Inleiding Nieuwe Media en Digitale Cultuur
Tentamenvoorbereiding
Samenvatting + Alle leesvragen beantwoord en kernbegrippen uitgeschreven.
SAMENVATTING
Week 1: New Media: How and why do we study them.
Remediation
Staat in verband met genealogie. “The ‘new’ in new media is the manner in which the digital technologies that
they employ ‘refashion older media’, and then these older media ‘refashion themselves to answer to the
challenges of new media’” (Lister et al. 47).
Oftewel: nieuwe media nemen technologieën uit oudere media mee en proberen deze te verbeteren, en oude
media passen zichzelf aan om antwoord te geven en op te kunnen tegen nieuwe media. Het gaat om de
wisselwerking tussen oude en nieuwe media, die elkaar continu beïnvloeden.
Bolter en Grusin: nieuw medium neemt niet alleen oude media in zich op, maar probeert ook steeds
hyperrealistischer te worden.
Remediation is het ‘opnieuw gebruiken’ van aspecten van de oude media in de nieuwe media, leidend tot
verbetering. Het is niet letterlijk een overname, deze eigenschappen transformeren ook. Er is een wisselwerking
tussen beide media. Volgens McLuhan is de inhoud van een medium altijd de inhoud van een ander medium.
Het nieuwe medium wil altijd het “oude” medium overtreffen. Wat verandert er: een nieuw medium zorgt
telkens voor meer realiteit, andere vormen van realiteit. (Bolter en Grusin) Het wordt hier besproken omdat het
in deze paragraaf gaat over de nieuwheid van nieuwe media en wat er nou nieuw aan is. Dit is een visie dat
nieuwe media ook aspecten van oude media gebruiken en er wordt dus wederom gevraagd wat er dan zo nieuw
is aan de nieuwe media.
- Skype, Netflix, e-books.
Technologisch Determinisme TD (McLuhan) → effecten van Nieuwe Media
Media verlengen zintuigen (extention thesis), waardoor ze het traditionele en authentieke ‘mens-zijn’
transformeren: “the medium is the message”
“it matters not (...) why we are taking the train journey, or where we are going in the train. These are irrelevant
side issues which only divert us from noticing the train’s real cultural significance. Its real significance (the
message of the medium itself) is the way it changes our perceptions of the world.’’
Het gaat om het medium zelf en hoe dat onze kijk verandert, niet de boodschap erachter.
Volgens Marshal McLuhan: media is technologie
- Die onze zintuigen versterken en uitbreiden (elk medium is een uitbreiding, bijv. gehoor hulp is een
uitbreiding van het gehoor)
, 1
- Die de menselijke conditie transformeren (ideeën, perceptie, emoties, ervaringen etc.), "Het medium is
de boodschap".
- Die dit doen via een proces genaamd remediatie.
McLuhan doet dit in dialectisch proces (vgl. remediation van Bolter en Grusin) en onderscheidt vier
media-overgangen:
1. ‘Primitive’ oral culture (oor)
2. Culture of literacy (oog en oor)
3. Print culture (massa, alleen nog oog, niet goed, te stijfjes)
4. Electronic culture (haptisch, ideaal, ‘medium is the massage’; media geeft haptische ervaringen,
zintuigen in balans)
McLuhan bedacht remediatie, dit werd verder uitgewerkt door Bolter en Grusin. Hij gaat uit van de
vormeigenschappen van nieuwe media (daaruit voortkomen de ‘productie, distributie en gebruik’ en de ‘invloed
van nieuwe media’). Media als belangrijkste 'vormers' (mediators) van de omgeving waarbinnen het menselijk
zijn zich afspeelt, zonder dat we hier echt bewust van zijn. Gevaar van uit het oog verliezen dat technologie niet
de enige oorzaak kan zijn van historische ontwikkelingen.
Environmental thesis: media is inmiddels overall om ons heen. Determinisme is niet
hetzelfde als vooruitgangsoptimisme, dus McLuhan zelf vind het niet iets goeds.
