Samenvatting Bestuurs(proces)recht I
(SEM1 V)
HC Week 1: Plaats en structuur van de Awb in het bestuursrecht
Wat is er “bestuursrechtelijk”?
- Denk aan een rijbewijs: De burgermeester geeft o.b.v. het rijvaardigheidsbewijs van het CBR
een rijbewijs af aan burgers.
- Denk aan verkeerd parkeren: Op basis van de Awb. Je krijgt dan een boete van een BOA.
- Denk aan het verbouwen van een kerkje: Je moet hiervoor een vergunning hebben.
Grens bestuursrechtelijk en privaatrechtelijk:
Als er op basis van een wet een bijz. bevoegdheid is gecreëerd, heb je waarschijnlijk te maken met
een bestuursrechtelijke omgeving.
Publiek rechtelijk: overheid burger
Privaat rechtelijk: burger burger
Verhouding algemeen – bijzonder
Er is een hele tijd aan de Awb gewerkt en hier is over nagedacht. (v.a. 1982)
De commissie Warb dacht hierover na. Nu is er geen commissie meer die zich bekommert over de
Awb.
Wat bracht de Awb?
De Awb werkt (met oog op het ‘bijzondere deel’) met verschillende soorten regels:
- Regels die de standaard zijn voor het gehele bestuursrecht (bijv. art. 1:2 Awb)
Dwingend recht
- Regels voor normale gevallen, tenzij… (bijv. art. 4:1 Awb)
Regelend recht
- Rest- of vangnetbepalingen (bijv. art. 4:13 Awb)
Aanvullend recht
- Op afroep beschikbare procedures (bijv. art. 3:10 lid 1 Awb e.v.)
Facultatief recht
Is de Awb belangrijk?
Ja, deze vormt een algemene systeemwet voor het bestuursrecht met algemene begrippen, normen
en regels.
Maar:
- De Awb bevat nagenoeg geen bevoegdheidstoebedeling. De bevoegdheden vindt je wel in de
speciale regeling. Echter, in de Awb (hoofdstuk 5) vindt je wel de toezichthouder.
- De bijzondere wet kan echter altijd afwijken! Lex speciales gaat voor de Lex generales
Verhouding Awb en bijzonder bestuursrecht
Sleutelwoord: evenwicht, maar wel evenwicht met voorrang.
- Eerste benadering vanuit bijzondere deel. Je kijkt dus eerst naar het bijzondere deel.
Waarom? Omdat de bijzondere wet altijd kan afwijken van de Awb en er dus voor gaat.
- Start in de bijzondere regeling met de bevoegdheidsvraag Welke (soort) bevoegdheid,
welk orgaan, welke normatief kader. Veel beleidsruimte ?
- Vervolgens kijk je in het bijzonder deel naar de procedurevraag Je kijkt of er een
bestuurlijke weg speelt: bijv. termijnen, bijzondere rechtsgang
, - Let op: De bijzondere delen kennen ook hun bijzondere algemene regels (Awr, Wabo,
Onderwijswet).
- Je vergelijkt vervolgens wat er in de Awb van toepassing is. Brengt de Awb niet nog meer
mee? Waarbij – let op- gelaagde structuur speelt. Je kijkt in verschillende delen van de Awb.
Slotconclusie: de verhouding tussen de Awb en bijzonder bestuursrecht is verraderlijk en complex.
Systeem van de Awb
Opbouw van de Awb: gelaagde opbouw
Van algemeen bijzonder, dus zoektocht maar ook systeem!
Materiële bepalingen:
H. 2 Verkeer tussen burgers en bestuursorganen
H.3 Algemene bepalingen over besluiten
H.4 Bijzondere bepalingen over besluiten
H. 5 Handhaving
Actueel bestuursrecht
De functie/functies van het bestuursrecht:
Besturen macht ordening tot samenleven
- bestuursrecht verschaft instrumenten tot ordenen (niet iedereen kan hetzelfde, dit verschaft
maatwerk en belangenafweging)
bestuursrecht verschaft waarborgen tegen de macht
- Ordening tot samenleving is algemeen belang
Vereist afweging van individuele posities
Algemeen belang is resultaat van belangenafweging
- Klassieke trias: wetgever stelt de regels, rechter biedt de bescherming, bestuur maakt de
afweging (trias politica).
Besturen moet resultaatgericht, behoorlijk en responsief zijn. Dit is complex, want de burger moet
erop kunnen vertrouwen.
Vooral tegenwoordig is dit lastig door: crisis (denk aan inflatie, corona, milieuproblemen etc.):
Trekt wissel op de belangenafweging
Vereist daadkrachtig bestuur instrumentaliteit
, Verlangt basis van vertrouwen compensatie voor waarborg
Om goed te kunnen besturen is er vertrouwen nodig naar de overheid toe.
In Nederland is dit vertrouwen naar de overheid weg. Wij zijn een laagvertrouwensamenleving.
Onderzoekers zeggen dat de oorzaak daarvan ligt in bij de toeslagenaffaire.
Toeslagenaffaire
Het maatschappelijk effect vooropgesteld!
er zijn vele kwetsbare gezinnen (zo’n 26000) in de afwikkeling van kindertoeslagen vreselijk in de knel
gekomen en de afhandeling duur veel te lang!
