Dit is een uitgebreide samenvatting van alle tentamenstof van inleiding rechtswetenschap. Deze samenvatting bevat sowieso de stof voor de studie rechten en criminologie (is zelfde stof). De samenvatting bevat echt alles, je hoeft niet meer in je boek te kijken. Ik heb zelfs een 9,0 gehaald. Ook zit...
[Meer zien]
Laatste update van het document: 9 maanden geleden
Samenvatting probleem 1-8
Inleiding Rechtswetenschap
Samenvatting van de leerdoelen (1-8), webcasts, hoorcolleges, het gastcollege, de samenvattende
nabespreking en het responsiecollege
- Alleen extra hoorcollege twee zit er niet bij en aan de rest heb ik ook niet enorm veel :)aandacht
gegeven
- Hopelijk valt alles te begrijpen, zo niet, of als je dingen mist, laat het dan alsjeblieft weten
Succes! En geniet!
,Inhoudsopgave
Probleem 1: monstertruck............................................................................................................................. 5
Leerdoel 1: Welke verschillende terreinen of delen kent het recht (rechtsgebieden)?........................................5
..............................................................................................................................................................................9
Leerdoel 2: welke criteria zijn er om het recht in te delen?.................................................................................9
Leerdoel 3: op welke manieren kun je naar het recht kijken?...........................................................................10
Arrest ‘Wrongful Birth’........................................................................................................................ 14
Probleem 2: coronamaatregelen.................................................................................................................. 16
Leerdoel 1: welke soorten wetten zijn er en hoe komen ze tot stand?..............................................................16
Leerdoel 2: wat zijn de geldingsvoorwaarden voor rechtsbron ‘wet’ en wat is de onderlinge rangorde?........19
Leerdoel 3: Hoe verhouden internationale verdagen zich tot het Nederlands recht? Wanneer is een
internationaal verdrag geldig in Nederland en hoe komt die gelding tot stand?.............................................22
Leerdoel 4: Wanneer kan een verdrag een wettelijke regeling opzijzetten? Wat is de taak van de rechter bij
een conflict tussen wet en verdrag?..................................................................................................................24
Probleem 3: onwaardige erfgenaam............................................................................................................. 30
Leerdoel 1: wat is ongeschreven recht?.............................................................................................................30
Leerdoel 2: wat zijn rechtsbeginselen?..............................................................................................................30
Leerdoel 3: hoe verhouden beginselen zich tot het geschreven recht?.............................................................32
Leerdoel 4: wat zijn andere bronnen van ongeschreven recht?........................................................................33
Arrest ‘Catoochi’................................................................................................................................. 35
Arrest ‘Onwaardige deelgenoot’.......................................................................................................... 36
Probleem 4: Jetblast.................................................................................................................................... 39
Leerdoel 1: Wat is de civielrechtelijke procedure?.............................................................................................40
De civiele/burgerlijke rechter oordeelt in geschillen waarbij aan de vordering een privaatrechtelijke norm ten
grondslag wordt gelegd. Vaak zijn dat geschillen waarbij natuurlijke personen (burgers) en rechtspersonen
(bvb stichtingen, verenigingen en bv’s) partij zijn. De rechter in eerste instantie is de rechtbank...................40
Rechtbank In het burgerlijk procesrecht zijn 2 procesvormen te onderscheiden: 1 de dagvaardingsprocedure
Deze procedure voor de rechtbank begint met het...........................................................................................40
uitbrengen van een dagvaarding waarin staat vermeld wat eiser van gedaagde vordert (petitum) en wat de
gronden daarvoor zijn (fundamentum petendi). De kern van de procedure op tegenspraak (juridische
procedure waarbij beide partijen standpunten en bewijsmateriaal naar voren brengen) is het wisselen van de
conclusies. Zo kan de gedaagde op de dagvaarding reageren met een conclusie van antwoord (document
met verdediging en argumenten van de gedaagde tegen de aanklachten) (conclusie=geschrift met uitleg
standpunt/argumenten aan rechter). Soms volgt na de conclusie van antwoord nog een tweede schriftelijke
ronde: de conclusie van repliek. Dit is een schriftelijk stuk waarin de eiser in zijn conclusie ingaat op de
inhoud van de conclusie van antwoord en daarnaast kan de eiser aanvullingen geven op de zaak zelf. Dan
kan er nog een derde schriftelijke ronde zijn: de conclusie van dupliek. De gedaagde krijgt het laatste woord
en dus de mogelijkheid om op de conclusie van repliek van de eiser te reageren. Vaak is dit het laatste
schriftelijke stuk van de procedure. 2 de verzoekschriftprocedure/rekestprocedure Soms is er geen geschil
met een tegenpartij, de rechter moet dan alsnog rechtspreken en vervult dan een meer bestuurlijke taak. De
partijen in de verzoekschriftprocedure heten verzoeker/rekwestrant en verweerder/gerekwestreerde..........40
Civielrechtelijke rechtspraak wordt in tal van tijdschriften en databanken gepubliceerd. Soms zijn die
gespecialiseerd in bijvoorbeeld arbeidsrecht. Vonnissen rechtbank Het vonnis dat een einde maakt aan de
procedure, heet een eindvonnis. De uitspraken die de rechter tijdens de procedure doet, heten
2
, tussenvonnissen (bvb de opdracht aan 1 van de partijen om een betwist feit door getuigen te bewijzen). De
einduitspraak bevat een dictum, de uiteindelijke beslissing waarin de rechter de vordering toe- of afwijst of
de eiser niet-ontvankelijk verklaart. Het vonnis moet door de rechter worden gemotiveerd op grond van art.
