100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Pioneers of Psychology (ed. 5) (inleiding en geschiedenis) €4,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Pioneers of Psychology (ed. 5) (inleiding en geschiedenis)

10 beoordelingen
 621 keer bekeken  47 keer verkocht

Dit is een samenvatting voor het vak Inleiding en Geschiedenis van de Psychologie (IGP). Het vak behandelt alle belangrijke pioniers in de psychologie: van Plato en Aristoteles tot Beck en Shakow. Deze samenvatting is van het boek Pioneers of Psychologie (5e editie) van R.E. Fancher en A. Rutherfor...

[Meer zien]

Voorbeeld 10 van de 69  pagina's

  • Ja
  • 22 oktober 2018
  • 69
  • 2018/2019
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (91)

10  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: jeroenreimink • 3 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: sophiebruersgertner • 4 jaar geleden

Best veel foutjes maar wel een goede bulletpoint structuur

review-writer-avatar

Door: aukjebisschoff88 • 5 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: annevdt • 5 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: danielruiz • 5 jaar geleden

De samenvatting is helemaal niet slecht, maar deze sluit niet heel goed aan bij de getentamineerde stof. Er worden vragen gesteld als 'hoe was deze persoon in zijn privéleven'.. dit

review-writer-avatar

Door: louiseheilen • 5 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: riannekisjes • 5 jaar geleden

Bekijk meer beoordelingen  
avatar-seller
anoukbruijnzeels
Hoofdstuk 0  Introduction: studying the history of psychooogy

Waarom geschiedenis?
Ontwikkeoingen zijn vaak een reactie op de context.
Psychooogie  de wetenschap van onszelf, bestudeert de mens en probeert te begrijpen
wie de mens is. Zowel jezelf als andere mensen. Wat uniek is aan psychologie is dat de
omgeving invloed heef op de psychologie en dat de psychologie weer invloed heef op
gedrag. De psychologie interesseert zich vooral voor de hersenen en wat er gebeurt wanneer
de omgeving invloed heef op ons gedrag.
De geschiedenis van psychooogie is belangrijk omdat het ervoor zorgt dat we inzien hoe alle
elementen van vroeger invloed hebben gehad op de psychologie van nu. Ideeën die vandaag
de dag oud lijken zouden logisch kunnen lijken in de context van vroeger.
Psychooogie verandert aotijd. Dit komt omdat psychologen beïnvloed zijn door onder
anderen hun individuele, sociale, professionele en politeke contexten. In de mate dat deze
contexten altjd veranderen, zo verandert ook psychologie.
Het bestuderen van de geschiedenis zorgt ervoor dat we de reflexiviteit van psychologie
kunnen waarderen.
Reflexiviteit  het menselijk vermogen om zich bewust te worden van zijn eigen
actviteiten. iijvoorbeeld wanneer we denken over dat we denken, etc.
Ebbinghaus  Psychology has a long past but only a short history. Hij bedoelde daarmee dat
psychologie een erg korte wetenschap was, maar dat de vragen die ze probeerden te
beantwoorden dat waren geen nieuwe vragen. Er waren mensen die ze al lang probeerden
te beantwoorden.
In tegensteooing tot reflexiviteit, vinden sommige onderzoekers dat mensen essentieeo
irrationeeo zijn, gedreven door onbewuste motivaties waarover ze weinig tot geen controoe
hebben
Geschiedenis van de geschiedenis van de psychooogie
1912  Founders of Modern Psychology (Stanoey Haoo)
Nu  journals, societes, conferentes, etc.

