Samenvatting MBO Recht - Bestuursrecht. Hoofdstuk 2 tot en met 10. Missende hoofdstukken: 1 (dit is altijd algemene informatie wat niet op mijn tentamens terug komt), 11, 12 en 13. Zeer uitgebreid per hoofdstuk samengevat.
2.1
Het bestuursrecht geeft regels voor de bestuurstaak van de overheid. Het verschil met staatsrecht is,
dat het staatsrecht de bevoegdheden beschrijft van de verschillende overheidsorganen terwijl het
bestuursrecht regels geeft voor de uitoefening van deze bevoegdheden.
2.2
De bestuurstaak van de overheid behartigt het algemeen belang, dat wil zeggen het belang dat we als
samenleving gemeenschappelijk hebben.
2.3
Besturen bestaat uit feitelijke handelingen en besluiten.
2.4
De laatste 30 jaar probeert de overheid haar bemoeienis enigszins terug te brengen: van
verzorgingsstaat naar participatiesamenleving.
2.5
In het algemeen bestuursrecht vind je de regels die gelden voor alle verschillende bestuurstaken van
de overheid. Het zijn regels die (in principe) altijd gelden, ongeacht welk deel van de bestuurstaak de
overheid bezig is.
Het bijzonder bestuursrecht richt zich op de inhoud van de verschillende bestuurstaken.
2.6
Rechtsbronnen van het bestuursrecht:
- Internationale verdragen en Europees recht
- Grondwet
- Algemene wet bestuursrecht en bijzondere wetten
- Provinciale en gemeentelijke verordeningen
- Jurisprudentie
- Gewoonte
Hoofdstuk 3 Kernbegrippen in het bestuursrecht
3.2
Het bestuursorgaan voert een deel van de bestuurstaak van de overheid uit. Art. 1:1 Awb geeft twee
omschrijvingen van een bestuursorgaan:
1. Art. 1:1 lid 1 sub a Awb: Een orgaan van een rechtspersoon dat krachtens publiekrecht is
ingesteld.
2. Art 1:1 lid 1 sub b Awb: Een andere persoon of ander college met enig openbaar gezag
bekleed.
Art. 1:1 lid 1 sub a Awb: Een orgaan van een rechtspersoon dat krachtens publiekrecht is ingesteld.
Een rechtspersoon is een instelling of onderneming die een eigen leven leidt in het recht.
Privaatrechtelijke rechtspersonen worden opgericht door mensen of organisaties door bij de notaris
een akte op te laten maken. Een publiekrechtelijke rechtspersonen worden in het leven geroepen
door een wet om een deel van de overheidstaak uit te voeren (gemeente, provincie en het Rijk).
,Publiekrechtelijke rechtspersonen worden ook wel ‘openbare’ lichamen genoemd. De organen van de
gemeente, provincie of Rijk zijn de personen of instanties die namens de rechtspersoon handelen.
Art 1:1 lid 1 sub b Awb: Een andere persoon of ander college met enig openbaar gezag bekleed.
Het gaat hierbij alleen om die instellingen of bedrijven die een overheidstaak verrichten en daarvoor
ook wettelijke bevoegdheden hebben.
De organen van publiekrechtelijke rechtspersonen noemen we a-organen en de personen of colleges
met openbaar gezag bekleed b-organen. A-organen vallen bij alles wat ze doen onder de Awb, voor b-
organen geldt de Awb alleen als ze met hun overheidstaak bezig zijn.
3.3
Zelfstandige bestuursorganen (ZBO’s) zijn bestuursorganen dat zelfstandig een bepaald deel van de
bestuurstaak uitvoert en losstaat van de centrale overheid. Een ZBO staat niet onder gezag van een
minister. De taken en bevoegdheden van een ZBO staan in een wet of in een algemene maatregel van
bestuur. Bijvoorbeeld de DUO.
Een minister kan maar deels politiek aansprakelijk worden gesteld voor een ZBO. Alleen op het deel
waar hij bevoegdheden voor heeft om toezicht te houden en in te grijpen.
3.4
De belanghebbende is volgens art. 1:2 Awb degene wiens belang rechtstreeks is betrokken bij een
besluit van een bestuursorgaan.
Een voorwaarde voor belanghebbende zijn is dat hij een specifiek eigenbelang heeft, een belang dat
hem zelf raakt. Daarnaast moet er tussen het besluit en het belang van de belanghebbende een
direct verband zijn.
