LET OP: Recht voor het 2de-jaar en recht voor het 4de-jaar is beschikbaar in een bundel. De nieuwe samenvatting omvat ook de wetten WVGGZ, WZD en WFZ. Deze bundel heeft dezelfde prijs dus mocht je het kopen van deze samenvatting overwegen, koop dan de bundel !!!
Samenvatting van het boek "Mens ...
[Samenvatting] Recht
Samenvatting voor het vak “Recht” voor de studie SPH (social werk) en studies Recht.
Bestaat uit: H1 t/m H3, H6 t/m H10, H14 en H16 (Let op: niet-essentiële (sub)paragrafen zijn niet toegevoegd).
Mogelijk word de samenvatting (altijd gratis) ge-update, houdt hiervoor je STUVIA-account in de gaten.
Hoofdstuk 1: Recht en regels
1.1. Waarom is er recht?
Rechtsregels: Burgers en overheid krijgen te maken met rechten en plichten die voortkomen uit normen
en waarden. Deze afspraken worden vastgelegd in rechtsregels; hierin staat omschreven
hoe het recht gehandhaafd moet worden, waardoor het recht vorm krijgt.
Het recht zorgt voor:
• Doelmatige ordening (zoals: verkeersregels);
• Spelregels: Zowel voor individuele onderling, als voor het handelen van de overheid;
• Sturing van het individuele gedrag van burgers.
1.2. Vindplaatsen van het recht
1.2.1. Wet- en regelgeving
Wet = Een rechtsregel die is vastgesteld door de overheid (overheid: Eerste- en Tweede kamer
(ook wel: Staten-Generaal), ministers, Provinciale staten en gemeenteraden).
Alleen wetten van de hoogste wetgever worden met “wet” aangeduid. De genummerde bepaling van wetten
worden wetsartikelen genoemd. De bepaling van de hoogte van de wet wordt als volgt gemaakt:
1. Gemeenschap verordeningen- en richtlijnen: Regels die worden opgesteld door de EU.
2. Grondwet (GW): De hoogste wet van Nederland.
In lagere regelingen komt het woord “wet” niet voor:
3. Koninklijkbesluit: Regels waarbij de Staten-Generaal (Eerste- en Tweede kamer) niet betrokken zijn, maar
worden opgesteld door de regering (regering: ministers en de koning(in)).
a. Algemene maatregeling bestuur: Een koninklijkbesluit dat regels bevat.
b. Ministeriële regeling: Een regel die opgesteld is door een minister.
4. Verordening: Een regel die opgesteld is door de provinciale staten of gemeenteraad.
1.2.2. Jurisprudentie
Jurisprudentie (rechtersrecht) = Onbeschreven regels die worden gevormd door rechters, omdat zij
vrij zijn in het interpreteren van rechtsregels bij het formuleren van
een uitspraak (vonnis, of recht).
1.2.3. Gewoonterecht
Gewoonterecht = Onbeschreven regels die zijn ontstaan en toegepast worden in een
algemene kring.
1.2.4. Verdrag
Verdrag = Een afspraak tussen twee of meer staten die op geschrift gesteld zijn en die gelden in de
staten die partij zijn in het verdrag.
1.3. Aard van de regels
1.3.1. Dwingend en aanvullend recht
Dwingend recht Semidwingend recht Aanvullend recht
Bepaalde regels van 2 partijen, waar Rechtsregels waarbij partijen Regels die gelden wanneer er
onder geen enkele omstandigheid zelf dingen nader mogen specifieke afspraken ontbreken.
van mag worden afgeweken. regelen.
Beide hebben vaak betrekking tot overeenkomsten.
1
,1.3.2. Rangorde in regelingen
De rechtskracht is afhankelijk van het orgaan waar de regelgeving afkomstig uit is. Er bestaat de volgende
rangorde in macht:
1. Verdragen;
2. Gemeenschap verordeningen en richtlijnen (EU);
3. Grondwet;
4. Overige wetten;
5. Algemene maatregeling bestuur;
6. Ministeriële regelingen en richtlijnen;
7. Provinciale vorderingen;
8. Gemeentelijke vorderingen.
1.3.3. Objectieve en subjectieve rechten
Objectief recht Subjectief recht
Bevat alle geldende regels, dus alle rechten en De vraag of het recht geldt voor één specifiek
plichten die in rechtsbronnen zijn vastgesteld (zoals: persoon (zoals: De bepaling van de gemeente of
Het recht op bijstand). bijstand wordt toegekend).