Na de WO2 richten de mensen zich op de geschiedenis van de psychologie.
Geschiedenis gaat aotijd over personen of ideeën. Mensen vroegen zich in de geschiedenis
af waarom doen mensen wat ze doen. Deze vragen zijn al eeuwen oud.
Kijken we dan in de psychologie vanuit het verleden of vanuit het heden? Ga je kijken naar
alleen de succesverhalen in de psychologie of kijk je ook naar de realiteit? Verwijzen de
termen die de wetenschappers gebruikten wel naar hetzelfde?
(continuity-ddiscontinuity)  termen verwijzen naar dezelfde eigenschap of termen
verwijzen toch naar een andere eigenschap (bijv. intelligente en II is niet hetzelfde)

,Hoe kijk je naar het veroeden?
Iedereen kijkt vanuit een bepaaod perspectief. Dit is van invloed op de manier van incousie
en excousie (dus waar je wel en niet naar kijkt).
Historiografe  een collecteve term voor de theorie, geschiedenis, methodes een
aannemingen van het schrijven over geschiedenis.
Internaoisme  Sommige geschiedkundige focussen alleen op bepaalde zaken, terwijl ze de
sociale en politeke factoren die ze gevormd hebben negeren.
Externaoisme  het naast focussen op interne factoren, ook het focussen op externe
factoren zoals sociale en politeke factoren.
Great Man approach  het negeren van externe factoren terwijl de geschiedenis wordt
verteld door de bijdragen van eminente personen.
Zeitgeist approach  de ‘spirit of the tmes’ zou de mogelijkheid van een persoon om
historisch belangrijk te kunnen worden kunnen beïnvloeden.
Presentisme  het bekijken van een bepaald onderwerp alleen vanuit het standpunt van
nu.
Historicisme  het recreëren van het verleden zoals het echt werd beleefd door
voorouders. Dus zonder de voorkennis die er toen niet was en nu wel.
Origin myth process  geschiedenis wordt geselecteerd opgeschreven waardoor het lijkt
waardoor de psychologie van de ene grote ontdekking naar de andere grote ontdekking is
gegaan.
Contnuity-ddiscontinuity debate  het debat of eigenschappen die vroeger bepaalde
termen hadden, hetzelfde zijn als de eigenschappen die nu die termen hebben.
indigenization  het proces waarbij lokale contexten invloed hebben op de ontwikkeling
van psychologie. iijkomend de ideeën van ergens anders die worden opgenomen en
veranderd.
Terugkerende vragen:
- Wat is de mens? Hoe werkt het hoofd?
- Waar komt kennis vandaan?

,Hoofdstuk 1: foundationao ideas
Dit is een inoeiding op hoofdstuk 2
Grieks wonder en pre-dsocratische foosofen
Psyche  geest, ziel

In het oude Griekenland was er veel rijkdom en philosophia (liefde voor kennis). Veel
mensen hadden genoeg tjd voor wetenschap, ze wilden graag weten hoe de wereld in
elkaar zat. Ook hebben ze psyche geïntroduceerd: adem, ziel, dat wat aanwezig is in een
levend persoon en afwezig in een dood persoon. Er was veel wiskundige en medische kennis
(stelling van Pythagoras).
Poato:
Sofst(en)  een groep van erg aanzienlijke onderwijzers die zich gespecialiseerd hadden in
het onderwijzen van de skills van spreken in het openbaar, wat ervoor zou zorgen dat hun
studenten hun politeke en sociale inzichten zo efectef mogelijk konden presenteren en
promoten.
 Student van Socrates
 The republic  the aooegory of the cave  de relate tussen bewuste ervaringen van de
externe wereld and de objectve grondslag van de fysieke stmuli die deze ervaringen
veroorzaken. Onze bewuste ervaringen bestaan uit sensates zoals geluid, kleur of vormen,
die allemaal geïnterpreteerd kunnen worden als perceptes van betekenisvolle objecten. De
echte fysieke stmuli is echter een ander soort energie, bijvoorbeeld licht of geluidsgolven.
 De oplossing van de democrate (is niet goed), zou een ooigarchy zijn. Een samenleving die
wordt geleiden door de paar leiders die er zijn (rede).
Poato-dnativistische visie op de geest
 appearance  refereert naar een persoons bewuste ervaring als iets, zoals wanneer we
een bepaalde boom zien.
 ideao forms  naast deze persoonlijke appearances zijn een algemene vormen die alle
bomen beschrijven.  ideaoism
 Poato dacht dat de geest drie componenten bevate: veroangen(behoefes voor fysieke
aandacht, het gewone volk), moed(de neiging om moeilijkheden met acte op te lossen,
soldaten) en rede (de mogelijkheid om de onderliggende realiteit van de wereld te kunnen
waarderen, leiders)
 In de mens ziten dus blijkbaar vaardigheden die ervoor zorgen dat de mens kan denken
en kan groeien, etc. Er is dus een verschil tussen een mens en bijvoorbeeld een wortel. Er is
dus een verschil tussen de aangeboren vaardigheden.
Socrates (foosoof):
 Geen sofst. Hij vroeg namelijk geen geld voor zijn zaken.
 Zijn studenten moesten waarderen wat waar en permanent was, maar ook hetgeen dat
tjdelijk en populair was.

