College 1 Introducte
Wat doet persoonlijkheid psychologisch onderzoek?
- drie levels van onderzoek:
- menselijk aard
- individuele en groepsverschillen
- individuele unieken
- twee tradites
- nomothetsche -> onderzoek naar bepaalde wetmatgheden in gedrag
- dit doen wetenschappers
- idiografsche -> je beschrijf het unieke geval
- dit doet men in de praktjk
Niveau 1: menselijk aard
- hoe lijken mensen op anderen?
- zijn we als mensen daadwerkelijk zo uniek?
- is de mens uniek in het feit dat er individuele verschillen zijn in de eigenschappen van mensen?
- uit onderzoek blijkt dat je honden net zo kan beschrijven als mensen
Niveau 2: individuele en groepsverschillen
- hoe lijken mensen op sommige andere mensen?
- sommige individuen of groepen lijken op elkaar
Niveau 3: individuele unieken
- hoe lijken mensen niet op andere mensen?
- je kan kijken naar uniek gedrag dat iemand heef vertoond maar je kan ook kijken naar biografsche
unieken
Persoonlijkheidstheorieën
- entteit theorie: menselijke eigenschappen zijn gefxeerd,z het is onmogelijk om ze te veranderen
- nature overtuigingen
- incrementeel theorie: menselijke eigenschappen zijn niet gefxeerd maar zijn smeedbaar voor een
omvang
- nurture overtuigingen
- als je iets wil,z kan je worden wie je wil zijn
Bestaat persoonlijkheid?
- Mischel: nee -> er is een zwakke relate tussen een individueels gedrag in een situate en een
individueels gedrag in een andere situate
Wat is persoonlijkheid?
- individuele verschillen
- fysieke (hoogte,z aantrekkelijkheid)
- psychologische
- intellectueel (kennis,z vaardigheden)
- niet-intellectueel
- snel (emotes,z gevoelens)
- durend
, - specifeke (gewoontes,z houdingen)
- algemene (persoonlijkheid)
- temperament en talent beschrijven we vaak als biologisch weergeven
- er is een verband tussen algemene en specifeke niet-intellectuele psychologische individuele
verschillen
- trait hiërarchie
Persoonlijkheid is
1. de set van eigenschappen
2. en mechanismen
3. binnen het individu;
4. die zijn georganiseerd en relatef duren
5. en beïnvloeden
6. iemands interactes met,z
7. en adaptates voor,z
8. de intrapsychische,z fysieke,z en sociale omgeving.
,Heranalyse van Mischel
- het eerste onderzoek van Mischel kwam uit op 0,z13 -> lage correlate
- het tweede onderzoek had een hoge correlate -> 0,z50
- gebaseerd op 1 gedrag is het moeilijk om ander gedrag te voorspellen maar …
- gebaseerd op een aantal gedragingen is het mogelijk om iemands gedrag in een gemiddeld aantal
van andere situates te voorspellen
Learning objectves
- wat doet persoonlijkeid psychologisch onderzoek:
- drie niveaus en twee tradites
- wat is persoonlijkheid
- de zes domeinen van kennis van persoonlijkheid psychologie
- dispositoneel,z biologisch,z intrapsychisch,z cogniteveeexperimentele,z sociale en culturele,z
adjustment
Hoofdconclusies
- persoonlijkheid bestaat
- als een samenvatng van een groot aantal gerelateerde gedragingen
- met welke gelijke gedragingen kan worden voorspeld
- en welke ontstaat in interacte met de omgeving
, College 2 Het dispositonele domein I
Types of dimensies?
- dieronderzoek: type dieren komen naar voren (passief en actef)
- 1 dimensie → dimensiologie: verschillen van activiteit (2 types: actief of passief →
typologie)
- Typologie
- Leer van humores: lichaamssappen (warm,z koud,z droog,z vochtg) -> komen 4 verschillende
persoonlijkheden uit:
- Sanguineus:
- Cholericus: agressief
- Melancholicus: zwartgallig,z introvert
- Flegmatcus: rustg
- Somatoform types: richten op lichaamskenmerken e vormen,z op basis van ontwikkeling van
lichaamsonderdelen zie je 3 type mensen
- Jung’s typology: Myers-Briggs Type Indicator (MBTI) -> vier dichotomieën
- extraversie vs. introversie
- detecte vs. intuïte
- denken vs. voelen
- oordelen vs. waarnemen
- persoonlijkheid constructen
- Extraversie (versus Introversie) en Neurotcisme (Emotonele stabiliteit versus Emotonele
instabiliteit) als fundamentele persoonlijkheidsconstructes?
- zijn er meer?
- hoeveel?
- hoe bepaal je het aantal constructen?
- zoeken naar een 'periodiek systeem' van persoonlijkheidsconstructes ...
- net als in het periodieke systeem zijn de bouwstenen van de persoonlijkheid bekend
- de bouwstenen worden beschreven in een voldoende uitgebreid woordenboek
Lexicale hypothesen
- Goldberg (1981):