Samenvatting Sociaal zekerheidsrecht minor 2023-2024
College 1 eerste en tweede jaar van ziekte
Arbeidsongeschiktheidsregelingen
Er wordt onderscheid gemaakt tussen kortdurende en langdurende ziekte:
1. Kortdurend: eerste 104 weken
• BW: werkgever betaalt loon tijdens ziekte bij een arbeidsovereenkomst (art. 7:629 BW)
• Wet verbetering Poortwachter: accent op re-integratie (art. 7:658a en 7:660a BW)
• Ziektewet: bij geen arbeidsovereenkomst (meer) of vangnetsituaties, bijvoorbeeld voor
uitzend- en tijdelijke krachten.
2. Langdurend: na 104 weken
• WIA
Arbeidsongeschiktheidsbegrip
Art. 7:629 lid 1 BW: wegens ziekte, zwangerschap of bevalling niet in staat zijn de bedongen arbeid te
verrichten.
• Deze verhindering moet op medische gronden (fysiek/psychisch) objectief vast te stellen zijn
(art. 19 ZW).
• De oorzaak van arbeidsongeschiktheid is niet relevant, het kan ook in de privésfeer ontstaan.
• ‘ziek’ is niet altijd arbeidsongeschikt → ligt aan functie-inhoud, taken en
verantwoordelijkheden (diabetici zijn ziek, maar kunnen wel werken)
• Gedeeltelijk arbeidsongeschikt = arbeidsongeschikt
• Situatieve arbeidsongeschiktheid: de werknemer wordt ziek door omstandigheden op het
werk:
1. Met medische beperkingen (art. 7:629 BW)
2. Zonder medische beperkingen, maar in risicosfeer van werkgever (art. 7:628 BW).
a. Werknemer moet kunnen aantonen dat omstandigheden zodanig zijn dat van
hem niet kan worden gevergd zijn werkzaamheden te hervatten
b. Recht op loondoorbetaling als werknemer medewerking verleent aan
oplossing voor het conflict
• STECR-richtlijn Werkwijzer Arbeidsconflicten: interventieperiode van max. twee
weken. Werknemer is verplicht in gesprek te gaan met werkgever.
Loonaanspraak zieke werknemers (met dienstverband)
De arbeidsongeschikte werknemer heeft recht op loon 104 weken 70% van het loon (art. 7:629 lid 1 BW):
• Ten hoogste 70% van het maximumdagloon o.g.v. Wet financiering sociale verzekeringen
(Wfsv) → in de praktijk zitten veel mensen onder dit maximumdagloon, dus dan 70% van hun
eigen dagloon. Let op: eerste 52 weken ten minste minimumloon (deeltijd: pro rato)
• Uitzondering lid 2: termijn 6 weken loondoorbetaling (bijv. huishoudelijke hulp minder dan 4
dagen per week).
• In tweede jaar onder minimumloon? Beroep doen op Toeslagenwet → aanvulling tot geldende
sociale minimum.
• Wisselend inkomen? Rechtsvermoeden art. 7:610b BW: gemiddelde loon berekenen over het
refertejaar voorafgaand aan 1e ziektedag (ZW + Dagloonbesluit), of in de CAO vermelde
referentieperiode.
• Bovenwettelijke uitkering: in CAO of individuele arbeidsovereenkomst kan geregeld zijn dat
werknemer meer loon ontvangt (bijv. 100%)
Samenvatting Sociale zekerheidsrecht – Minor ‘Aan de slag met werk en inkomen’ – Luuke Driessen
,Termijn van 104 weken
De termijn van 104 weken is de ‘wachttijd’ voor de WIA
Re-integratie:
• Termijn loopt door (tot 104 weken) bij hervatting in andere, passende arbeid óf bij het
gedeeltelijk hervatten van de eigen arbeid.
• Bij het volledig hervatten van eigen arbeid begint na 4 weken een nieuwe termijn van 104
weken als werknemer weer ziek wordt (art. 7:629 lid 10 BW)
Passende arbeid
Definitie (art. 7:658a lid 4 BW): alle arbeid die voor de krachten en bekwaamheden van de werknemer is
berekend, tenzij aanvaarding om redenen van lichamelijke, geestelijke of sociale aard niet van hem kan
worden gevergd.
• Hoofdregel: passende arbeid is niet de bedongen arbeid. Uitzonderingen:
1. Passende arbeid: nieuwe arbeid wordt bedongen arbeid via contractwijziging na 104
ziekte → wel instemming van werkgever en werknemer vereist
2. Passende arbeid: stilzwijgend bedongen arbeid geworden? → geen instemming van
werkgever en werknemer vereist
a. Zo ja, nieuwe periode van 104 weken na nieuwe uitval → voordeel, maar gebeurt niet
snel
b. Zo nee, termijn van 104 weken loopt door
De overgang wordt beoordeelt o.g.v.:
• Duur van het aangepaste werk
• Medisch ‘eindstation’ gepasseerd? Kan de werknemer nog terugkomen in de oude
functie?
