Samenvatting jeugdliteratuur
Hoofdstuk 1: Functies van kinder- en jeugdboeken
Van Coillie onderscheid zes basisfuncties, die elk kunnen inspelen op basisbehoeften van de jonge lezers.
In zijn analyse van de verschillende genres vormen deze functies de rode draad. Binnen elk genre
onderzoekt hij hoe de diverse functies zich tot elkaar verhouden.
1.1 De ontspannende functie
De ontspannende functie komt tegemoet aan de behoefte om zich te ontspannen. Deze behoefte is de
belangrijkste leesmotivatie bij kinderen en jongeren. Ontspanning denkt verschillende ladingen. Boeken
kunnen kinderen een prettig gevoel geven door ze aan het lachen te brengen. Typisch voor kinderboeken
is dat volwassenen het vaak moeten ontgelden, zij zorgen immers voor heel wat spanningen in een
kinderleven. Het ontspannende effect kan bewerkstelligd worden door humoristische personages en
speelse taal. Ook meeleven met spannende avonturen kan ont-spannend werken. Het is opvallend in
hoeveel kinderboeken spanning en humor gemengd worden.
1.2 De creatieve functie
De creatieve functie komt tegemoet aan de behoefte zich dingen te kunnen verbeelden en te fantaseren.
Het boek kan de lezer ertoe aanzetten creatief met de wereld en de taal om te gaan. In wezen is elk
verhaal ook deels een creatie van de lezer, die met de eigen verbeelding open plekken invult, zich een
persoonlijke voorstelling maakt van personages en gebeurtenissen. Fantasieverhalen werken vaak wens-
vervullend. De sterkste fantasieverhalen stimuleren en dagen uit. Fantasie is bij uitstek creatieve kracht
die weigert de werkelijkheid te nemen zoals die is. De verbeelding heeft uitdagingen nodig, hinderissen
en open plekken. Creatieve fantasie hangt samen met originaliteit, met het verrassende en het
onverwachte.
1.3 De emotieve functie
Boeken kunnen gevoelens aanspreken en oproepen zoals vreugde, verdriet, woede of angst. Ze spelen op
die manier in op een behoefte aan emotioneel welbevinden. Soms veruitwendigen deze gevoelens zich
doordat de lezer huilt, lacht of het boek weglegt omdat het te spannend is. Lezers ervaren emoties
doordat ze zich kunnen inleven in het verhaal, kunnen meeleven met de personages of gevoelens
ontwikkelen ten opzichte van personages. Als de lezer de rol van een personage als het ware aanneemt,
spreken we van identificatie. Concreet kunnen zowel emoties van de personages als de situaties waarin
ze terechtkomen, gevoelens oproepen bij lezers. Het meest direct is de inleving in ik-verhalen, waarbij de
lezers ongestoord kunnen binnenkijken in de belevingswereld van het personage. Om personages echt
tot leven te brengen, moet een auteur ze ook indirect typeren. Zo’n typering doet een groter beroep op
de lezer. Verhalen kunnen meer doen dan gevoelens oproepen, ze kunnen het gevoelsleven van de lezer
ook verrijken en hem helpen om emoties te verwerken.
1.4 De informatieve functie
De informatie functie komt tegemoet aan een behoefte aan kennis, aan de nieuwgierigheid van de jonge
lezers. Boeken kunnen kinderen wijzer maken en bijdragen tot hun ontwikkeling. De jonge lezers kunnen
uit boeken niet alleen heel wat leren over de wereld om hen heen, maar ook over zichzelf. Ook binnen de
fictie zijn er genres waarin het informatieve een belangrijke rol speelt. Ten slotte verrijken boeken
, ongetwijfeld ook de taal van hun lezers. Als vanzelf nemen kinderen woorden en wendingen over uit
boeken die ze lezen of horen voorlezen.
1.5 De zingevende functie
Boeken komen tegemoet aan een behoefte aan zingeving en moreel houvast. Ze kunnen mee zin geven
aan het bestaan door te laten zien hoe personages hun leven zinvol uitbouwen. Ze kunnen ook vragen
oproepen, stof tot discussie bieden en doen nadenken over wat echt belangrijk is in het leven. Daarnaast
kunnen ze ook expliciet of impliciet normen en waarden meegeven. Vanuit de verhouding tussen
volwassenauteur en jonge lezer hebben veel kinderboeken een opvoedende strekking. Onder meer
daardoor blijven ze zich onderscheiden van literatuur voor volwassenen. De zingevende of opvoedende
functie kan op verschillende manieren in boeken opduiken. Het opdringerigst is de moraal die de
auctoriale verteller rechtstreeks tot de lezer richt. Personages kunnen ook elkaar expliciet waarden
meegeven. Ook beloning of straf van voorbeeldig, respectievelijk verwerpelijk gedrag bevat een
boodschap. Vaak wordt die in kinderboeken versterkt door goede en slechte personages duidelijk
tegenover elkaar te stellen. Door de identificatie met de hoofdfiguur kan de lezer ook impliciete waarden
en normen overnemen. Die kan hij afleiden uit het gedrag van de personages of hun oordelen over
bepaalde meningen of gedragingen.
1.6 De esthetische functie
De esthetische functie komt tegemoet aan een behoefte aan schoonheid, aan het genieten van het
mooie op zichzelf. Het esthetische heeft dus geen echt doel. Een auteur die doelbewust mooi wil
schrijven, vervalt in valse ‘mooischrijverij’. Het esthetische vestigt de aandacht op de woorden of de
illustraties zelf, op de manier waarop ze een inhoud vormgeven, op hun creatieve mogelijkheden. Dat de
aandacht van de lezer naar de verwoording gaat, hangt ook samen met het unieke, het oorspronkelijke
van de taal. In grote literatuur wordt de lezer geraakt, gegrepen of ontroerd door de bijzondere
ontzeggingskracht van de tekst. Die uit zich onder meer in een treffende woordkeuze en verrassende
beelden, in een ritmische, klankrijke, suggestieve of zintuigelijke taal en in een creatieve omgang met die
taal.
Hoofdstuk 2: Van volwassen auteur tot jonge lezer
2.8 De jonge lezer
De jonge lezer bedreigd?
Onderzoek wijst uit dat kinderen gemiddeld in elk geval meer lezen dan volwassenen. Al geruime tijd
wordt de jonge lezer als een bedreigde soort gezien. Verschillende onderzoekers in de jaren zeventig en
tachtig kwamen tot het besluit dat er minder gelezen werd en wezen de televisie aan als de
hoofdschuldige. Ook andere onderzoekers wezen erop dat kinderen boeken en televisie ‘gebruikten’ om
verschillende redenen. In meerdere onderzoeken werd ook vastgesteld dat verfilmingen een stimulans
konden zijn om het boek te lezen.
Vanaf ongeveer 1995 en versneld na 2000 veranderde vrijetijdsbesteding van de jeugd opnieuw
door het snel oprukkende computergebruik. Computerspelletjes en later surfen op het internet, chatten
en webloggen namen steeds meer tijd in beslag. Ook onderzoek naar vrijetijdsbesteding van jongere
kinderen bij het begin van de eenentwintigste eeuw wees op de populariteit van de computer.
Onderzoekers in binnen- en buitenland spreken in dit verband vaak over de dreiging van een ‘nieuw
analfabetisme’.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper WietskeJansen1994. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.