100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Last-minute samenvatting Moderne Samenlevingen + college aantekeningen €3,99   In winkelwagen

Samenvatting

Last-minute samenvatting Moderne Samenlevingen + college aantekeningen

10 beoordelingen
 219 keer bekeken  27 keer verkocht

Last-minute samenvatting van het boek "Sociologie en de moderne samenleving" door Joris van Ruysseveldt en Jacques van Hoof (H1 tot en met H16, voor het tentamen). Daarbij ook alle aantekeningen van de hoorcolleges en werkcolleges toegevoegd.

Voorbeeld 4 van de 66  pagina's

  • Nee
  • H1 tot en met h16
  • 22 oktober 2018
  • 66
  • 2018/2019
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (1)

10  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: lennypam • 2 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: linamrabet2802 • 2 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: kimhijlkema • 4 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: fleurhessing97 • 4 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: rawina12 • 4 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: lottoacc • 4 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: mel-da • 4 jaar geleden

Bekijk meer beoordelingen  
avatar-seller
Oliviier
Samenvatting “Sociologie en de moderne samenleving” door Van Ruysseveldt
en Van Hoof (1996) + Hoorcollege aantekeningen
Inhoudsopgave
Deel 1: hoofdstuk 1: Modernisering en het ontstaan van de sociologie.................................................3
Deel 1: hoofdstuk 2: Van standenmaatschappij naar moderne samenleving.........................................5
Alexis de Tocqueville..........................................................................................................................6
Deel 1: hoofdstuk 3: Het ontstaan van de maatschappijwetenschappen...............................................7
De Schotse moraalflosofen Hobbes, Smith, Ferguson).....................................................................8
De Franse philosophes =intellectuelen) Montesquieu, Rousseau, Condorcet)................................8
De predisciplinaire maatschappijwetenschap in de negentende eeuw Saint-Simon, Comte,
Spencer)..............................................................................................................................................9
Deel 1: hoofdstuk 4: Marx en de kapitalistsche samenleving..............................................................11
Deel 1: hoofdstuk 5: Maatschappijvisies in de klassieke academische sociologie: Emile Durkheim.....15
Deel 1: hoofdstuk 6: Max Weber..........................................................................................................17
Deel 1: hoofdstuk 7: Georg Simmel......................................................................................................20
Deel 1: hoofdstuk 8: Modernisering in sociologisch perspectef..........................................................23
Differentate....................................................................................................................................23
Commodifcate................................................................................................................................24
Ratonalisate....................................................................................................................................24
Deel 2: hoofdstuk 9: Politeke modernisering en de natestaat............................................................27
Centralisering...................................................................................................................................27
Juridisering.......................................................................................................................................28
Bureaucratsering.............................................................................................................................29
Natevorming....................................................................................................................................29
Democratsering...............................................................................................................................31
Internatonalisering..........................................................................................................................32
Deel 2: hoofdstuk 10: De opkomst van het moderne arbeidsbestel.....................................................33
Frederick Taylor 1856-1915)............................................................................................................34
Henry Ford 1863-1947)...................................................................................................................35
Deel 2: hoofdstuk 11: Sociale ongelijkheid en het moderne arbeidsstelsel..........................................38
Pogingen tot herwaardering van het klassenbegrip: dus toch?........................................................40
Een nieuwe variant van het klassenbegrip: het klassenschema van Goldthorpe 1980)..................42
Deel 2: hoofdstuk 12: De verzorgingsstaat: ontstaan en ontwikkeling.................................................42
Deel 2: hoofdstuk 13: Ratonalisate van de leefwereld 1): secularisate en kolonisate.....................47
Secularisate.....................................................................................................................................47
De visie van Habermas op ratonaliteit en ratonalisate..................................................................48