, Hij liet geen geschreven ideeën achter. Geschreven ideeën kunnen alleen maar
gedeeltelijk en imperfect het gehele idee weergeven. Het afangen van geschreven ideeën
geef eigenlijk alleen maar de zwakheid van het geheugen en serieus denken weer.
 dacht na over de vraag waar kennis vandaan komt. Hieruit volgde het
foosofsch nativisme (philosophical natvism)  bij het natvisme lag de nadruk op
aangeboren eigenschappen meer dan op verworven eigenschappen (nature > nurture)
 de psyche is onsterfelijk en deze zal worden gereïncarneerd. De kennis zal altjd in de
psyche ziten, maar kan herinnerd worden door bepaalde ervaringen. De menselijke geest
bevat dus vaardigheden voor interpretate die verder gaan, we kunnen conclusies trekken.
Rationaoism  nadruk op de rede en in tegenstelling tot natvisme
Academy  Plato richte een plek op waar leerlingen van verschillende leefijden en
interesses bijeen konden komen en hun intellectuele dromen konden volgen.
Aristoteoes (natuurkundige):
 lid van de Academie. Waar hij erg veel nadruk wilde leggen op de observate van de
zintuigen en hoe deze tot uitng komen in de wereld.
 empirist  van empirisme: het idee dat echte kennis alleen tot stand komt door het
verwerken van de zintuigelijke waarnemen van de externe wereld.
 kennis verkreeg je door observate, classifcate en taxonomie. Hij dacht dat kennis
voorkwam uit het actef organiseren van observates.
 Taxonomy  het indelen van organismen in geordende groepen en subgroepen.
 Scaoe of nature  organismen bevaten psyches die variëren in complexiteit. (planten
laag, mensen hoog)
 Voeding en Reproductie zijn de belangrijkste neigingen in de psyche die elk organisme
met psyche heef. ls deze samenvoegen heet het vegetative souo
 Simpele organismen bevaten dus alleen voeding en reproducte, soms ook locomotate
(beweging). Complexe organismen bevaten memory, sensate, imaginate (sensitive souo).
Mensen bevaten ook nog reason en hebben daarom een rationao souo.
 Er zijn enkele categorieën waarin de herinneringen en ideeën van empirische ervaringen
kunnen worden ingedeeld: substance, quantty, quality, locaton, tme, relaton, actvity
(Artistoteoian oogic)
 lle veroorzaakte gebeurtenissen hebben vier essentële elementen:
1) Materiao cause : waaruit iets gemaakt is (zoals marmer van een beeld)
2) Formao cause : het idee of plan achter het veroorzaakte ding (de beeldhouwers
idee)
3) Efcient cause : de actes of interacte die het veroorzaakte ding actef maakt
(slaan met hamer)
4) Finao cause : het doel waarvoor het veroorzaakt is (om schoonheid weer te geven)
Verschio Poato/Socrates en Aristoteoes
Plato en Socrates: de psyche is een reservoir van aangeboren ideeën die naar buiten kunnen
worden gebracht door bepaalde situates.
ristoteles: empirische ervaringen zijn belangrijk om onze ‘rauwe’ psyche te vormen en om
abstracte ideeën te vormen.

