Zuidoost-Azië actueel
Aardrijkskunde: Hoofdstuk 2
§1 Steden in Zuidoost-Azië
In navolging van Europa is ook in Zuidoost-Azië sprake van een razendsnelle urbanisatie. Aparte
categorie binnen urbanisatieproces vormt de megastad: inwoneraantal van minstens 8-10 miljoen
De groei van steden in rijke landen en die in ontwikkelingslanden is anders: ‘rijke steden’ zullen
inwoneraantal vrij gelijk blijven, terwijl die in opkomende landen zeer sterk zullen toenemen
- in 2000 kende Zuidoost-Azië drie megasteden: Jakarta, Manila en Bangkok. Tegen 2011 zijn daar nog
aantal bijgekomen of erg dichtbij gekomen: Ho Chi Minhstad, Yangon en Singapore
Megasteden vervullen belangrijke functies op gebied van handel, bestuur, onderwijs en industrie:
- economische concentratie: centra van en contactpunten met globaliserende wereldeconomie; goed
geschoold personeel aanwezig
- culturele, sociale en educatieve centra: samenballing van allerlei talenten op gebied van cultuur uit
zich hier in kunst en creativiteit; toon voor nationale sociale normen en waarden wordt hier gezet;
innovatieve toepassingen als geboortebeperking worden hier wel, in achterland niet toegepast
Door bovenstaande mogelijkheden groeien deze steden enorm, wat vooral door de toestroom van
mensen van het platteland (op zoek naar beter leven) wordt veroorzaakt. Megasteden kunnen deze
stroom vaak niet goed aan, met alle gevolgen van dien:
- armoede en werkloosheid nemen sterk toe; niet alleen in megasteden in opkomende landen, maar
ook in rijke landen, bv. New York. Buiten het rijke CBD (Central Business District) en wijken waar rijke
tweeverdieners wonen, heerst in deze steden veel armoede
- ruimtelijke problemen ontstaan als gevolg van gebrek aan stadsplanning: onvoldoende
infrastructuur, ontbrekende rioleringsstelsel en afvalwaterzuivering, tekort aan communicatie
- druk op huizenmarkt en beschikbare hoeveelheid land is erg hoog: het blijkt onmogelijk om voor
toestromende migranten voldoende huizen te bouwen, waardoor migranten zich genoodzaakt zien
zelf huisjes te bouwen - wat vaak op meest gevaarlijke (want daar nog onbebouwd) plekken gebeurd
- ernstige milieuproblemen
- hoog sterftecijfer als gevolg van slechte gezondheidsomstandigheden (infecties, vervuiling)
- afhankelijkheid: omdat nationale overheid zich vaak sterk met economische activiteiten in de
megastad bemoeit, blijft de stad van de overheid afhankelijk
Bovengenoemde factoren zullen grote onvrede onder de bevolking teweegbrengen, wat kan leiden
tot een toename in fundamentalisme - zowel op sociaal als religieus gebied
§2 De megasteden Bangkok, Jakarta en Manila
Bangkok, Manila en Jakarta zijn de drie grote megasteden in Zuidoost-Azië:
Bangkok
Bangkok ligt aan de Chao Phraya-rivier. Het is op riviersedimenten gebouwd en ligt dus erg laag (±1m
boven zeeniveau). Bangkok is sinds 1782 de Thaise hoofdstad. Er zijn sindsdien ruim 100 kanalen
gegraven die nog steeds voor transport en afval van huishoudens van belang zijn. In 1950 had de stad
1.3 miljoen inwoners, waarna dat aantal vrij snel naar 10 miljoen vandaag de dag doorgroeide
Bangkok is ware primate city; tweede stad, Chiang Mai, heeft namelijk slechts half miljoen inwoners.
