Verpleegtechnische vaardigheden
Verpleegkundige vaardigheden deel 1
H2.1 lichamelijke verzorging
Tijdens de lichamelijke verzorging heb je de gelegenheid de algehele toestand van de
patiënt de observeren, een vertrouwensrelatie met hem op te bouwen en eventuele angst en
onrustigheid te verminderen, onder meer door de gevolgen van de aandoening te bespreken.
Bij patiënten met bedrust vervult regelmatig wassen een therapeutische rol: het is
ontspannend en het bevordert de bloedsomloop.
H2.1.1 wassen
Wanneer de kwaliteit van de huid afneemt, kunnen dode huidcellen en bacteriën infecties
veroorzaken. Daarnaast is het belangrijk om lichaamsgeur te verwijderen. Geur wordt
veroorzaakt door transpiratie in combinatie met bacteriën. Apocriene zweetklieren in de
oksels en bij de geslachtsorganen veroorzaken de transpiratiegeur. Daarom dienen deze
lichaamsdelen goed schoon te worden gehouden. Aan de andere kant kan overmatig
wassen voor oudere patiënten gevaarlijk zijn. Bij ouderen kan de huid daardoor droog en
bros worden, waardoor infecties kunnen ontstaan.
Wassen of baden kan onder meer op de volgende manieren plaatsvinden:
Volledige wasbeurt op bed Badbeurt van ambulante patiënten
Gedeeltelijke wasbeurt op bed: Therapeutisch bad
gezicht, oksels, handen en Douchen
genitaliën worden gewassen. Afkoelingsbad
Onderwasbeurt: genitaliën en stuit Zitbad
worden gewassen.
H2.1.2 mondverzorging
De conditie van de mondholte is van invloed op de algehele gezondheidstoestand van de
patiënt. Gebits- en slijmvliesaandoeningen zijn meestal pijnlijk en belemmeren de opnamen
van voedsel en vocht. Dit kan leiden tot gewichtsverlies, ondervoeding, uitdrogen, vertraging
van de genezing en behandeling en verlengde opnameduur.
Gebitsaandoeningen ontstaan door inwerking van tandplak, speeksel en voedsel op de
gebitselementen en het tandvlees. Wanneer tandplak in contact komt met bepaalde
enzymen, koolhydraten en zuren, ontkalkt en tandglazuur en ontstaat cariës (gaatjes).
H2.1.3 haarverzorging
Het haar vormt een reflectie van de lichamelijke en emotionele toestand, de persoonlijkheid,
het vermogen voor zichzelf te zorgen en het gevoel van eigenwaarde. Iemand met
onverzorgd haar voelt zich vies en lelijk.
H2.1.5 verzorging van de schaamstreek
Niet alleen de schaamstreek is gevoelig voor groei van bacteriën, en dus voor irritatie en
infectie, ook de lichamelijke privacy van de patiënt is in het geding.
H2.1.6 oogverzorging
Comateuze patiënten en patiënten met contactlenzen hebben oogverzorging nodig. harde
lenzen zijn gemakkelijk schoon te houden omdat ze geen eiwitten uit het oog absorberen. De
verzorging van zachte lenzen vraagt extra aandacht, omdat vuil en eiwitten zich gemakkelijk
aan het oppervlakte hechten.
H2.1.7 voetverzorging
De voeten worden verhoudingsgewijs zwaarbelast en het bloed moet vanuit de voeten een
grote afstand afleggen naar de centrale circulatie. De voeten zijn daarom bijzonder
kwetsbaar voor pijn, verwonding en infectie. Veel aandoeningen kunnen worden voorkomen
als de voeten op de juiste wijzen worden verzorgd.
1
, Verpleegtechnische vaardigheden
Verpleegkundige vaardigheden deel 1
H3.2 lichaamstemperatuur
Als de lichaamstemperatuur te hoog wordt, stimuleren zenuwcellen die gevoelig zijn voor
warmte de zweetklieren om vocht af te geven, ook verwijden de bloedvaten in de huid zicht
waardoor warmte vanuit de kern naar het lichaamsoppervlak wordt geleid.
Als de lichaamstemperatuur te laag is gaat warme verloren. De bloedvaten worden
vernauwd. Er ontstaan kippenvel en het transpireren neemt af. De warmteproductie wordt
dan gestimuleerd door rillen en doordat de stofwisseling in de cellen toeneemt.
De lichaamstemperatuur kan op verschillende manieren worden gemeten:
Rectaal tempen wordt als reflectie van de kerntemperatuur beschouwd. De meting
duurt lang en is niet heel erg hygiënisch. (in de anus)
Oraal tempen, de uitslagen zijn o,3 tot 0,6 °C lager dan de rectale temperatuur. Deze
methode kost veel tijd en wordt beïnvloed door factoren als inname van warme/koude
dranken, kauwen, roken, Mondademhaling en plaatselijke infectie. (in de mond)
Axillair tempen, weinig belastend maar de uitslag is gevoelig voor huiddoorbloeding,
zweetsecretie en de omgevingstemperatuur. (onder de oksel)
Tympanische temperatuurmeting, gebeurt aan het trommelvlies met een
infraroodthermometer.
Oorthermometers, de thermometer moet in de juiste positie in het oor worden
gebracht anders meet de thermometer niets. Het resultaat kan worden beïnvloed
door afsluiting van de gehoorgang door een gehoorapparaat of koptelefoon.
Slaaptemperatuurmeting, dit gebeurt met een contactvrije infrafoormeting. De
temperatuur wordt gemeten bij de slaapslagader (arteria temporalis superficialis)
Verpleegkundige vaardigheden deel 1
H7.1 infectieketen
Voor het optreden van een infectie moet een keten van gebeurtenissen plaatsvinden, de
infectieketen omvat zes stappen:
1. Aanwezigheid van een ziektekiem, oftewel een ziekteverwekkend organisme;
2. Een besmettingsbron, deze kan zich in de omgeving of in de eigen flora bevinden;
3. Porte de sortie, via excreten, secreten of via bloed kunnen micro-organismen de
besmettingsbron verlaten.
4. Besmettingsweg, de overdracht van micro-organismen. Dit kan op 5 manieren: door
middel van contact; door druppeltjes; via de lucht; overdracht door drager(voedsel,
water, apparaten); vectoren (vlooien, ratten enzovoorts).
5. Porte d’entrée, een middel om het lichaam binnen te dringen.
6. Gevoelige gastheer, iemand die gevaar loopt.
Verpleegkundige vaardigheden deel 1
H7.2 barrieres tegen infecties
Iemand vermogen om een infectie te weerstaan wordt bepaald door de staat van het
afweermechanisme van zijn lichaam en door zijn algehele gezondheidstoestand. Het lichaam
wordt tegen infecties beschermd door immuniteit, ontstekingsreacties, antitoxine,
vaccinaties, anatomische barrieres (huid en slijmvliezen).
Alle wijzigingen in de aangeboren immuniteit van het lichaam vergroten de kans dat een
infectie zal optreden.
2