• Verwachtingen over en weer → opvolgen PvA, maatregelen, etc.
• Omvang en inhoud van aangepast werk staat vast
Verlenging loondoorbetalingsplicht
Situaties art. 7:629 lid 11 BW:
• Sub a: te late WIA-aanvraag door werknemer (door dwaling van werkgever) → wachttijd wordt
verlengd met duur van de vertraging
• Sub b jo. 25 lid 9 WIA: werkgever verricht te weinig re-integratie inspanningen → verlenging
van 52 weken
• Sub c jo. 24 lid 1 WIA: op gezamenlijk verzoek verlenging van de wachttijd
Beoordeling arbeidsongeschiktheid
De Arbo- of bedrijfsarts beoordeelt of de werknemer arbeidsongeschikt is. De werknemer moet zich
houden aan redelijke voorschriften om het recht op loon te kunnen vaststellen door bijv. naar het
spreekuur van de arts te gaan.
• Doet de werknemer dit niet? De werkgever kan de loondoorbetaling opschorten (art. 7:629 lid
6 en 7 BW). Indien achteraf arbeidsongeschikt blijkt: recht op loon vanaf 1 e
arbeidsongeschiktheidsdag (terugwerkende kracht)
Oneens over oordeel arbo-arts?
• Second opinion aanvragen bij andere bedrijfsarts (art. 12 lid 2 sub g Arbowet) → gratis en mag
niet geweigerd worden
• Deskundigenoordeel aanvragen bij UWV indien niet eens met eerste en/of second opinion
bedrijfsarts (art. 32 lid 1 Suwi)
• Indien werkgever hier zich niet bij neerlegt kan werknemer loonvordering instellen
(art. 7:629a lid 1 en 2 BW)
• Tijdens instellen loonvordering kan werknemer geen beroep doen op de ZW → geen
recht op loon want niet arbeidsongeschikt en dus ook geen recht op ziekengeld.
• Stel nog steeds arbeidsongeschikt bevonden → loonvordering instellen bij
kantonrechter, of kortgedingprocedure wegens spoedeisend belang
Samenvatting Sociale zekerheidsrecht – Minor ‘Aan de slag met werk en inkomen’ – Luuke Driessen
,Geen recht op loon
1. Er bestaat geen recht op loon eerste twee dagen van arbeidsongeschiktheid als er wachtdagen
zijn overeengekomen in de individuele arbeidsovereenkomst of CAO (art. 7:629 lid 9 BW jo. 12
Wet CAO)
2. Er bestaat geen recht op loon als er een weigeringsgrond voordoet (art. 7:629 lid 3 BW) → wel
arbeidsongeschikt, maar geen recht op loon). Weigeringsgronden zijn:
a. Ziekte veroorzaakt door opzet
b. Genezing belemmeren of vertragen
c. Zonder deugdelijke grond weigeren van passende arbeid bij werkgever of derde
d. Niet opvolgen van redelijke voorschriften/maatregelen, gericht op het verrichten van
passende arbeid
e. Niet meewerken aan opstellen, evalueren of bijstellen plan van aanpak
f. Te laat aanvragen van WIA-uitkering
➔ c, d en e komen veel voor!
Re-integratie
Re-integratieverplichtingen werkgever (art. 7:658a BW):
• Lid 1: re-integratie bevorderen in eigen of passende arbeid, desnoods bij derde
• Volgorde: eerst eigen arbeid in aangepaste vorm, daarna andere passende arbeid,
daarna pas bij derde (‘tweede spoor’)
• Lid 2: tijdig maatregelen nemen
• Lid 3: plan van aanpak opstellen
• Zie ook Rpetz: binnen 6 weken probleemanalyse door bedrijfsarts, daarna binnen
twee weken plan van aanpak.
Stappen:
Na ziekmelding van de werknemer dienen de werkgever en werknemer (of namens de
arbodienst/bedrijfsarts) de volgende stappen te ondernemen:
1. Binnen een week (‘tijdig’): de werkgever geeft de ziekmelding door aan arbodienst/bedrijfsarts
(art. 2 lid 1 Rpetz)
2. Binnen 6 weken: arbo-/bedrijfsarts stelt probleemanalyse op (‘oordeel’) (art. 2 lid 2 Rpetz)
a. De Arbo-/bedrijfsarts maakt gebruik van de FML om de beperkingen van de werknemer
aan te geven
b. Probleemanalyse:
• Wat is de oorzaak van het verzuim?
• Zijn er hervattingsmogelijkheden?
• Welke re-integratieactiviteiten ondernemen werkgever en werknemer?
