Week 1: rechtsbegrip en rechtsvinding
Centrale stelling van het boek
- Het recht kan niet worden gekend of begrepen zonder een beroep te doen op de context
waarin het tot stand komt en waarin het toepassing vindt.
Casuïstische en regelgeleide rechtsvinding
- Casuïstische rechtsvinding:
Is meer gericht op de billijkheid in concreto, als uitvloeisel van het streven naar
rechtvaardigheid. Als wij bij het oplossen van een juridische casus de vraag
vooropstelling: wat is een rechtvaardige oplossing?, leidt dat tot een focus op het
geval in kwestie en aandacht voor wat daar rechtvaardig zou zijn. Omdat elk geval
verschillend is, resulteert Casuïstische rechtsvinding in verscheidenheid
Stuit op voor de hand liggende bezwaren, zoals hiervoor al bleek. Als het gaat om
rechtseenheid en rechtsgelijkheid is echter niet direct helder wat die bezwaren
precies zijn.
- Regelgeleide rechtsvinding
Is daarentegen is meer gericht op rechtseenheid, rechtsgelijkheid en
rechtszekerheid. Bij deze vorm van rechtsvinding stellen wij de vraag voorop: welke
regel moet worden toegepast? Regelgeleide rechtsvinding draagt dus vooral bij tot
de ontwikkeling van het recht als systeem.
Regelgeleide rechtsvinding is gebaat bij de formulering van duidelijk afgebakende
regels
Het rechtsbegrip
- ‘wat is recht’ Dat noemen wij de vraag naar het rechtsbegrip. Welke verschijnselen komen
überhaupt in aanmerking om als onderdelen van het fenomeen recht te worden beschouwd?
- Het rechtsbegrip blijkt bij verschillende personen verschillende associaties op te roepen.
Sommige mensen denken aan geruchtmakende strafzaken, andere aan slepende civiele
procedure, en andere weer aan de werking van de parlementaire democratie.
Wrongful birth en de geldende rechtsregels
- In deze zaak beoordeelde de Hoge Raad niet alleen in hoeverre mogelijke aansprakelijkheid
van de arts in deze bijzondere context paste in het wettelijk systeem van het Nederlandse
aansprakelijkheidsrecht, maar bekeek hij ook of wellicht de menselijke waardigheid van het
kind zou kunnen worden aangetast als die aansprakelijkheid zou worden aanvaard. Deze
uitspraak illustreert daarmee dat de Hoge Raad zich niet uitsluitend bezighoudt met de vraag
naar de toepasselijkheid van het positieve recht (zoals neergelegd in wetten en verdragen),
maar ook achterliggende rechtsbeginselen zoals de menselijke waardigheid in zijn
beoordeling betrekt of kan betrekken, ook als die ongeschreven zijn of niet met zoveel
woorden in de toepasselijke wetgeving zijn opgenomen.
Driehoekmodel van het recht (met zebrapad voorbeeld)
1. Het normatieve (juridische) moment
a. Dit is het geheel van rechts, beslissing en beginselen dat gewoonlijk onder recht
wordt verstaan. Het is wat juristen het positieve recht noemen
b. Het geeft aan wat moeten (de geboden), wat wij mogen (de bevoegdheid) en wat
niet mogen (de verboden). Wanneer de rechtsnormen worden nageleefd, spreken
wij van een rechtmatige situatie.
, i. In het voorbeeld van zebrapadcasus behoort art. 49 RVV 1990 dus tot het
normatieve moment, want het geeft een gedragsnorm die tot het positieve
recht behoort.
2. Het ideële (filosofische) moment
a. Dit is het geheel van ideeën, opvattingen en waarden dat als leidraad en toetssteen
fungeert voor het positieve recht.
b. Mensen laten zich namelijk niet alleen door rechtsnormen leiden, maar ook door
overtuigingen omtrent goed en kwaad, rechtvaardig en onrechtvaardig.
c. Maar er is dikwijls een spanning tussen het zoals het is (het geldende recht) en het
recht zoals het zou moeten zijn (het wenselijke recht)
i. In voorbeeld van zebrapadcasus is de waarde van de bescherming van de
zwakkere verkeerdeelnemer onderdeel van het ideële moment
3. Het actuele (sociologische) moment
a. Daaronder verstaan wij zowel het geheel van maatschappelijke gebruiken en
praktijken dat tot het positieve recht heeft geleid, als de maatschappelijke gebruiken
en praktijken die uit het recht voortvloeien.
i. In het voorbeeld van de zebrapadcasus behoort het constateren hoe het er
in de samenleving bij verkeersgedrag bij een zebrapad daadwerkelijk aan
toegaat tot het actuele moment.