1

,Deel 2: hoofdstuk 14: Ratonalisate van de leefwereld 2): civilisate en belangrijke normalisate.....50
Norbert Elias 1897-1990)................................................................................................................51
Michel Foucault 1926-1984)............................................................................................................53
Deel 2: hoofdstuk 15: Modernisering en de stedelijke kweste............................................................55
Robert E. Park 1864-1944)...............................................................................................................57
Ernest Burgess 1923).......................................................................................................................58
Deel 2: hoofdstuk 16: Moderniteit en stedelijke identteit...................................................................60
Louis Wirth 1897-1952)...................................................................................................................60
Georg Simmel...................................................................................................................................62




2

,Deel 1: hoofdstuk 1: Modernisering en het ontstaan van de
sociologie
Modernisering: het geheel van samenhangende maatschappelijke veranderingen die vanaf de
industriële revolute hebben plaatsgevonden industrialisate, wetenschapsontwikkeling) en die een
overgang tot stand hebben gebracht van de traditonele standensamenleving naar de moderne
samenleving.
Positeve kanten: vooruitgang, vrije ontplooiing individu
Negateve kanten: mens gereduceerd tot productemiddel, verval van traditonele leefvormen en -
waarden.
Postmoderne samenleving: i.p.v. geratonaliseerde solidariteit, is er ongeorganiseerde diversiteit. De
verhouding tussen burgers en insttutes bv. De staat) is gedehiërarchiseerd; daarnaast is de
hedendaagse burger mondiger, assertever, autonomer en rijker gezag overheid is niet meer
vanzelfsprekend, niet snel tevreden met publieke diensten, etc.). Oorzaken: individualisering,
informalisering, secularisering, informatsering, informalisering.
Secularisering: het belang van religieuze factoren voor het maatschappelijk leven verminderd.
Sociologie: de wetenschap die het samenleven van mensen in grotere of kleinere sociale verbanden
bestudeert | de studie van de manieren waarop mensen de problemen van het samenleven kunnen
oplossen Goudsblom).
Specifeke expertse van sociologen: Ze houden zich bezig met het sociale, in brede zin, bijv.:
- bestuderen invloed van opgebroken inteme relates op schoolprestates van kinderen de
onderzoeker)
- proberen iets te veranderen aan de werkloosheid onder allochtonen de beleidsadviseur)
- staan managers bij wanneer onderneming moet worden afgeslankt de
organisatedeskundige).
Institutie: een complex van geschreven en ongeschreven regels die het gedrag van mensen en hun
onderlinge relates rond een bepaald facet van het sociale leven reguleren.
Institutionalisering: Het proces waarbij zulke regels insttutes) ontstaan en hun neerslag vinden in
standaardgedragspatronen.
Samenleving: de banden tussen de burgers binnen de grenzen van een staat, waarbij de staat als het
juridisch-organisatorisch kader van die samenleving wordt gezien.
Cultuur: het geheel van veronderstellingen, opvatngen, waarden, normen én de materiële
uitdrukking ervan die in de samenleving of in een groep gedeeld en overgeleverd worden.
Een waarde dient bijgevolg als criterium om een keuze te maken tussen verschillende
gedragsalternateven. Normen vertalen deze waarden in concrete gedragsregels en voorschrifen,
vaak in de vorm van geboden en verboden.

Hoofddimensies van het moderniseringsproces: diferentatei commodifcate en ratonalisate
 Differentiatie Durkheim): de splitsing van een oorspronkelijk homogeen geheel in delen met
een eigen karakter en samenstelling en met een eigen functe ten opzichte van dat geheel
o Taakdifferentiatie: Wanneer personen en groepen in toenemende mate specifeke
taken en functes toegewezen krijgen/ttoename in variate en specialisate van
bepaalde taken.
o Systeemdifferentiatie: ontstaat als functes die voorheen binnen een
samenlevingsverband werden gecombineerd, zich gaan verzelfstandigen en aan
aparte sociale structuren organisates en instellingen) worden gekoppeld bijv.
opvoeding gaat naar de crèche of school, verzorging naar het ziekenhuis of
bejaardentehuis, etc.).
 Commodificatie Marx): menselijke actviteiten bijv. arbeid) worden teruggebracht tot
‘waren’ die op de markt verhandeld kunnen worden bijv. loon).