,Thaoes  de aarde is opgemaakt uit vier elementen: water, lucht, vuur en aarde. Water is de
belangrijkste
Heracoitus  er is een relate tussen stabiliteit en verandering, je kan immers nooit twee
keer in dezelfde rivier stappen.
 er is ook een eenheid van tegenstellingen (bijvoorbeeld: een weg die naar boven gaat,
gaat tegelijkertjd ook naar beneden. Het perspectef bepaalt welke je waarneemt)
Hippocrates (natuurkundige) :
 observeerde veel en wilde een mechanische verklaring vinden voor ziektes
 hippocratics zagen een persoon als een soort machine, om zo ziektes te kunnen
constateren.
 Hippocratic Corpus  een boek met ziektes en hun remedies, zagen ziektes voor het
eerst in die tjd als natuurlijke verschijnselen in plaats van demonische zaken.
 humorao theory  probeerde gezondheid en ziektes uit te leggen als het resultaat van
een (on)balans van de vier prominente lichamelijke vloeistofen (humors): bloed, yellow bile,
black bile, phlegm. Een gezond persoon had deze vloeistofen in een goede verhouding in
zijn/haar lichaam.
An atomic footnote: democritus, epicurus and oucretius
Democritus ontwikkelde de atomische theorie het idee dat het universum bestaat uit
atomen en dat die invloed op elkaar uitoefenen volgens de weten van de natuur.
Hij zei dat de atomen random door de ruimte bewegen. Dit zou impliceren dat hij causaoity
tegensprak, waarin elk veroorzaakt event een oorzaak (en doel) moest hebben.
Epicurus  behielden het idee dat de menselijke psyche, samen met het lichaam en alle
andere objecten in het universum, niet meer is dan een verzameling van materiaalatomen.
Three Isoamic pioneers
Ao-dKindi  beschreef een wiskundige nummering dat was ontwikkeld in India, met cijfers
zoals 1 (Indo-dArabic numeraos). Nummers weergeven werd veel gemakkelijker.
Aohazen  zag de camera obscura en bedacht dat er iets soortgelijks zich in het menselijke
oog moest afspelen.
Avicenna  deed een belangrijk gedachtenexperiment over zelfewustzijn. ls iemand in
een ruimte zweef, met zijn zintuigen afgeplakt en zijn ledematen vastgebonden. Heef deze
man bewustzijn van zichzelf? Hij heef geen bewustzijn van zijn omgeving, maar daarentegen
wel bewustzijn van zichzelf. De geest bestaat dus onafankelijk van het lichaam.
Europe’s inteooectuao reawakening
Fibonacci  beschreef een serie van nummers, nu naar hem genoemd, in welke elk nieuw
nummer de som is van de twee voorgaande nummers. Plato’s idee van perfecte en ideale
vormen die alleen door imperfecte zielen worden waargenomen kwam hier dus mee
overeen.