Rechtsbegrip: open texture
- Het recht heeft een open texture, omdat zijn toepassing uiteindelijk altijd onderbepaald is.
Het recht is altijd afhankelijk van de juist niet altijd voorzienbare omstandigheid van het
geval.
- De consequentie van de open texture van rechtsbegrippen is dan hun betekenis evolueert.
Tot 1919 werd het begrip ‘onrechtmatige daad’ gedefinieerd als ‘onwetmatige daad’, met
andere woorden, slechts handelen in strijd met het geschreven recht resulteerde in een
verplichting de schade te vergoeden.
Recht in objectieve en subjectie zin
- Recht in objectieve zin
Als wij spreken van een objectieve zin bedoelen wij daarmee de verzameling
rechtsnormen. Het begrip objectief recht is dus nauw verwant aan het positieve
recht, de rechtsnormen die hier en nu gelden.
- Recht in subjectieve zin
Subjectieve recht zijn de rechten die rechtssubjecten (de personen die door het
objectieve recht worden erkend) ontlenen aan de regels van het objectieve recht.
Tegen over subjectieve rechtens staan de verplichting van andere rechtssubjecten.
De plicht om jouw mening niet te censureren, de plicht om jouw eigendom
te respecteren en de plicht om jou niet zonder toestemming aan te raken.
Het onderscheid tussen publiekrecht en privaatrecht
1. De aard van de betrokken partijen
a. Publiekrecht:
i. Als bij de rechtsverhouding een overheidsorgaan betrokken is, dan kan deze
publiekrechtelijke van aard zijn.
1. Een bouwvergunning aanvragen bij de gemeente is een
publiekrechtelijke handeling
b. Privaatrecht:
i. Als de rechtsverhouding er een tussen twee particulieren, is deze
privaatrechtelijke van aard
, 1. Een koop of verkoop van woning is bijvoorbeeld een
privaatrechtelijke handeling
2. De aard van het te beschermen belang
a. Publiekrecht:
i. Het publiekrecht is gebaseerd op de bescherming van algemene belang. Als
een overheidsorgaan optreedt in het kader van een algemeen belang, is zijn
optreden publiekrechtelijke.
b. Privaatrecht:
i. Het privaatrecht is namelijk bedoeld om privé belangen te beschermen i.p.v.
algemeen belang
3. Het initiatief tot handhaving van het recht
a. Publiekrecht:
i. Publiekrechtelijke regels worden in het algemeen niet op initiatief van
burgers gehandhaafd.
b. Privaatrecht:
i. Privaatrechtelijke regels worden in het algemeen op initiatief van de burger
gehandhaafd.
4. De middelen tot rechtshandhaving.
a. Publiekrecht:
i. In het publiekrecht zijn voorbehoud aan de overheid: alleen de overheid mag
optreden met strafvervolging of bestuursdwang.
b. Privaatrecht:
i. De privaatrechtelijke middelen zijn minder ingrijpend. Namelijk de
mogelijkheid om bij de rechter nakoming, schadevergoeding of ontbinding
van een rechtsverhouding te vorderen.
Voorbeeld waarbij overheid optreedt als een particulier (privaatrechtelijke handeling)
- Het handelen van de overheid kan ook onder privaatrecht vallen als zij als het ware optreden
als particulieren. De aanschaf van kantoormeubelen is zowel voor een bedrijf als voor een
gemeente een privaatrechtelijke koopovereenkomst
Verschillen tussen vermogensrechtelijk privaatrecht (vermogensrecht) en niet
vermogensrechtelijke privaatrecht (personen en familierecht):
- Vermogensrechtelijke
Vermogensrechten:
Het vermogensrecht is dat deel van het materiele privaatrecht dat de op geld
waardeerbaar rechten en plichten der rechtssubjecten betreft, zoals het
recht van de verkoper op betaling van de koopprijs door de koper
Subjectieve vermogensrechten zijn in het algemeen overdraagbaar ->
art.3:6BW. De juridische term daarvoor is cessie
Regels van vermogensrecht zijn doorgaans niet dwingend voorgeschreven.
Hetgeen wil zeggen dat het partijen vrij staat om afwijkende afspraken te
maken.
- Niet- vermogensrechtelijke
Personen en familierecht
De rechten zijn niet op geld waardeerbaar
De rechten zijn niet overdraagbaar; men kan bijvoorbeeld zijn recht op naam
niet overdragen.
In het algemeen bestaat niet de mogelijkheid van afwijking
Internationaal publiek en privaatrecht:
- Internationale privaatrecht (ook wel conflictenrecht):
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper aminakerkri. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,49. Je zit daarna nergens aan vast.