3. Binnen 2 weken na probleemanalyse: arbo-/bedrijfsarts stelt plan van aanpak op namens
werkgever (art. 4 Rpetz)
• Beschrijving van activiteiten, evaluatie-momenten en het in overleg met de werknemer
aanstellen van een casemanager (moet toezien op uitvoering pva)
• Een pva is niet nodig als al is vastgesteld dat iemand niet op korte termijn herstelt of als
herstel onmogelijk is (bijv. bij dwarslaesie)
4. Iedere 6 weken evalueren werkgever en werknemer de voortgang van het plan van aanpak (art. 4
lid 2 sub b Rpetz)
5. De werkgever meldt uiterlijk na 42 weken de ziekmelding bij het UWV (art. 38 ZW)
• Poortwachtersfunctie van het UWV, het UWV weet dan dat een mogelijke WIA-aanvraag in het
verschiet ligt.
6. Uiterlijk na 21 maanden (13 weken voor einde van de wachttijd) stelt de werkgever een re-
integratieverslag op. Dit re-integratieverslag voegt de werknemer bij zijn WIA-aanvraag (art. 64 jo.
art. 25 lid 3 WIA). Hierin wordt teruggeblikt op de inspanningen die zijn verricht om de werknemer
te re-integreren.
7. Uiterlijk na 21,5 maanden (elf weken voor einde wachttijd) dienst werknemer WIA-aanvraag in
met re-integratieverslag (art. 65 WIA).
Samenvatting Sociale zekerheidsrecht – Minor ‘Aan de slag met werk en inkomen’ – Luuke Driessen
, Niet nakomen re-integratie inspanningen
Loonsanctie: UWV beoordeelt a.h.v. re-integratieverslag/RIV-toets of genoeg re-integratie inspanningen
zijn verricht. Zo niet? Verlenging loondoorbetaling (art. 7:629 lid 11 BW jo. 25 lid 9 WIA)
• Om dit risico te voorkomen is er een evaluatiemoment ingebouwd aan eind van eerste
ziektejaar
• Geen resultaten opgeleverd? Starten met re-integratie bij andere werkgever
• Bij beoordeling wordt gekeken naar bevredigend resultaat: hervatting arbeid en benut
minimaal 65% van restverdiencapaciteit
Niet-nakomen re-integratieverplichtingen werkgever
Vooral van belang na 2 jaar arbeidsongeschiktheid:
• Tewerkstelling vorderen in passende arbeid o.g.v. art. 7:658a BW
• Loon vorderen o.g.v. art. 7:628 BW:
• Initiatief voor re-integratie ligt bij werkgever
• Als werknemer met een voorstel komt, moet werkgever de haalbaarheid
onderzoeken (Stal/UWV)
• Recht op loon (behorend bij de passende arbeid) als de werkgever zonder
deugdelijke grond aanbod weigert
• Voor beide geldt de mogelijkheid van een deskundigenoordeel:
➔ Art. 32 lid 3 sub a Suwi: geschil over passende arbeid (art. 7:658b BW
➔ Art. 32 lid 3 sub b Suwi: geschil over re-integratie inspanningen van de
werkgever
Re-integratieverplichtingen werknemer (art. 7:660a BW)
1. Redelijke voorschriften opvolgen in kader van vaststellen arbeidsongeschiktheid (art. 7629 lid 6
BW) en meewerken aan maatregelen als bedoeld in art. 7:658a lid 2 BW
2. Meewerken aan opstellen, evalueren en bijstellen pva (art. 7:658a lid 3 BW)
3. Passende arbeid als bedoeld in art. 7:658a lid 4 BW verrichten
Niet-nakomen re-integratieverplichtingen
• Geen recht op loondoordoorbetaling (art. 7:629 lid 3 sub c, d en e BW)
• Geen ontslagbescherming (art. 7:670a BW)
• De oorspronkelijke arbeidsvoorwaarden blijven in stand als de werknemer andere passende
arbeid gaat verrichten (art. 7:629 lid 12 BW)
Ziektewet
Voorwaarden recht op ziekengeld:
1. Verzekerd zijn (art. 3-8c Zw), naast werknemers (art. 3 en 20 ZW) o.a. werklozen die WW-uitkering
ontvangen
2. Arbeidsongeschiktheid ten gevolge van ziekte, zwangerschap of bevalling of gebreken (art. 19 lid
1 en 4 ZW)
3. Onder een van de categorieën vallen die binnen het vangnet vallen (art. 29 lid 2 ZW):
a. Gelijkgestelden arbeidsverhoudingen
b. Nawerking
c. Einde dienstverband in periode 104 weken (BT-contract wordt niet verlengd)
d. Zieke werklozen (art. 7 sub a ZW) vanaf 13 weken arbeidsongeschiktheid
e. Orgaandonatie
f. Vrouwelijke verzekerden, ziek voor of na zwangerschapsverlof
g. Heringetreden arbeidsongeschikte werknemers (‘no-riskpolis’)
4. Geen uitsluitingsgronden (art. 19a-e ZW)
Samenvatting Sociale zekerheidsrecht – Minor ‘Aan de slag met werk en inkomen’ – Luuke Driessen