Hoe zit de toeslagenaffaire bestuursrechtelijk in elkaar?
Perfect storm ieder aspect is onschadelijk maar de combi is dodelijk
1. Het systeem van toeslagen als zodanig. Mensen krijgen geld en pas later wordt gekeken of ze
er recht op hebben. Mensen moeten dan krom liggen om het terug te betalen.
2. Spijkerharde wetgeving in art. 26 Awir
3. Uitvoering door de Belastingdienst automatisering n.a.v. onderbezetting: gebruik
discutabel risicomodel en zelflerende algoritmen (AI). Deze combinatie leidde tot nare
uitkomst.
4. Vanaf 2010 volgt de bestuursrechter de strikte (uitleg van de) wetgeving in de zgn. ‘alles-of-
niets-jurisprudentie’ pas in 2019 ommezwaai. De rechter zei: ‘het is de wet, dus zo moet het
gebeuren’. Alles wat uiteindelijk fout is, zal teruggevorderd moeten worden. Pas in 2019 gaat
deze afdeling om.
Bestuursrechtelijk juridisch gaat hier niet heel veel fout, maar in de combinatie ontstaat een
maatschappelijk probleem. Dit probleem is de aanjager van ontwikkelingen waar we nu mee zitten.
Toeslagenaffaire …. Tussen(?)balans
Maatschappelijke en politieke onvrede leidt tot “whodunit” met ook absurde beweringen
(bijv. uithuisplaatsingen, nu onderzocht)
Parlementaire ondervragingscie: “De rechtsstaat heeft gefaald”
Welbeschouwd levert dit voor de juridische analyse niet veel aanknopingspunten op……
perfect storm
Reacties in de trias:
- wetgevende macht:
scherpe politieke controle en parlementaire enquête (weinig reflectie)
- rechterlijke macht:
excuses van de rechtbanken en de Afdeling bestuursrechtspraak
- uitvoerende macht:
probeert het dossier te behandelen maar dat lukt eenvoudigweg niet (tienduizenden dossiers
x 400 uur)
Eindresultaat: met een “verscheurde trias” neemt het vertrouwen in een overheid niet toe.
Reacties in de trias: Wetgevende macht geeft weinig reflectie, de rechterlijke macht maakt excuses en
de uitvoerende macht kan de tienduizenden dossiers niet behandelen.
Het gevolg hiervan is een verscheurde trias.
, WG Week 1: Plaats en structuur van de Awb in het bestuursrecht
Doelen van de Awb:
Bestuursrecht is het bestuur tussen overheid en burger.
De Awb zorgt voor een algemene wet Bestuursrecht.
De Awb heeft de volgende doelen:
Bevorderen van eenheid binnen de bestuursrechtelijke wetgeving.
Systematiseren en, waar mogelijk, vereenvoudigen van de bestuursrechtelijke wetgeving.
Codificeren van ontwikkelingen die zich in de jurisprudentie hebben afgetekend, en
Treffen van voorzieningen ten aanzien van onderwerpen die zich naar hun aard niet voor
regeling in een bijzondere wet lenen.
Voorheen heel veel bijz. wetten met bijz. regels, nu is er de Awb met algemene regels.
Verhouding Awb en bijz. wetgeving:
Let op: Awb vervangt de bijzondere wetten niet.
De bijzondere wet gaat voor de algemene wet.
Bestuursrecht:
Algemeen (Awb):
- Besluitvormingsrecht m.n. H3, 4 & 5
- Rechtsbescherming m.n. H6, 7 & 8
- Overig bijv. bestuurlijk organisatierecht
Bijzonder:
- O.a. bestuursbevoegdheden bijv. vergunningstelsel
Op het tentamen komen alleen de bijzondere wetten aan de orde die we in de les behandelen en/of
die in je wettenbundel staan. Werk dus met plakkertjes!
Algemene regels
- Deze regels gelden voor het gehele bestuursrecht.
Voorbeeld algemene regels: H.1 Awb
De definities uit Titel 1.1 gelden voor het gehele bestuursrecht.
Afwijkingsregels
- Dit zijn de beste regels voor normale gevallen, maar er kunnen goede redenen zijn om
hiervan af te wijken.
- Te herkennen aan: ‘tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald’.
Afwijkingsregels: VB. art. 4:1 Awb.
Vangnetbepalingen
- Deze regels gelden als de bijzondere regelgever heeft nagelaten een regeling te treffen.
Vangnetbepalingen: eerst kijken in bijz. wet, dan pas in de algemene regel. VB. art. 4:13 Awb.
Facultatieve regels
- Deze regels gelden ALLEEN als dat in de bijzondere wet of bij besluit van een
bestuursorgaan is bepaald.
Facultatieve regels: staan in de Awb, maar gelden alleen als een bijzondere wet dat bepaald of als een
bestuursorgaan dat bepaald. VB. afd. 3.4 Awb art. 3:10 Awb. Kijk uit: De toepasselijkheidsbepaling
uit art. 3:10 geldt voor heel afd. 3.4, dus ook als je naar bijv. art. 3:15 Awb wordt geleid. Kijk dan
altijd eerst naar art. 3:10 en of deze wet geldt of niet!