SAMENVATTING TOEGEPASTE PSYCHOLOGIE
BLOK 1
, hoofdstuk 1
perspectief naam stroming jaartal
Biologisch perspectief Rene Descartes rationalisme 17e eeuw
Biologisch perspectief Francis Bacon empirisme 17e eeuw
perspectief van de gehele Freuds psychoanalyse 19e eeuw
persoon
behavioristisch perspectief John B watson behaviorisme 19e eeuw
cognitive perspectief Wilhelm wundt structuralisme 19e eeuw
cognitive perspectief William James functionalisme 19e eeuw
perspectief van de gehele humanisme 20ste eeuw
persoon
behavioristisch perspectief → niet naar interne processen, prikkeling van
omgeving, niet kijken waarom.
cognitive perspectief → alles wat in je hersenen gebeurt, interne processen.
emotionele bias: de neiging om oordelen te vellen gebaseerd op attitudes en gevoelens;
behandeling criminelen
confirmation bias: we geloven snel dingen die bevestigen wat we denken/weten
,expectancy bias: als verwachtingen de resultaten van een onderzoek beïnvloeden is er
sprake van deze bias.
De zes belangrijke perspectieven van moderne psychologie:
1. Het biologische perspectief (Descartes)
2. Het cognitieve perspectief (Wundt, James)
3. Het behavioristische perspectief (Watson, Skinner)
4. Het whole-person perspectief; psychodynamisch, humanistisch en karaktertrekken
en
temperament (Freud, Rodger, Maslow, oude grieken)
5. Het ontwikkelingsperspectief (Ainsworth, Piaget)
6. Het socioculturele perspectief (Milgram, Zimbardo)
1. Biologisch perspectief: het psychologische perspectief dat de oorzaken van gedrag
zoekt in functioneren van genen, de hersenen en het zenuwstelsel en hormoonstelsel.
persoon: Descartes, ‘lichaam bestaat uit geest en het lichaam zelf’. Er liggen biologische
processen ten grondslag aan je gedrag. Ze wilden lichaam en geest splitsen m.b.t.
wetenschap (dualisme) en rationalisme was ook erg belangrijk.
Rationalisme is een filosofische en epistemologische benadering die stelt dat menselijke
kennis voornamelijk wordt verkregen door het gebruik van het verstand en de rede.
Rationalisten geloven dat redenering, logica en deductie de belangrijkste middelen zijn om
waarheid en kennis te verwerven, en ze hechten minder waarde aan zintuiglijke waarneming
en empirische observatie in vergelijking met empiristen. Belangrijke rationalistische filosofen,
zoals René Descartes, geloofden dat bepaalde concepten en waarheden aangeboren zijn
en onafhankelijk van ervaring kunnen worden begrepen door middel van rationele
overweging. Kortom, rationalisme benadrukt het belang van de menselijke rede en het
vermogen om abstracte en universele kennis te genereren.
2. Cognitief perspectief: Een van de belangrijkste psychologische perspectieven waarbij
de nadruk ligt op mentale processen, zoals leren, geheugen, perceptie en denken als
vormen van informatieverwerking.
personen: Wundt, Hij probeerde op basis van introspectie de structuur van bewustzijn te
ontdekken (structuralisme) → historische stroming in de psychologie die zich richt op het
analyseren van de elementaire componenten van de menselijke geest, zoals sensaties en
emoties, om de structuur van het bewustzijn te begrijpen. Het probeerde dit te bereiken door
middel van introspectie, waarbij individuen hun eigen gedachten en gevoelens
rapporteerden. Het was een vroege benadering in de psychologie en legde de nadruk op de
studie van de mentale structuur.
James, wilde weten wat de functie was van ons bewustzijn: aanhanger van functionalisme →
stroming in de psychologie die stelt dat psychische processen en gedragingen het beste
begrepen kunnen worden door te kijken naar hun functie en adaptieve waarde.
3. Behaviorisme: geen innerlijke processen, maar waarneembaar gedrag – blackbox
psychologie is hier het uitgangspunt. Wat mensen en dieren aan gedrag vertonen, is
gebaseerd op leerervaringen (stimulus – respons). De omgeving bepaalt het gedrag.
, Behaviorisme → Behaviorisme is een psychologische benadering die het gedrag van
individuen als het belangrijkste studieobject beschouwt en zich richt op observeerbaar
gedrag. Het behaviorisme stelt dat psychologische verschijnselen, zoals gedachten en
emoties, niet direct kunnen worden waargenomen of gemeten en daarom geen geschikte
onderwerpen zijn voor wetenschappelijk onderzoek. In plaats daarvan stelt het behaviorisme
voor dat gedrag kan worden bestudeerd, geanalyseerd en voorspeld door observatie van de
externe, meetbare responsen van individuen op stimuli in hun omgeving. Het legt de nadruk
op stimulus-respons relaties en conditionering als middelen om gedrag te begrijpen en te
verklaren.
Personen: Watson en Skinner
4. Het whole-person perspectief: globaal inzicht van persoonlijkheid
- Psychodynamische psychologie: een benadering die de nadruk legt op het
begrijpen van het menselijk functioneren in termen van onbewuste behoeften,
verlangens, herinneringen en conflicten. Sigmund Freud (1856-1939) was een
belangrijk karakter hierin, maar hij kreeg ook erg veel kritiek. Gebruikte veel
introspectie. psychoanalyse
- Humanistische psychologie: ontstaan als kritiek op de psychoanalyse en het
behaviorisme. Geloven in de vrije wil van de mens, groei en zelfactualisatie.
Zelfbeeld is bepalend voor gedrag. Denk hierbij aan de Pyramide van Abraham
Maslow en de non-directieve therapie van Carl Rogers. Humanisme
- Psychologie van karaktertrekken en temperament: verschil in mensen ontstaan
uit verschillen in stabiele kenmerken en neigingen, die karaktertrekken en
temperamenten worden genoemd. Ook wel dispositionele invalshoek genoemd. Het
gaat om unieke persoonlijkheidskenmerken die tamelijk consistent zijn.
5. Ontwikkelingspsychologie: Het idee hierachter is dat mensen veranderen als gevolg
van interactie tussen erfelijke eigenschappen en de omgeving die zich vervolgens uiten in
voorspelbare patronen.
6. Sociocultureel perspectief: mensen zijn sociale wezens en daarom zijn sociale
interactie en het culturele perspectief van belang. de nadruk leggen op het belang van
sociale interactie, sociale leren en een cultureel perspectief.
Hoofdstuk 1.1 t/m 1.2 Stromingen in de
psychologie