Geschiedenis HC H1 T/M H4
Hoofdstuk 1: De Republiek (1515-1648)
Paragraaf 1.1
Karel V 1515: heer der Nederlanden
1543: landsheer van alle zeventen Nederlandse gewesten
Ging door met centralisate voorgangers) en vormde Collaterale Raden
Karel V was ook koning van Spanje en keizer van het Duitse Rijk.
Hij werd in 1519 keizer, Luther was toen net begonnen met de Reformate. Luther: felle
kritek op de rooms-katholieke kerk, rijkdom en macht van de kerk en de zelfgemaakte
kerkelijke weten en regels zijn niet oké. Volgens Luther waren het ware geloof en de
bedoelingen van God alleen te kennen uit de Bijbel. Mensen konden alleen door het geloof
en de genade van God gered worden.
Luthers opvattingen werden verspreid via pamfeten en hij kreeg steun van Duitse vorsten.
Karel V wilde geloofseenheid redden Rijksdag in Worms: hij riep Duitse vorsten en edelen
bijeen om in hun bijzijn Luther te vragen of hij vasthield aan zijn opvatngene Luther
antwoordde dat zijn opvatngen gebaseerd waren op de Bijbel, en hij kon dus niet anderse
Defniteve scheuring kerk, Luther veroordeeld als keter (vogelvrij).e Maar Luther werd
beschermd door de vorst van Saksene
Karel V en katholieke vorsten Protestantse vorsten en Luther)
1555: Vrede van Augsburg Karel V gaf op). Wiens gebied, diens regio.
In de Nederlanden was Karel was van de rijke burgers afankelijk, omdat zij geld leverden
voor de oorlogen die hij voerde. In ruil voor geld beloofde hij privileges te respecteren. Toch
zagen bestuurders van steden het centralisatebeleid als bedreiging voor privileges, vooral
door de manier waarop Karel het protestantsme bestreed werd gezien als bedreiging voor
zelfstandigheid). In 1521 werd de inquisite ingesteld om keters protestanten) op te sporen
en te berechten.
Instelling collaterale raden Nederlanden (1531).:
De Raad van State, heef het meeste aanzien en heef belangrijkste Nederlandse
edelene Moest advies geven over alle ‘grote en voornaamste zaken’e
De Geheime Raad, bestond uit rechtsgeleerden en stelde weten op en hield toezicht
op besturene
De Raad van Financiën, overlegde over belastngen en controleerde dite
Omdat de inquisite het protestantsme niet uitroeide, kwam Karel in 1550 met het
bloedplakkaat: alle keters moesten worden gedood, ook bezit keterse boeken en het bieden
van onderdak aan keters werd gestraf met de doode
Een deel van het gewone volk had sympathie voor protestanten en bestuurders hadden
moeite met de hardheid van de inquisite. e zagen het ook als aantastng van privileges.
Karel vond dat hij absoluut gezag had, en vond daarom dat hij de privileges kon aantasten.
Filips II Karels zoon) kwam in 1555 aan de macht, onder hem leidde het meningsverschil
over de aanpak van protestantsme tot de Nederlandse Opstand.
,Geschiedenis HC H1 T/M H4
1560: de leer van kerkhervormer Calvijn verspreidde zich in de Nederlanden. Hij was het veel
met Luther eens, maar dacht anders over de overheid. Luther vond dat gelovigen altjd de
overheid moesten gehoorzamen en dat ze zich niet zonder overheidstoestemming mochten
organiseren. Calvijn vond dat ze zo nodig zonder toestemming van de overheid kerken
moesten vormen en desnoods tegen een goddeloze overheid in opstand moesten komen.
Filips trad hard op tegen de calvinisten, maar hoge edelen vroegen in 1565 om keters
minder hard aan te pakken. Willem van Oranje stadhouder van Holland, eeland en
Utrecht), vroeg zelfs meerdere geloven toe te staan. Filips weigerde, en gaf Margaretha van
Parma de opdracht het bloedplakkaat streng uit te voeren.
1566: lage adel kwam in acte, en vroegen van Parma met smeekschrif de
ketervervolgingen te staken. Van Parma vroeg de inquisite voorlopig minder hard op te
treden. Calvinisten dachten nu hun gang te kunnen gaan: hagenpreken en Beeldenstorm.