Op basis van art. 1:2 lid 3 Awb kunnen ook rechtspersonen belanghebbende zijn. De eerste
voorwaarde die aan een rechtspersoon wordt gesteld is dat het bijzondere belang wordt genoemd in
de statuten van de rechtspersoon. Daarnaast moet dit bijzondere belang ook blijken uit de feitelijke
werkzaamheden van de rechtspersoon.
3.5
De bevoegdheden van de overheid worden beperkt door twee belangrijke beginselen: het
legaliteitsbeginsel en het specialiteitsbeginsel.
Legaliteitsbeginsel.
De bevoegdheid van de overheid om op te treden moet gebaseerd zijn op de wet. Dit geldt ook voor
bestuursbevoegdheden.
Specialiteitsbeginsel
Het bestuur mag een bevoegdheid alleen gebruiken voor het doel waarvoor de wet deze
bevoegdheid geeft.
3.6
De bestuursbevoegdheid van bestuursorganen ontstaat door attributie of delegatie.
Attributie
Attributie houdt in dat een wet een nieuwe bevoegdheid toekent aan een bestuursorgaan. De wet
schept bij attributie zelf een bevoegdheid en kent deze bevoegdheid toe aan een bepaald
bestuursorgaan.
, Delegatie
In geval van delegatie draagt een bestuursorgaan een bestaande bestuursbevoegdheid over aan een
ander bestuursorgaan. Dit laatste bestuursorgaan oefent zijn bestuursbevoegdheid na de delegatie
zelfstandig uit (art. 10:13 Awb).
Het bestuursorgaan dat zijn bestuursbevoegdheid delegeert, wordt de delegans genoemd. Het
bestuursorgaan dat de bevoegdheid door delegatie krijgt heet de delegataris. Kenmerkend is dat de
delegans zijn bevoegdheid na de delegatie kwijt is en niet meer mag uitvoeren, dit mag alleen nog de
delegataris (art. 10:17 Awb). De delegataris oefent zijn bevoegdheid zelfstandig en onder eigen
verantwoording uit, de delegans is niet meer verantwoordelijk. De delegans mag wel algemene
aanwijzingen geven over de manier waarop de bevoegdheid moet worden uitgeoefend, dit gebeurt in
beleidsregels (art. 10:16 Awb).
Art. 10:15 Awb bepaalt dat voor delegatie steeds een wettelijke basis is vereist (als de wet dit
mogelijk maakt).
Art. 10:14 Awb verbiedt delegatie aan ondergeschikten.
Mandaat
Mandaat is de bevoegdheid om in naam van het bestuursorgaan besluiten te nemen (art. 10:1 Awb).
Het bestuursorgaan dat het mandaat verleent wordt mandaatverlener of mandans genoemd. De
persoon die het mandaat ontvangt, noemen we gemandateerde of mandataris. Het bestuursorgaan
blijft zelf verantwoordelijk voor de besluiten die in zijn naam worden genomen. Mandaat mag wel
aan ondergeschikten worden verleend. Er is voor mandaat geen wettelijke grondslag vereist, wel is
mandaatverlening in sommige gevallen verboden.
Attributie: Een wet een nieuwe bevoegdheid toekent aan een bestuursorgaan.
Delegatie: Een wetgevend orgaan draagt (een deel van) zijn wetgevende bevoegdheid over aan een
ander wetgevend orgaan.
Mandaat: bevoegdheid om in naam van het bestuursorgaan besluiten te nemen
Hoofdstuk 4 Bestuurshandelingen
4.2
Bestuurshandelingen kunnen bestaan uit rechtshandelingen en feitelijke handelingen.
Rechtshandelingen
Een rechtshandeling heeft tot doel om nieuwe rechten en plichten te scheppen (rechtsgevolg).
Feitelijke handelingen
Feitelijke handelingen zijn niet gericht op rechtsgevolg maar worden uitgevoerd omdat er een klus
moet worden geklaard. Feitelijke handelingen zijn gericht op het veranderen van feiten.
4.3
Privaatrechtelijke rechtshandelingen spelen zich af in het burgerlijk recht en zijn gericht op het
scheppen van rechten en plichten in het burgerlijk recht.
Een publiekrechtelijke rechtshandeling is een rechtshandeling die alleen door bestuursorganen kan
worden verricht, de bedoeling is dat er rechten en plichten ontstaan in het bestuursrecht.
Staat een publiekrechtelijke rechtshandeling op papier, dan wordt deze rechtshandeling een besluit
genoemd (art. 1:3 lid 1 Awb).
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper maxime21. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.