Bangkok is hét financiële, politieke, industriële, economische, transport- en onderwijscentrum. De
megastad blijft groeien en blijft vooral ook heel belangrijk: de 20% van de Thaise bevolking die in en
rond Bangkok woonachtig is, verdient 70% van het nationale bbp
Het platteland wordt opgeslokt
, Zuidoost-Azië actueel
Groei van Bangkok is slechts deels aan natuurlijke bevolkingsgroei toe te schrijven, maar in veel
belangrijkere mate aan ruraal-urbane migratie; door economische verschillen trekt men naar de stad
Deze migranten zijn vaak laaggeschoold en komen in slums terecht: arme wijken, die zich vaak op
privégrond bevinden, waar zo’n 20% van de stadsbevolking woont. Vanwege het risico verjaagd te
worden als projectontwikkelaar op de privégrond wil gaan bouwen, vestigen mensen zich meer op
publiek terrein, bv. langs spoorwegen of in de buurt van havens
De stad wordt ook door seizoenmigranten bevolkt: tussen november en mei, het droge seizoen, is er
minder werk op het platteland en zoeken een miljoen landarbeiders werk in de megastad - veelal in
de informele sector, ook wel vluchtsector genoemd
=> in tijden van nood, bv. tijdens Aziëcrisis in ’97, komen heel veel ontslagenen in deze sector terecht
Omdat ook de informele sector te vol raakte en dus ook daar geen werk meer in te vinden was,
gingen mensen terug naar het platteland, waar ze weer aan landbouw gingen doen - zonder dat de
productie werkelijk toenam, waardoor armoede groter werd; dit proces wordt involutie genoemd
Naast migratiestromen hebben de multinationals ook een deel van de groei van megasteden op hun
geweten; zowel economisch als ruimtelijk: economisch in de zin van assemblagefabrieken, (lucht-)
havengebruik en ruimtelijk (als gevolg daarvan) duurdere buitenwijken en hoge wolkenkrabbers voor
grootverdienende werknemers die niet al te ver naar hun werk willen reizen
Overurbanisatie in Bangkok
Er is in Bangkok niet genoeg werk en huisvesting in verhouding tot snelgroeiende inwoneraantal,
daarmee is sprake van overurbanisatie; aantal concrete problemen:
- verkeer in Bangkok is een ramp: groot aantal auto’s in combinatie met slechte infrastructuur
- drinkwatervoorziening: halverwege de vorige eeuw was de Chao Phraya-rivier te vervuild geworden
om als drinkwater te gebruiken; sindsdien wordt water uit aquifers onder de stad gehaald. Slechts
tweederde van bevolking heeft toegang tot schoon water
- jaarlijks terugkerende overstromingen als gevolg van lage ligging en gebrekkige waterafvoer tijdens
regenbuien. Ook landdaling en omzetten van kanalen in wegen en bebouwing vlak langs de rivier
vergroten risico op overstromingen
Jakarta
Al in de twaalfde eeuw lag op het huidige grondgebied van Jakarta een haven, Sunda Kalapa. In 1619
bouwden de Nederlanders de stad Batavia, dat een belangrijke rol speelde bij de VOC-handel. Met de
Japanse bezetting veranderde de naam in Jakarta; na onafhankelijkheid in 1949 werd Jakarta de
hoofdstad van Indonesië - toen al met ruim 1 miljoen inwoners
=> snelle urbanisatie vanaf 1960 zorgde voor toename inwonertal én uitbreiding bebouwde gebied
Jakarta is ook echte primate city; het is zowel bestuurlijk/politiek als handelscentrum. Vanaf eind
jaren ’80 is een verschuiving opgetreden: in ’75 verdiende men nog bijna 50% met handel, in vijftien
jaar tijd daalde dat tot 20%, terwijl inkomsten uit industrie en financiële sector sterk toenamen.
Japan, Hongkong en Zuid-Korea investeerden in diverse industrieën, bv. textiel en elektronica
JABOTABEK
Vanwege de alsmaar voortschrijdende groei hebben planners een nieuwe administratieve en
bestuurlijke eenheid ontwikkeld: JABOTABEK, bestaande uit Jakarta en de districten Bogor, Tangerang
en Bekasi. In deze agglomeratie wonen zo’n 26 miljoen mensen
Opvallend aspect megastad Jakarta: suburbanisatie; groei centraal gelegen Jakarta en Bogor gaat
duidelijk langzamer dan andere districten. Bovendien spreidt deze urbanisatie zich steeds verder uit
=> vanwege volheid, vervuiling en hoge grondprijzen in Jakarta worden nu de andere districten zowel
aantrekkelijker om in te wonen als om (voor bedrijven) fabrieken in te vestigen