Sociaal Constructivisme SCOT (Williams) → effecten van Nieuwe Media
Waarom worden media ontwikkeld? Williams onderzoekt de complexe sociale, culturele en
politiek-economische factoren die media vormen. Legt uit waarom en hoe media worden gebruikt door de
maatschappij. De belangen en interesses staan centraal en nieuwe media speelt hier alleen op in.
“Technologieën zelf zijn niet bepalend voor de culturele / sociale impact van media”.
“Nieuwe media veroorzaken geen radicale veranderingen”.
“Veranderingen komen door menselijk handelen (instituties, creativiteit, intenties, machtsstructuren, etc.) en niet
door de materie/technologie zelf”.
Williams gaat uit van de productie, distributie en gebruik van nieuwe media (en daaruit voort komen de
vormeigenschappen en de invloed die nieuwe media heeft).
Raymond Williams wil weten waarom media zijn ontwikkeld en hoe deze worden gebruikt in de maatschappij.
Volgens Williams:
- Technologie is niet de oorzaak van sociaal culturele impact.
- Nieuwe media kunnen geen radicale veranderingen aanbrengen
- Veranderingen zijn het resultaat van de mens.
De mensen moeten dus bewust zijn van technologie (/=/ media), en dat er met deze technologie macht kan
worden teruggeëist van techgiganten.
Sociaal constructivisme = de mens maakt de media, niet andersom. Mensen hebben de macht over de media.
McLuhan vs. Williams
Het is te gemakkelijk om McLuhan weg te wuiven als determinist, want technologie heeft steeds meer 'te
zeggen', maar het is zeker nodig om op micro- /meso niveau te analyseren wat voor belangen er rondom
technologie ontwikkelingen spelen.
Week 2: New vs Old Media: What are they & How do they compare.
, 2
Nieuwe media
Nieuwe media hebben niet-vanzelfsprekend een hele grote invloed op ons dagelijks leven. Meer dan andere,
oudere media. Grote globale invloeden op bijv. transport, handel in data, economische invloed. Netwerken
worden ook gebruikt in revoluties etc.
Onze taak: kritischer ernaar kijken en er niet zomaar in meegaan. “Do not believe the hype.”
Hoe studeer je nieuwe media?
Piramidestructuur: Van één media naar het algehele plaatje inc. productie/distributie, naar de invloed van media
op algehele processen. Vaak is het historisch vergelijkend. Het wordt o.a. afgezet tegenover oude media, zowel
in verschillen als in overeenkomsten.
1. Formele kenmerken: nieuwe media als technologie
2. Productie, gebruik, discours: hoe worden nieuwe media gemaakt en met welk doeleind.
3. Rol in lokale en globale processen: wat is de impact en invloed van nieuwe media op sociaal-cultureel
economisch niveau.
Wat zijn nieuwe media?
Nieuw als meer dan descriptief: Ideologische connotaties van het nieuwe? Nieuw = beter, vooruitgang, nog
nooit eerder gedaan, steeds echter/realistischer, brengt ons steeds meer bij het perfecte medium.
Nieuw is beter want nieuw is sociale vooruitgang in de vorm van effectievere productie, betere educatie
mogelijkheden. Dit is niet perse waar, maar dit is de ideologie, het wordt vaak gezegd. De connotaties van het
nieuwe zit helemaal verweven in onze cultuur.
Listers definitie van Nieuwe Media
“Those methods and social practices of communication, representation, and expression that have developed
using the digital, multimedia, networked computer and the ways that this machine is held to have transformed
work in other media: from books to movies, from telephones to television.”
Teleologie (Rheingold)
Claimt dat er voorbestemde doelen zijn waarnaar ontwikkelingen zich richten. Oude media worden daarmee
'primitieve' versies van het uiteindelijke 'perfecte' medium. Het verleden zou een voorbereiding zijn op de
toekomst. Lineaire geschiedschrijving.
Kritiek op teleologie
Wat doen we met contrasterende of toevallige ontwikkelingen? Wat is het uiteindelijk 'doel' dan? (moeilijk vast
te stellen, nieuwe media hebben niet 1 vast doel). Individuen, groepen, en maatschappijen zorgen voor heel
divers technologie gebruik en –ontwerp, tunnelvisie.