3

, o Pas vanaf de zeventende eeuw komt de ‘institutionalisering’ van het geld op gang.
Geld wordt een universeel ruilmiddel, waardoor de wereld een stuk groter werd. Zo
gaat de insttutonalisering van geld hand in hand met de uitbreiding van markten en
worden steeds meer goederen en diensten onder de werking van het
marktmechanisme gebracht.
 Rationalisatie Weber): het ordenen en systematseren van de werkelijkheid met de
bedoeling haar voorspelbaar en beheersbaar te maken. Ratonalisate impliceert dat ons
denken en handelen steeds meer onderworpen is aan berekening, beredenering en
beheersing.

Hoofdvragen van de sociologie
 Het orde- of cohesievraagstuk: wat houdt de samenleving bijeen? Hoe komt in de
samenleving orde en samenhang tot stand?
o Sociale structuur: de betrekkelijk duurzame en geordende relates tussen de
onderdelen van een samenlevingsverband, waardoor deze aan elkaar gebonden zijn
tot één samenlevingsverband.
o Sociale positie: de plaats die iemand inneemt in een veld van sociale interactes.
o Sociale rol: verwachtngen en voorschrifen die bij een bepaalde posite horen.
o Internalisering: het proces waarbij mensen zich regels eigen maken, zodat ze na
verloop van tjd niet langer worden beschouwd als voorschrifen die van buitenaf
komen, maar als zelfgekozen richtlijnen voor het gedrag.
o Sociale controle: slaat op de verschillende methoden die mensen gebruiken om
elkaar aan regels te houden.
o Sociaal systeem: geef aan dat alle onderdelen van het samenlevingsverband
functoneel met elkaar verbonden zijn en dat zij elk een bijdrage leveren aan het
functoneren van het geheel
o Functiebegrip: de uitwerking van een sociaal verschijnsel op andere sociale
verschijnselen.
 Het ongelijkheidsvraagstuk: hoe worden de schaarse, algemeen begeerde zaken en
voorrechten in de samenleving verdeeld en welke gevolgen heef dat voor de onderlinge
verhoudingen tussen groepen in de samenleving?
o Sociale ongelijkheid heef een objecteve kant ongelijke levensomstandigheden) en
een meer subjecteve kant voorstellingen van een sociale hiërarchie). Het verwijst
naar: de ongelijke verdeling van schaarse en hooggewaardeerde zaken in de
samenleving; en de ongelijke waardering en behandeling van personen op grond van
hun maatschappelijke posite en leefstjl.
o Sociale mobiliteit: doorstroming naar boven of naar beneden binnen de verdeling in
sociale ongelijkheid.
o Relatieve autonomie: Sociale verschijnselen worden steeds door mensen op gang
gebracht en door menselijk gedrag in stand gehouden, maar ze leiden tot op zekere
hoogte een eigen bestaan, onafankelijk van de bedoelingen en wilsbeschikkingen
van individuen.
o Sociale verandering: wanneer zich wijzigingen voordoen in de regels en de
bijpassende sociale arrangementen insttutes) die het samenleven kenmerken.
o Sociale desintegratie: het uiteenvallen van de samenleving.
o Individualisering: de veranderingen binnen het geheel van sociale relates waardoor
mensen in de loop van de tjd meer zelfstandigheid en keuzevrijheid hebben
verworven.
 Het identiteitsvraagstuk: in hoeverre beïnvloeden maatschappelijke verhoudingen het
zelfbeeld en het zelfbesef de identteit) van groepen en individuen in de samenleving?


4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Oliviier. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 77254 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€3,99  27x  verkocht
  • (10)
  Kopen