Historische context 4 Duitsland in Europa
4.1 Duitsland: van de Eerste naar de Tweede Wereldoorlog
Kenmerkende aspecten:
- De rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van
massaorganisatie.
- Het in praktijk brengen van de totalitaire ideologieën communisme en
fascisme/nationaalsocialisme.
- De crisis van het wereldkapitalisme.
- Het voeren van twee wereldoorlogen.
- Racisme en discriminatie leiden tot genocide, in het bijzonder op de joden.
- De Duitse bezetting van Nederland.
Waarom kreeg Duitsland te maken met politieke chaos? En hoe zag die chaos eruit.
Duitsland verloor de oorlog, maar een wapenstilstand door de generaals zou de trots van het leger
aantasten. Het parlement (De Rijksdag) moest het initiatief nemen. De nederlaag was volkomen
onverwacht, omdat er jarenlang perscensuur was (geen negatieve berichten) en er werd propaganda
gemaakt, waardoor iedereen ervan overtuigd was dat Duitsland zou gaan winnen. Het leger wilde
niet meer vechten en keizer Wilhelm II moest naar Nederland vertrekken. De wapenstilstand werd in
1918 getekend, maar er was honger en tekort aan allerlei producten. Soldaten hadden geen werk en
onderdak. Politiek was Duitsland verdeeld. De SPD kwam op voor de arbeiders, de conservatieve elite
wilden de keizer én een machtig Duitsland terug, extremistische groepen wilden de regering ten val
brengen en er kwam een opstand van de communisten, de Duitse Spartakisten die revolutie willen
beginnen.
Waarom lukte het niet om van Duitsland een stabiele parlementaire democratie te maken tussen
1919 en 1933 (Binnenlandse en buitenlandse oorzaken)?
Er woedde een oorlog tussen linkse en rechtse groeperingen. Er werden toch verkiezingen gehouden
en de SPD, Centrum en de DDP kregen de meeste stemmen; zij waren vóór de wapenstilstand. Het
parlement (de Rijksdag) kwam bijeen in Weimar republiek van Weimar. Er werd een nieuwe
grondwet geschreven: parlementaire democratie, gelijkheid, gelijke rechten en vrijheden voor
burgers. Trias politica. Regering (ministers en rijkskanselier) moest verantwoording afleggen aan de
Rijksdag. Rijkspresident: regeringen benoemen en ontslaan, hij kon de noodtoestand uitroepen. Er
waren 21 regeringen in deze tijdsperiode, omdat men te maken had met wantrouwen en
ingewikkelde vraagstukken.
Bepalingen Verdrag van Versailles beschrijven op territoriaal, militair en financieel gebied.
Duitsland was als schuldige uit de oorlog gekomen.
- Duitsland verloor deel van grondgebied en moest koloniale bezittingen afstaan.
- Het Duitse leger mocht uit maximaal 100.000 soldaten bestaan, geen luchtmacht en
oorlogsvloot, geen wapenindustrie, Rijnland gedemilitariseerd nieuwe aanval voorkomen.
- Alle schade moest door Duitsland vergoed worden.
De bepalingen van het Verdrag van Versailles waren voor Duitsland onredelijk.
Duitsers mochten niet meebepalen, het was eerder een dictaat. De dolkstootlegende werd populair:
Duitse nederlaag in de oorlog kwam doordat men verraden was door eigen politici en delen van volk.
Men zocht zondebokken: Joden, parlement, grootkapitaal.
Waardoor kreeg Duitsland te maken met een ernstige economische crisis?
De financiële afspraken die gemaakt waren in het Verdrag van Versailles waren voor Duitsland
onmogelijk om na te komen. Toen Duitsland niet meer genoeg kon betalen, bezetten Franse troepen
het Ruhrgebied. De Duitse regering riep op tot staking van de arbeiders uit dat industriegebied, de
lonen werden betaald met bijgedrukt geld ontstaan hyperinflatie.
