100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
cheet sheat culturele diversiteit/cultural diversity €8,36   In winkelwagen

College aantekeningen

cheet sheat culturele diversiteit/cultural diversity

 8 keer bekeken  0 keer verkocht

bij het tentamen mag je een spiekbriefje gebruiken en hierbij mijn spiekbriefje. Op het spiekbriefje van 8 pagina's staat alle informatie van de 8 gegeven hoorcolleges en bijbehorende literatuur.

Voorbeeld 2 van de 9  pagina's

  • 9 april 2024
  • 9
  • 2023/2024
  • College aantekeningen
  • Verschillende
  • Alle colleges
Alle documenten voor dit vak (1)
avatar-seller
rosalieteepe
Lecture 1 (HC1 – Romijn) De verschillende onderdelen interacteren elkaar
en er is een homeostase. Zorgt voor balans.
Super diversity  nL is in heel veel
verschillende aspecten een heel erg divers land. Lecture 2 (HC2 – Bekir)
Cultuur bevat zichtbare en niet zichtbare Theorie van Erikson  identiteitsontwikkeling
aspecten Invloed cultuur begint heel vroeg en stop niet. Gedurende je
en ontwikkeling: leven 8 stadia waar je door heen gaat met elk
Bronfenbrenner  cultuur in macrosysteem = een eigen ‘’crisis’’. Je moet de crisis oplossen
iets wat van buitenaf invloed heeft op om naar de volgende fase te gaan. De
ontwikkeling kind. identiteits- ontwikkeling van een individu hangt
af van hoe hij met de crisis om gaat.
(Velez-Agosto, 2017)  cultural microsystem
model (Sokol, 2009)  de 8 stadia geclusterd in 3
Cultuur hoort in het microsysteem. Het heeft periodes
heel veel directe invloed op de ontwikkeling van 1 identificatie in kindertijd (6-11 jaar)
het kind binnen verschillende systemen. Cultuur Begint als een kind zich als individu gaat zien
is verweven in alle dagelijkse activiteiten. los van de ouders  kind gaat dingen van de
ouders overnemen als deel van eigen identiteit
(Rogoff, 2018)  cultuur vormt individuen en (cultuur, stijl, smaak etc.) Fase eindigt als
individuen vormen cultuur kinderen uniek willen zijn en niet alles meer van
Participation theory  individuen kan je niet de ouders willen overnemen  ze willen eigen
los zien van cultuur en context. Tijdens identieteit vormen
onderzoek naar de ontwikkeling van kinderen 2 identiteit formatie in de adolescentie (12-24
moet hier ook rekening mee worden gehouden. jaar)
 onderzoek gaat nu nog te veel uit van Jongeren krijgen meer cognitieve vaardigheden
culturele achtergrond van de onderzoekers zelf en gaan ontdekken wie ze zijn en wat ze
belangrijk vinden  eigen identiteit vormen.
Kagiticibasi  individualistic (autnomie en Jongeren moeten de ruimte krijgen om zichzelf
onafhankelijkheid) vs collectivistic (relaties met te ontdekken
anderen en je hoort altijd bij een groep)  Support tot exploratie 
orientation identiteitsvorming
Kritiek: het is niet mogelijk om een hele cultuur  Geen support tot exploratie  vorming
één zelfde label te geven. EN door globalisatie, confusion = periode van veel verwarring
migratie etc is het lastig meer te bepalen wat 3 Identiteits ontwikkeling in de volwassenheid
precies de Nederlandse cultuur bv bevat. Wel (> 25 jaar )
nog gebruikt om beweeg redenen van ouders 1. Vroege volwassenenheid
tijdens opvoeding te verklaren. Bij de 2 Mensen gaan nadenken over doelen in hun
leven op het gebied van carriere en
gezinsstichting
2. Midden volwassenheid (40-65 jaar)
Doelen en het gene wat men belangrijk vindt in
het leven verandert. Mensen realiseren dat hun
leven over de helft is. Dit kan zorgen voor
veranderingen. Wat wil ik nog?
3. Late volwassenheid ( > 65 jaar)
Reflecteren op keuzes in het leven wat tot
positieve of negatieve gevoelens kan leiden.
Intersectionality = overlappen van
identiteiten van 1 persoon. Je kan meerdere
categorieën hoort vaak een verschillende
identiteiten hebben. Bepaalde
opvoedinsstijl
identiteitskenmerken van een individ bepalen
(Super, 1986)  Developmental niche 
ook kansen en mogelijkheden
bepaalde culturele omgevingsfactoren geven
(Brubaker, 2000)  Beyond identity
ontwikkeling kind vorm
Hard understandings = fundamenteel
1. Fysieke en sociale settings  waar gedeelde eigenschappen die niet veranderen
groei je op (buurt, familie, beschikbare over tijd en door context  we vs they, hoge
materialen etc.) sociale interacties homogeniteit
2. Customs  gebruiken, overtuigingen, Weak understandings = identiteit bestaat uit
rituelen van ouders (afhankelijk van de puzzelstukjes die kunnen veranderen over tijd
cultuur) en afhankelijk zijn van context
3. Care taker psychology  wat zijn Complexiteit van identeit. Wat klopt nou?
bepaalde dingen die ouders belangrijk 3 onderling verbonden alternatieven:
vinden en waarom?