,Hoofdstuk 2  Pioneering Phioosophers of Mind: Descartes, Locke and Leibniz

René Descartes (1590-d1660 ~)
 de geest en het lichaam zijn twee dingen die met elkaar samenwerken maar niet
hetzelfde en samen zijn, ze hebben allebei hun eigen soort analyse en uitleg nodig.
 anaoytic geometry  Descartes kwam tot het inzicht dat je de posite van objecten kon
weergeven in een driedimensionaal model (x-, y- en z-as). Descartes besefe dat hij met
nadenken tot kennis kon komen die bruikbaar en mogelijk waar was.
Methode van kennisvergaring:
Twijfel aan alles
- beter alleen denken dan samen
- deducte vanuit axioma’s (uit de algemene regels waarheden afeiden)
- axioma’s (simpoe natures, elementaire en fundamentele ideeën over fysieke
fenomenen) boven iedere twijfel verheven (dit moet gewoon waar zijn)
Descartes concludeerde dat twee fysieke ideeën simple natures zijn: extension (de plek die
een fysiek deeltje of lichaam inneemt) en motion (de beweging van een deeltje of lichaam
door de ruimte)
Deductie: conclusie waartoe je komt door logisch te redeneren. Deducte is valide wanneer
het mogelijk is om een algemene regel toe te passen op een specifek geval.
Volgens Galileo hing fysieke realiteit alleen af van de interactes van materiële deeltjes die
drie primaire kwaoiteiten hebben: vorm, hoeveelheid en beweging.
Wanneer deze primaire kwaliteiten gecombineerd worden met de zintuigelijke organen zijn
er secondaire kwaoiteiten, zoals zicht, geluid, geur en gevoelens.
Fysica  Een wereld vol bewegende deeltjes
De natuurkunde van Descartes kwam zeer overeen met de natuurkunde van Democritus.
Descartes zag het hele universum als helemaal gevuld met drie verschillende soorten
deeltjes:
-d Luchtdeeltjes
-d Vuurdeeltjes
-d ardedeeltjes
ls je kijkt naar een object, dan is er dus een kolom van luchtdeeltjes tussen je oog en het
object. ieweging in het object kan zo worden doorgegeven aan het oog d.m.v. vibrates.
Mechanistische fysiooogie (het oichaam)
 Lichaam aos machine:
- zenuwen zijn holle buizen
- hersenvocht (animao spirits, nu cerebrospinal fuid)
- in de ventrikels zijn kleinste deeltjes uit het hele lichaam aanwezig

,- refex verklaren door middel van de deeltjes (fysica)  een refex is een reacte op een
stmulus, zoals vuurdeeltjes, die ervoor zorgen dat er automatsch een reacte komt.
(automatisch reflex)
Aangeoeerde reflex (geconditioneerd reflex) hier geldt ook de fysica. Door ervaring
zouden de damwanden/sluizen in de hersenen op een andere manier open en dicht gaat
waardoor je anders op bepaalde situates zou gaan reageren
Interne factoren (bijv. emoties, dromen)  zouden dan ook verklaard kunnen worden door
middel van het hydraulisch model (met sluizen en vloeistofen in het lichaam, ook d.m.v.
vibrates). Dromen zouden dan het gevolg kunnen zijn ‘bewegend’ hersenvocht.
Interactie tussen externe en interne factoren
Hoewel we dus hebben gezien dat Descartes’ materialistsche ideeën niet helemaal nieuw
waren (Epicurius, Democritus, ristoteles), waren zijn ideeën wel niet in trek in de medische
wereld. Hij stelde dat dieren HELEM L begrepen konden worden als automatons/robots
(automatsch-geopereerde machines).
Fioosofe van de geest (aangeboren ideeën)
-d iestaat er iets voorbij het lichaam? (Is de mens speciaal?)  omdat we dieren
kunnen verklaren op een mechanistsche manier, zijn we dan als mensen speciaal?
-d “Ik denk dus ik besta” (Cogito ergo sum)  het feit aan twijfel bewijst dat ik denk
-d Essente van “ik” is “denken”
-d Zieo oos van het oichaam (zie ook vicenna)
-d Duaoisme  ziel staat los van het lichaam
-d Psychopsychicao duaoism / interactive duaoism  de mate waarin belangrijke
fenomenen het resultaat zijn van niet de geest of het lichaam dat alleen werken,
maar van de vele mogelijke manieren van samenwerken tussen de twee (Elisabeth
van Heesen + Descartes)
Lichaam-dgeest interactie
-d Lichaam zonder geest: automaat/robot
-d Het lichaam voegt complexiteit toen aan de inhoud van de geest en het bewustzijn,
terwijl de geest bewust ratonaliteit en wil toevoegt aan gedrag.
-d Geest zonder lichaam: aangeboren ideeën
-d Lichaam en geest staan heoemaao apart.
-d Maar hoe werkt die interacte dan, tussen lichaam en geest? ( door Elisabeth)
-d ntwoord: het lichaam is dubbel (2 ogen, 2 oren, etc.), ziel is één. Waar er dan één
van is in de hersenen, daar is de interacte  epifyse (pijnappelklier) (zie interactve
dualism)
-d Passions  de bewuste waarneming van gevoelens zoals liefde, angst, woede, etc.
-d Materiaoisme  geest is (bij)product van brein + gevolg van hersenschade op geest