1
, Wat is het Dawesplan en het effect op de Duitse economie?
In Duitsland werd een nieuwe munt ingevoerd. Economische kringloop: De VS leenden geld aan
Duitsland. Die kon herstelbetalingen doen aan Engeland en Frankrijk en zij konden hun
oorlogsschulden terugbetalen aan de VS. De economie van Duitsland herstelde zich:
- Minder werkeloosheid
- Lonen stegen
- Meer voedsel
- Verhouding met buitenland verbeterde: in Locarno erkende Duitsland de in 1919
vastgestelde westgrens.
Waarom zorgde de economische wereldcrisis, die begon met de Beurskrach, voor politieke
instabiliteit in Duitsland?
In de VS was na de WOI sprake van overproductie, waardoor de prijzen daalden en veel werknemers
moesten worden ontslagen, zij hadden minder geld te besteden en de productie moest nog verder
worden bijgesteld. De Beurskrach op 24 oktober 1929 leidde tot faillissementen. Banken konden
geleende geld niet terug krijgen, bedrijven verkochten minder. Het werd een wereldcrisis doordat
andere landen afhankelijk waren van de VS. In Duitsland daalde de industriële productie en de
werkeloosheid nam toe. Duitsers kregen voorkeur voor extreemlinkse of extreemrechtse partijen,
want Weimarregering kwam niet met een oplossing.
Wat zijn de kenmerken van het fascisme en in hoeverre was de NSDAP een fascistische partij?
Hitler sloot aan bij extreemrechtse groep. Hij werd leider van de nationaalsocialisten. Dit was
fascisme, maar ook racisme, door het antisemitisme.
Kenmerken:
- Eenheid natie: individuele belangen ondergeschikt aan landsbelangen.
- Verheerlijking geweld en militarisme.
- Gevoel en intuïtie belangrijker dan verstand.
- Leidersbeginsel: natuurlijke ongelijkheid tussen mensen.
Wat is de verklaring van de populariteit van de NSDAP en hoe kreeg Hitler in 1933 de volledige
macht in handen in Duitsland?
Hitler pleegde mislukte staatsgreep, de Bierkellerputsch. Daarna maakte hij gebruik van de
parlementaire democratie en maakte van de NSDAP een politieke partij. Na de Beurskrach kreeg de
NSDAP veel aanhangers, doordat Weimarregering niet met een oplossing kwam (één sterke leider
nodig), en werd een massaorganisatie, doordat Hitler gebruik maakte van propaganda,
massabijeenkomsten. Hij beloofde:
- Einde aan het Verdrag van Versailles;
- Herstel economische crisis.
NSDAP werd grootste partij en Hitler werd rijkskanselier. Hij wilde absolute meerderheid in de
Rijksdag. Toen kwam de Rijksdagbrand, waar de communisten de schuld van kregen. Hitler liet door
de rijkspresident artikel 48 ingaan, de noodtoestand werd uitgeroepen en alles werd gedaan om de
orde en rust te laten ‘terugkeren’. Communisten werden opgepakt. Hitler haalde meerderheid van
de stemmen, doordat de communisten niet meer mee mochten doen. Zonder de KPD werd geregeld
dat de Rijksdag de rechten overdroeg aan de regering, Hitler, die mocht afwijken van de grondwet.
Machtigingswet aangenomen (recht om buiten Rijksdag om te regeren), Hitler had alle macht.
Duitsland werd totalitaire dictatuur en er was sprake van Nazificatie: invloed partij in alle onderdelen
van de samenleving. Geen kritiek, hiervoor de Gestapo opgericht. Tegenstanders in
concentratiekampen.
Opstelling vierjarenplan om de crisis en werkeloosheid op te lossen.
- Werkverschaffingsprojecten, zoals aanleg Autobahnen, dienstplicht, opbouw
wapenindustrie.
2