Filips was woedend over de Beeldenstorm en stuurde Alva met leger naar de Nederlanden
om orde op zaken te stellen. Duizenden vluchten van Oranje ook). Alva stelde de Raad van
Beroerten in, die de schuldigen moest strafen. Deze Bloedraad trad keihard op en liet veel
mensen executeren. Ook werden twee hoge edelen graven Egmont en Hoorne) ter dood
veroordeeld omdat ze niet genoeg tegen het calvinisme hadden gedaan.
Van Oranje riep vanuit Duitsland op tot verzet en vormde een huurlingenleger waarmee hij
in 1568 de Nederlanden binnenviel start opstand). Die invasie mislukte en kreeg alleen
steun van watergeuzen. De onrust nam toe, Alva bleef wreed optreden en kondigde nieuwe
belastngen aan.
1 april 1572: watergeuzen nemen Den Briel in en meer mensen stappen over naar opstand.
Juli 1572: opstandige steden houden Statenvergadering en roepen van Oranje uit tot hun
leider en benoemen hem tot stadhouder.
, Geschiedenis HC H1 T/M H4
Paragraaf 1.2
1572: Alva trekt Holland in om de opstandige steden tot
overgave te dwingen.
Het Spaanse leger met veel buitenlandse huursoldaten)
was veel sterker dan het huurlingenleger van Oranje.
Maar Alva moest ook vechten tegen de geuzen en
schuterijen van de opstandige steden.
Het lukte hem niet de Opstand snel neer te slaan
burgeroorlog. Opstandelingen keerden zich tegen het
Spaanse leger, katholieken en bestuurders die trouw
bleven aan Filips II.
Oranje wilde gelijke rechten voor protestanten en
katholieken, maar daar kwam niets van terecht. Geuzen
bezeten katholieke kerken en vermoordden zelfs
geestelijken.
1573: Hollandse staten verboden katholieke kerk omdat die volgens hen de vijand
steunden). Om toch zoveel mogelijk steun te krijgen, koos Oranje voor natonale
propaganda. Hij riep Nederlanders op hun vaderland te beschermen tegen vreemde Spaanse
troepen. Ofcieel bleef hij lang trouw aan de koning van Hispanje, hij verzete zich alleen
tegen Alva en slechte adviseurs van Filips.
o voerde Oranje een efecteve propagandaoorlog, het vertrouwen in hem groeide en de
weerstand tegen Alva nam toe.
1573: Spaanse leger omsingeld Leiden, om het uit te hongeren en tot overgave te dwingen.
Maar Leiden had grote voedselvoorraden ingeslagen en in 1574 vertrokken Spanjaarden om
in het oosten te vechten tegen Lodewijk van Oranje).
Nadat Lodewijk was verslagen, bezete de Spanjaarden Leiden opnieuw, nu wel hongere Het
calvinistsche bestuur wilde niks van overgave wetene Geuzen staken de rivierdijken door,
waardoor begin oktober na een zware storm het zeewater de riviermondingen instroomde
en zo in de dijken kwame 3 oktober 1574: Spanjaarden vluchtene De geuzen voeren met
haring en witebrood de uitgehongerde stad binnene
Spaanse leger kreeg grotere fnanciële problemen door oorlog tegen het Turks-Otomaanse
rijk waardoor ze het leger in Nederlanden amper konden betalen. Er ontstonden muiterijen,
waardoor de zuidelijke gewesten de soldaten van Filips tot vijand verklaarde en in Gent
vredesbesprekingen begonnen met Oranje.
Deze onderhandelingen in 1576 leidden tot de Pacifcate van Gent: gezamenlijk de Spaanse
troepen verdrijven, ook zou er gewetensvrijheid niet zelfde als godsdienstvrijheid!) zijn. De
andere gewesten sloten zich bij de Opstand aan op voorwaarde dat de katholieke kerk bij
hen werd gehandhaafd.
Maar al snel namen radicale calvinisten in Gent de macht over, en zo veroverden ze andere
steden. De besprekingen werden niet erkend door Filips. De pacifcate mislukte dus.