,Beoangrijkste onderwerpen Descartes:
-d Methode van kennisvergaring: twijfel aan alles
-d Dieren zijn fysiologische automata/robots
-d De mens is speciaal: Interactef dualisme van lichaam en menselijke geest
John Locke and the empiricist tradition
Waar komt kennis vandaan?/Is de geest actef of passief?
Ze namen de ideeën van Descartes, maar gingen volledig de andere kant op m.b.t. is de
geest actef of passief?
Nature – Nurture
Aangeboren -d Aangeoeerd
Dit is een simplistsche voorstelling. Locke en Leibniz hebben niet veel discussie met elkaar
gehad. Leibniz wilde immers niet in debat met iemand die was overleden. Het is meer dat
mensen later zijn gaan touwtrekken over Nature vs. Nurture.

John Locke nam veel van de ideeën van Descartes over en gebruikte deze om een empirische
theorie van kennis op te stellen. Hij geloofde echter niet het idee van Descartes dat onze
geest contnu actef en bewust is, met een vooraf ingestelde berg aan aangeboren ideeën.
Leibniz vond Descartes natuurkundige ideeën daarentegen niet zo interessant en richte zich
op de acteve en bewuste geest.

 Boyoe’s oaw  het feit dat het volume van een gas omgekeerd varieert met de druk die
erop uitgeoefend wordt. (Robert ioyle)
-d Tijd van grote politeke en wetenschappelijke verandering (veel ontdekkingen)
-d Wat is kennis en hoe krijgen we dat? Geen deducte, maar inducte als bron van
kennis (i.t.t. Descartes).
Inductie  men komt tot een algemene regel, generalisate geheten, op grond van
specifeke observates.
An Essay Concerning Human Understanding  Geest is een tabula rasa (schone lei/schoon
blad) ( ristoteles). Op de tabula rasa wordt geschreven door ervaring. Locke was dus ook
tegen aangeboren ideeën, alles kwam door ervaring (i.t.t. Descartes). bstracte ideeën zijn
niet aangeboren, maar verworven door ervaring.
 de geest heef twee soorten ervaringen: sensatie en reflectie
er zijn daarnaast ook nog simpoe ideas en compoex ideas

Mooyneux  een blind persoon dat zijn hele leven blind was, zal een bal en vierkant niet
kunnen onderscheiden wanner deze persoon weer zal kunnen zien.
Hoe krijgen we kennis? Afankeoijk van soort kennis:
-d Intuïtieve kennis: onmiddellijk bij waarneming (immediate perception)
-d Demonstratieve kennis: redeneren
-d Sensitieve kennis: observate, ervaring