121 Gw. en art. 5 Wet RO jo. art. 30 Rv.............................................................................................................43
Leerdoel 2: wanneer is er sprake van onrechtmatige daad/van welke criteria dient een onrechtmatige daad
te voldoen?.........................................................................................................................................................43
Arrest ‘Lindenbaum/Cohen’................................................................................................................ 46
Leerdoel 3: wat houdt de zorgvuldigheidsnorm in het privaatrecht in? ...........................................................47
Arrest ‘Kelderluik’............................................................................................................................... 48
Leerdoel 4: wat is de rol van omstandigheden binnen het privaatrecht? ........................................................50
Artikel Quist........................................................................................................................................ 53
Arrest ‘Haviltex’.................................................................................................................................. 54
Arrest ‘HBU/Saladin’........................................................................................................................... 55
Probleem 5: aan de grens............................................................................................................................. 56
Leerdoel 1: welke theorieën over het recht zijn er?...........................................................................................56
Leerdoel 2: op welke punten verschillen theorieën van elkaar?.......................................................................65
Leerdoel 3: Hoe kunnen deze theorieën in concrete gevallen worden toegepast?...........................................66
Case of the speluncean (=grot) explorers (Fuller, 1949)........................................................................66
Recht als onrecht (Nieuwenhuis)......................................................................................................... 68
Probleem 6: club Barstro.............................................................................................................................. 70
Leerdoel 1: wat is de procedure om een oordeel te krijgen van de bestuursrechter?.......................................70
Leerdoel 2: welke rol spelen beginselen in het bestuursrecht?..........................................................................71
Artikel Sillen........................................................................................................................................................75
Vonnis ‘Markthuys’............................................................................................................................. 77
Leerdoel 3: hoe verhouden de taken van het bestuur en de rechter zich tot elkaar?........................................78
Artikel Westerman.............................................................................................................................................81
Verschil Westerman en Sillen.............................................................................................................. 83
Leerdoel 4: wat denken jullie? Biedt een gang naar de bestuursrechter wel een oplossing voor het probleem?
............................................................................................................................................................................84
Probleem 7: verkiezingsbijeenkomst............................................................................................................ 84
Leerdoel 1: wat zijn de uitgangspunten van een democratie?..........................................................................84
Leerdoel 2: wat zijn de uitgangspunten van een rechtsstaat?..........................................................................88
Arrest ‘Urgenda’................................................................................................................................. 91
Leerdoel 3: hoe verhouden de democratie en de rechtsstaat zich tot elkaar?..................................................92
Leerdoel 4: Wat is het verschil tussen de VS en Europa als het gaat om democratie en vrijheid van
meningsuiting?...................................................................................................................................................94
Artikel Nieuwenhuis...........................................................................................................................................95
Arrest ‘Refah Partisi (The Welfare Party/Welvaartspartij) tegen Turkije’..............................................97
Probleem 8: virtueel stelen.......................................................................................................................... 98
Leerdoel 1: Hoe ziet de strafrechtelijke procedure eruit?..................................................................................99
Net als bij civiele zaken gaat de strafrechtspraak via de rechtbanken, de gerechtshoven en de Hoge Raad.
Het Openbaar Ministerie (OM) (OvJ rechtbank & advocaat-generaal hof) is de eisende partij als
vertegenwoordiger van de overheid. De verdachte (evt met advocaat) is de verwerende partij.....................99
3
, Leerdoel 2: wat houdt het strafrechtelijk legaliteitsbeginsel in?.....................................................................100
Leerdoel 3: hoe komt de rechter tot zijn interpretatie van een strafbepaling?...............................................101
Arrest ‘Mensenroof’.......................................................................................................................... 102
Leerdoel 4: wat betekent het legaliteitsbeginsel voor de interpretatie door de rechter van strafrechtelijke
bepalingen?......................................................................................................................................................103
Leerdoel 5: hoe moet het artikel over diefstal worden geïnterpreteerd?........................................................103
Arrest ‘Elektriciteit’........................................................................................................................... 103
Arrest ‘Runescape’............................................................................................................................ 104
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper brittvzx. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €9,19. Je zit daarna nergens aan vast.