Alleen subjectieve rechten kunnen worden
afgedwongen voor een rechter.
1.4. Grondrechten
Het grondrecht = Het meest elementaire en onvervreemdbare recht van een individu, die zowel door
de overheid als door anderen gerespecteerd moet worden.
Klassieke grondrechten Sociale grondrechten
Oudste rechten, waarop de overheid geen inbreuk Rechten rondom sociale faciliteiten die geen
mag maken. Inbreuk is enkel mogelijk op wettelijke expliciete rechten zijn die een individu voor een
grond. rechter mag afdwingen. Ze vormen daardoor als het
waren een opdracht aan de overheid, wanneer de
overheid tekort schiet mogen politieke middelen
worden ingezet.
Hoofdstuk 2: Indeling van het recht
2.1. Publiekrecht en privaatrecht
Publiekrecht Privaatrecht
Regels voor het uitoefenen van gezag van de Recht dat betrekking heeft op de rechtsverhouding
overheid in haar relatie met de burger en tussen tussen personen.
overheidsorganen onderling.
2.1.1. Publiekrecht
Publiekrecht: De overheid oefent gezag uit op burgers door middel van wetgeving, bestuur en het
toepassen van sancties.
Verhouding in het privaatrecht:
Overheid
Burgers
2
, Het publiekrecht wordt onderverdeeld in het:
• Staatsrecht: Hierin is geregeld hoe de wetgeving tot stand komt en het beschrijft diverse
overheidsorganen en hun functies.
• Bestuursrecht: Bevat de regels voor organen van de overheid en andere organen die met het
openbaar gezag zijn bekleed, voor het gebruik van hun bevoegdheden.
Een beschikking = Besluiten die in individuele gevallen een recht verlenen, of
een plicht opleggen.
• Strafrecht: Hieronder vallen de gedragingen die de wetgever strafbaar heeft gesteld, evenals de
straffen die de rechter kan opleggen en de regels voor de manier waarop de daders
berecht moeten worden.
Het tuchtrecht = Bedoeld om bepaald gedrag af te dwingen binnen een
bepaalde beroepsgroep door het opleggen van
(straf)maatregelen.
2.1.2. Privaatrecht
Privaatrecht: Heeft betrekking tot de rechtsverhouding tussen personen of rechtspersonen die ontstaan
door verbintenissen (zoals: een huurovereenkomst, of een huwelijk).
De verhouding in het privaatrecht berust op gelijkwaardigheid:
(Rechts)persoon (Rechts)persoon
De (rechts)personen zijn mensen in vlees en bloed, ook organisaties (zoals een verenging of stichting), maar in
sommige gevallen kan ook de overheid een rechtspersoon zijn; wanneer het geen gebruik maakt van het
overheidsgezag.
2.2. Materieelrecht en formeelrecht
Een andere manier van het indelen van recht is die van het onderscheid tussen materieelrecht en formeelrecht:
Materieelrecht Formeelrecht (procesrecht)
Bevat de materie; het inhoud van de rechten en Bevat de wijze waarop iemand zijn recht kan halen
plichten. en heeft betrekking op de manier waarop het recht
kan worden gehandhaafd.
2.3. Beginselen in het procesrecht
2.3.1. Geschillenbeslechting in twee instanties door onafhankelijke rechters
Er bestaat in Nederland een geschillen beslechting in twee instanties: Een verzoek kan altijd een tweede keer
inhoudelijk worden beoordeeld door een andere rechter.
De rechtelijke macht in Nederland is opgebouwd uit drie lagen:
1 Hoge Raad (1)
(Gerechts)hof (5)
Rechtbank met sector kanton (19)
• Rechtbank met sector kanton: (bijna) alle geschillen worden hier als eerst voorgelegd. Oordeelt enkel over:
- Verordeningen tot 25.000euro;
- Huur- en arbeidsgeschillen.
• Gerechtshof: Hier kunnen partijen in beroep als ze het niet eens zijn met het vonnis van de rechtbank.
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper nsangers. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,19. Je zit daarna nergens aan vast.