, 1. Identification & categorization  hoe (Pérez, 2021)  welke acculturatie
identificeer je jezelf en hoe identificeren strategie gekozen wordt hangt af van
anderen jou? Dit kan botsen verschillende contexten, en hoe er in die
2. Self-understanding & social location
 hoe je jezelf ziet hangt ook af van de
context op dat moment
3. Commonality, connectedness,
groupness  gemeenschappelijkheid
zorgt voor verbondenheid,
verbondenheid zorgt voor ontstaan
groepen
(Sözeri, 2022)  moskee studenten. Waar
hoor je bij?
Kinderen kunnen zich goed met verschillende
gemeenschappen identificeren  maar in
hoeverre dit gebeurd heeft met de omgeving en
socialisatie plekken te maken (punt 2 Brubaker)
 in verschillende sociale en fysieke
omgevingen identificeer je je anders  moskee contexten wordt omgegaan met
studenten identificeren zich misschien meer immigranten
turks op het moment van het onderzoek omdat (Schachner, 2017)  relatie acculturatie,
ze in een turkse context zijn (moskee) schoolbelonging en invloed op
Als er veel discriminatie is tegen de andere niet- schoolprestaties immigranten kinderen
nederlandse nationaliteit gaan kinderen deze Beleid binnen een land wat betreft migratie =
nationaliteit juist beschermen  reactive bepalend voor aanpassing  sense of belonging
identification zorgt voor betere aanpassing
Identificatie is niet noodzakelijk om je ergens Multicultureel beleid > betere sense of
thuis te voelen en te willen blijven heeft te belonging > betere prestaties
maken met materiele zaken zoals welvaart, Geen multicultureel beleid < minder/geen sense
onderwijs en banenkansen in een land of belonging < mindere prestaties  kinderen
(kinderen zagen toekomst in nederland zonder voelen zich buitengesloten en niet
dat ze zich als nederlands identificeerden) geaccepteerd. Ze gaan mensen van hun eigen
cultuur opzoeken waardoor segregatie kan
Lecture 3 (HC3 – Slot) ontstaan. Of ze voelen zich helemaal nergens
Acculturatie = het proces waarbij mensen bij horen (ook geen contact met eigen cultuur)
kenmerken van een andere/nieuwe cultuur over = marginalisatie.
(Friberg, 2019)  effect selectieve
acculturatie
En maatschappelijk niveau Immigranten kinderen hebben vaak hogere
ambities, studeren meer en doen beter hun
best  qua prestaties doen ze het niet beter
(ouders kunnen hen niet goed ondersteunen).
Selectieve acculturatie  positief effect op
onderwijsambities, inspanningen en prestaties
 kinderen blijven zich verbonden voelen met
hun oorspronkelijke cultuur (en behouden de
positieve vooruitstrevende moraal (immigrant
optimism)), maar door de tweetaligheid kunnen
ze op school beter mee komen wat zorgt voor
betere prestaties.

gaan nemen. Lecture 4 (HC4 – Leseman)
Segmented assimilation  mensen passen Heel veel kindereren groeien op in armoede.
zich in bepaalde sferen (vaak zakelijk) heel Ongelijkheid op school ontstaat vaker door SES
goed aan aan de nieuwe cultuur, maar in dan door etniciteit en migratieachtergrond 
andere (vaak meer persoonlijke) sferen ouders met een hoge SES hebben veel meer
behouden ze heel erg hun oorspronkelijke middelen om hun kinderen te ondersteunen en
cultuur bij te dragen aan een goede ontwikkeling
Selective acculturation  mensen nemen (bijles, kopen van boeken, de beste (privé)
bewust bepaalde aspecten van de nieuwe scholen, sport etc.)
cultuur over, maar behouden ook nog aspecten
van hun eigen cultuur  kan onderdeel van Schoolsystemen kunnen de effecten van
integratie proces zijn ongelijkheid modereren. Dit is afhankelijk van:

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper rosalieteepe. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,36. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 70055 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€8,36
  • (0)
  Kopen