
▪ Vormvrijheid
Er gelden geen speciale vormen waarin handelingen verricht moeten worden, tenzij
de wet anders bepaalt. Zo mag een arbeidsovereenkomst zowel mondeling als
schriftelijk worden aangegaan. Op een aantal zaken geldt een uitzondering van
vormvrijheid, bijvoorbeeld bij het opstellen van een hypotheekakte, wat gedaan
moet worden door de notaris. Er is verschil tussen dwingend en regelend
(aanvullend) recht. Van dwingend recht mag er niet worden afgeweken. Aanvullend
recht treedt slechts in werking als partijen geen nadere afspraken hebben gemaakt.
▪ Redelijkheid en billijkheid
Partijen zijn verplicht zich naar elkaar redelijk en billijk te gedragen (art. 6:2 BW).
Redelijk verwijst naar het verstand en billijk naar het rechtsgevoel. Indien een
situatie onduidelijk is en er ook geen aanvullende regels in de wet hierover staan,
dan treed de redelijkheid en billijkheid in werking. Soms kan een situatie zo
onredelijk uitpakken dat de redelijkheid en billijkheid de gevolgen van de
overeenkomst kan beperken of wijzigen (art. 6:248 lid 2 BW). We spreken dan van
een derogerende werking van de redelijkheid en billijkheid. Derogerend betekent:
‘afwijken van’ of ‘een uitzondering vormen op’.
▪ Bijzonder gaat voor algemeen
Indien er twee rechtsregels op een situatie van toepassing zijn, dan gaan de
bijzondere regels voor de algemene regels.
, ➢ Procederen in het privaatrecht: materieel en formeel recht
Materieel recht betekent inhoudelijk en formeel recht betekent procesrechtelijk
(procedures). De hoofdregel is ‘wie stelt, bewijst’. Als je iets eist van de tegenpartij, dan moet
je dit dus ook kunnen bewijzen. Een uitzondering daarop is als de tegenpartij niet betwist dat
wat jij stelt daadwerkelijk gebeurd is. De rechter kan vervolgens ook de bewijslast omkeren.
Als er een conflict ontstaat, proberen juristen vaak in der minne te schikken: dit houdt in de
zaak onderling oplossen. Bijvoorbeeld door het overeenkomen van een schadevergoeding.
De kantonrechter is de bevoegde rechter in privaatrechtelijke geschillen tot € 25.000,-,
alsmede in huur- en arbeidszaken en de meeste consumentenzaken. De sector civiel van de
rechtbank behandelt in beginsel alle andere privaatrechtelijke procedures. Indien een partij
het niet eens is met de uitspraak van de kantonrechter of de civiele rechter, dan kan hij in
hoger beroep bij het gerechtshof. Tegen de uitspraak van het gerechtshof kan een partij
vervolgens in cassatie bij de Hoge Raad in Den Haag. Uitspraken van gerechtshoven en de
Hoge Raad noemen we arresten. Uitspraken van rechtbanken heten vonnissen.