,Locke introduceerde de term association of ideas om de koppeling of combinering van
ideeën weer te geven. Er zijn weer twee categorieën:
-d Natuuroijke associaties: associates die voortkomen uit natuurlijke combinates, bijv.
appels zijn rond en rood, dus die associate is natuurlijk.
-d Toevaooige associaties: ssociates die voortkomen uit toeval en dus niet
regelmatgheden van de natuur weergeven.
Verstoringen:
Incomplete kennis → ssociate
Primaire en secundaire kwaoiteiten: Kwaliteiten die inherent zijn aan het object (bijv.
hardheid of volume), en kwaliteiten die voortkomen uit onze zintuigen (geluid, kleur,
temperatuur). Dus kwaliteiten die door onze zintuigen worden toegevoegd. De kleur zit niet
in de appel, onze zintuigen vullen dat aan.
Lockes invooed
-d Contiguity (nabijheid) (als de ene stmulus er is, dan zal de andere stmulus ook wel
volgen), Similarity (geoijkenis)
Leibniz
Waar komt kennis vandaan? Niet uit een tabula rasa. De geest is actef heef neigingen,
disposites (aanleg), tendensen, potente ( ristoteles). (i.t.t. Locke)
Binaire arithmetic  de representate van alle nummers met alleen enen en tweeën.
Infnitesimao caocuous  een voortborduring op de analytsche geometrie van Descartes. Een
techniek voor het omvormen van veel meer vormen, lijnen, etc. naar calculus.
Pantheism  het idee dat God geen onafankelijk ‘ding’ is die het universum controleert,
maar dat God het universum is. (Spinoza)
Antonie van Leeuwenhoek  Leibniz besefe nadat hij beweegende deeltjes had gezien
onder een microscoop, dat God overal inzit.
Hoe zit de natuur in eokaar?
Natuur bestaat uit dynamische organismen met een doel: Monaden (soort deeltje, wat in
organismen zit) (The Monadooogy)  atomisme, alles bestaat uit deeltjes
(microscoop/micro-organismen) (Plato/ ristoteles).
Er zijn verschillende soorten monaden:
-d Simpele, bare (minute perceptons, geen bewuste perceptes)
-d Sentent (soort van percepte, zit bijvoorbeeld in muizen en katen)
-d Ratoneel (appercepte (de interpretate van ideeën naast de waarneming ervan, zit
bijvoorbeeld in de mens. Percepte van jezelf)
-d Superieur, supreme (God)

, -d Eoke monad had zijn eigen aangeboren doeoen en oot, maar aooe monaden werden
gecoördineerd door een groot onbekend doeo en door een superieure monad.
Het was eigenlijk gewoon een mengsel van allerlei bestaande ideeën: atomisme, micro-
organismen, Plato’s innate ideas, ook wel een snufe van ristotle’s final cause (dat alles
gebeurt omdat iets of iemand een doel heef).
In het kort: Natuur en mensen doen allerlei dingen, percepte, denken. Grotere dingen
bestaan uit kleinere dingen. Nou ja, dan hebben de deeltjes waaruit mensen en natuur
bestaan dus de neiging voor percepte en denken.
Necessary truths  ideeën en waarheden zijn aangeboren in de mens in de uitng van
bijvoorbeeld neigingen of natuurlijke potentes, en niet als actes.
Minute perceptions  De geest is contnu actef (i.t.t. Locke), zelf tjdens fases van
droomloze slaap. Minute perceptons zijn dan onbewuste processen die plaatsvinden in de
geest.
Leibniz’ posite was die van een empirist. Hij focuste op de gebeurtenissen in de externe
wereld en hoe we deze gebeurtenissen het beste kunnen voorspellen, begrijpen en
controleren. De geest is een passieve opslag die nodig is om zintuigelijke kennis te
produceren.
James/Stuart Mioo  het meest belangrijke individuele verschil in persoonlijk karakter,
gedrag en intellect is het verschil in ervaringen en associates in tegenstelling tot de
genetsche zaken.
Leibniz’ invooed
-d Geest is actef (i.t.t. Locke, die stelde dat de geest passief was)
-d Minute perceptons → onbewuste processen
-d Mens heef vaardigheden van refecte en de onafankelijkheid van de psyche (op
jezelf)
-d Ontwikkeling van intelligente (Piaget)

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper anoukbruijnzeels. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 75057 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,49  47x  verkocht
  • (10)
  Kopen