- Houdt geen rekening met contrasterende of toevallige ontwikkelingen Besluiten over doel van telos is
electief.
- negeert incidentele gebeurtenissen en verschijnselen
- vertrouwt op voorspelbaar vooruitgangsgeloof
Voorbeeld van teleologie
papieren agenda > digitale agenda. Want een digitale agenda hoort meer effectief te zijn dan een papieren omdat
je er meer mee kunt. Dit is de Teleology.
Genealogie (Poster)
= een alternatieve visie op de mediageschiedschrijving van teleologisch
Gaat niet uit van een startpunt in de geschiedenis, maar ziet geschiedenis als web van verbindingen tussen
verschillende waarheden, instituties en praktijken. Nieuwe media in relatie tot oude media niet meer
teleologisch. Non-lineair; er zijn verschillende factoren die nieuwe media vormen.
, 3
Één van de overeenkomsten tussen ANT en de genealogische geschiedschrijving is dat ze beiden het belang van
machtsverhoudingen in het vormen van de sociale realiteit erkennen. Foucault stelt namelijk dat macht niet bij
een bepaalde groep of instituut ligt, maar dat het verspreid is door de maatschappij.
Technological Imaginary (Lacan)
De wijze waarop een nieuw media fenomeen tot stand komt adhv-, en samengaat met sociale en psychologische
hoop en angst. Begrip uit de psychoanalyse. Het gaat hierbij om een toestand in de menselijke psyche waarin de
mens streeft naar compleetheid, omdat wij dit zelf niet kunnen ervaren. Dit verlangen wordt gereflecteerd in de
media, en dan met name in het ontstaan van nieuwe media. In de media wordt de hoop op een betere, complete
samenleving vervuld en wordt een nieuwe wereld gerepresenteerd. Het draait bij dit begrip dus om de
ideologieën die achter technologische ontwikkelingen schuilgaan, namelijk het verlangen naar het betere.
Aan de ene kant moet er gekeken worden naar het verlangen naar het betere, nieuw is beter. De ‘couch potato’
vs de alerte gamer, eenzijdige autoritaire indoctrinatie tegenover interactieve constructie (tv was altijd passief,
terwijl games (nieuwe media) (inter)actief zijn.
Aan de andere kant het technologisch pessimisme: angst voor het nieuwe; verslaving, identificatie met agressor,
mist de diepgang van een boek, escapisme (ontsnappingsdrang).
Impact van media = morele mediapaniek de sociale en psychologische angsten rondom de totstandkoming van
nieuwe media verschijnselen. (dystopisch perspectief)
technologische imaginaire = de sociale en psychologische verlangens die gepaard gaan met/geprojecteerd
worden op de totstandkoming van nieuwe media verschijnselen. (utopisch perspectief)
Media archeology
= een alternatieve visie op de mediageschiedschrijving
→ not assume a future time were new media transcends.
→ niet letten op de technologieën die voor een medium komen maar naar de geschiedenis van het
medium in de maatschappij.
“So, the history in question this time is not that of the material forerunners of new image and communication
media themselves but of the terms in which societies responded to and discussed earlier ‘media revolutions’”
(Lister et al. 65). Het gaat dus om de termen die gebruikt worden om te reageren en discussiëren over
mediafenomenen (?).
Nieuwe media op drie niveaus
1.Technologische eigenschappen
- Digitaal;
- Interactief;
- Hypertekstueel;
- Genetwerkt;
- Virtueel;
- Simulatie;
2.Wat we ermee doen
- Bijkomende veranderingen in productie, distributie en gebruik (effecten lokaal: identiteit, sociale
omgang, lichamelijk - en globaal: economisch, politiek etc.)
3.De manier waarop deze eigenschappen andere oudere media transformeren
- Wat de vraag oproept: is dat dan wel zo nieuw (vb. Apple tv.)?
Eigenschap 1 – Digitaal
Analoog heeft fysische kenmerken, een fysieke eigenschap. Digitaal heeft geen fysische maar mathematische
kenmerken, codes in cijfers e.d. Hierdoor ontstond er de mogelijkheid tot: