Samenvatting Overeenkomstenrecht
Contents
Leerdoelen .............................................................................................................................................................. 2
LE 1 – Inleiding overeenkomstenrecht ................................................................................................................... 3
Leerdoelen LE1 ................................................................................................................................................... 4
Leereenheid 2 Wil, verklaring, vertrouwen ............................................................................................................ 5
Arresten.............................................................................................................................................................. 9
Leereenheid 3 - Vertegenwoordiging ................................................................................................................... 12
Arresten............................................................................................................................................................ 15
Leereenheid 4 – Handelingsbekwaamheid en de overeenkomst in strijd met de wet ........................................ 17
Leereenheid 5 – Dwaling en bedrog ..................................................................................................................... 19
Arresten............................................................................................................................................................ 23
Leereenheid 6 – Bedreiging, misbruik van omstandigheden ............................................................................... 24
Arresten............................................................................................................................................................ 27
Leereenheid 7 – Algemene voorwaarden ............................................................................................................ 28
Arresten............................................................................................................................................................ 31
Leereenheid 8 – Uitleg en aanvulling van overeenkomsten ................................................................................ 32
Arresten............................................................................................................................................................ 34
Leereenheid 9 – Derogerende werking van de redelijkheid en billijkheid ........................................................... 35
Arresten............................................................................................................................................................ 38
Bijeenkomst 21-12-2018....................................................................................................................................... 40
Leereenheid 10 – Ontbinding en non-conformiteit.............................................................................................. 42
Leereenheid 12 – Kenmerken en ontstaan van de verbintenis ............................................................................ 45
Leereenheid 13 – Nakoming van verbintenissen / betaling en subjecten der betaling ....................................... 47
Leereenheid 14 - Opschortingsrechten ................................................................................................................ 48
Leereenheid 15 – Niet nakoming van verbintenissen / vorderingen tot nakoming en schadevergoeding .......... 50
Arresten............................................................................................................................................................ 51
Leereenheid 16 – Niet nakoming van verbintenissen / ontbinding ..................................................................... 52
Arresten............................................................................................................................................................ 53
Leereenheid 17 – Het einde van de verbintenis / afstand, rechtsverwerking, vermenging, verval en verjaring . 54
,Verplichte tentamenstof:
- Indien in een reader de aanwijzing ‘Bestudeer ...’ (stof van het tekstboek) staat, betekent dit dat het
gaat om verplichte tentamenstof.
- Met de aanwijzing ‘Lees ...’ (stof van het tekstboek) in het reader wordt aangeduid dat dit gedeelte
van de stof slechts dient ter ondersteuning en toelichting.
- De reader is in zijn geheel verplichte tentamenstof (incl. opmerkingen over arresten die niet in de
jurisprudentiebundel zijn opgenomen).
- De arresten behoren tot de verplichte stof (incl. de noot). U dient zich bij het bestuderen te
concentreren op de regel(s) en gezichtspunten die door de Hoge Raad in het arrest zijn geformuleerd.
- Jurisprudentie die in het studiemateriaal wordt vermeld, maar die niet is opgenomen in de bundel,
behoeft u slechts te kennen voor zover zij wordt behandeld in tekstboeken of reader.
- De opgaven op Youlearn, met name de afsluitende vragen van de zelftoetsen en de in de herhalings-
en eindtoetsen opgenomen vragen, bestaan in belangrijke mate uit oude tentamenvragen.
- Met het oog op het tentamen wordt u dringend aangeraden alle casusposities op Youlearn zelf op te
lossen en uit te schrijven, waarna u aan de hand van de antwoordmodellen kunt controleren of u het
juiste antwoord hebt gegeven.
Leerdoelen
Leerdoelen deel I
Na bestudering van deel 1 (LEH 1 tot 10) dient u onder andere:
- het rechtsbegrip ‘overeenkomst’ te kunnen definiëren
- inzicht te hebben in de vereisten voor een geldige totstandkoming en geldige inhoud van de
overeenkomst
- inzicht te hebben in de gronden waarop een overeenkomst nietig dan wel vernietigbaar kan zijn en de
wijzen waarop een overeenkomst kan worden vernietigd
- inzicht te hebben in de gevolgen van de overeenkomst ten aanzien van derden
- het overeenkomstenrecht (met name de koopovereenkomst) in casusposities te kunnen toepassen.
Leerdoelen deel II
Na bestudering van deel 2 (LEH 12 tot 17) dient u onder andere:
- inzicht te hebben in het ontstaan en de kenmerken van de verbintenis
- inzicht te hebben in de wijzen waarop een verbintenis kan worden nagekomen
- inzicht te hebben in de gevolgen van niet-nakoming van een verbintenis (schadevergoeding en
ontbinding)
,LE 1 – Inleiding overeenkomstenrecht
Een rechtshandeling is een handeling met een beoogd rechtsgevolg. Een rechtshandeling vereist een op een
rechtsgevolg gerichte wil die zich door een verklaring heeft geopenbaard (art. 3:33 BW). Rechtshandelingen
zijn onder te verdelen in eenzijdige en meerzijdige rechtshandelingen.
Gericht
Eenzijdig
Ongericht
Rechtshandeling Obligatoire overeenkomst
(Boek 3) (art. 6:213 - 6:279)
Overeenkomsten
Meerzijdig
Overige meerzijdige
rechtshandelingen
Eenzijdige rechtshandelingen worden onderverdeeld in ongerichte en gerichte (bijv. een testament)
Meerzijdige rechtshandelingen zijn te onderscheiden in overeenkomsten en andere meerzijdige
rechtshandelingen (bijv. een algemene vergadering van aandeelhouders).
Rechtshandelingen zijn in Boek 3, als onderdeel van het vermogensrecht in het algemeen, geregeld. De
obligatoire of verbintenis scheppende overeenkomst (art. 6:213 BW), als meerzijdige rechtshandeling een
species van de rechtshandeling, is in het aan het verbintenissenrecht gewijde Boek 6 geregeld (art. 6:213 –
6:279).
Schakelbepalingen kunnen bepaalde regels van overeenkomstige toepassing verklaren op gevallen die zij op
grond van hun plaatsing in het BW niet bestrijken – wettelijke analogie (art. 3:59, 3:78, 6:216, 6:261 lid 2 BW).
Let bij toepassing van de schakelbepalingen op de voorbehouden die daarin worden gemaakt.
Onderverdeling obligatoire overeenkomsten
Consumentenkoop wordt gedefinieerd als de koop met betrekking tot een roerende zaak, die wordt besloten
door een verkoper die handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf, en een koper, natuurlijk persoon,
die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf. Bij consumentenkoop is Titel 1 van Boek 7 vrijwel
geheel van dwingend recht (art. 7:6 lid 1 BW).
Het conformiteitsvereiste: Bij een koopovereenkomst bepaalt artikel 7:17 BW dat de door de verkoper
afgeleverde zaak aan de overeenkomst moet beantwoorden.
Een onbenoemde overeenkomst is een overeenkomst die niet uitdrukkelijk in de wet is geregeld (Titel 3.2 en
6.5). Gemengde overeenkomsten vertonen de typische kenmerken van twee of meer benoemde
overeenkomsten (bijv. pensioenovereenkomst).
In beginsel moeten de regels van de benoemde contracten naast elkaar worden toegepast. Op deze regels
wordt een uitzondering gemaakt voor zover: deze bepalingen niet verenigbaar zijn, of- de strekking van die
bepalingen – in verband met de aard van de overeenkomst – zich tegen toepassing verzet.
Een hoofdovereenkomst is een overeenkomst, die zelfstandig een reden van bestaan heeft, zoals bijvoorbeeld
alle benoemde overeenkomsten. De hulpovereenkomst is een overeenkomst die wordt aangegaan in
afhankelijkheid van een buiten haar liggende rechtsverhouding.
, Een voorovereenkomst is een hulpovereenkomst waarin een partij zich verbindt (of beide partijen zich
verbinden) tot het tot stand brengen van een andere overeenkomst in de toekomst en waarvan de inhoud
althans in hoofdzaken voldoende bepaald of bepaalbaar is.
Een voortbouwende overeenkomst is een hulpovereenkomst die afhankelijk is van een bestaande
rechtsverhouding.
Hoofdovereenkomst
Voortbouwende
Hulpovereenkomst Voorovereenkomst
overeenkomst
Leerdoelen LE1
• Het vermogensrecht is in het BW opgenomen in de boeken 3-8.
• Het vermogensrecht wordt traditioneel onderverdeeld in het goederenrecht (boeken 3 en 5) en het
verbintenissenrecht (boeken 3, 6,7 en 8).
• Het BW geeft geen definitie van het rechtsbegrip verbintenis. Een gangbare definitie is: een
vermogensrechtelijke rechtsbetrekking tussen twee of meer personen op grond waarvan een partij
(de schuldeiser of crediteur) tot een bepaalde prestatie gerechtigd is en de wederpartij (de
schuldenaar of debiteur) tot die prestatie verplicht is.
• De wet verbindt aan het bestaan van verbintenissen ingrijpende rechtsgevolgen namelijk; de
bevoegdheid van de schuldeiser om nakoming van de verbintenis in rechte af te dwingen (art. 3:296
BW) en de bevoegdheid van de schuldeiser om na een veroordelend vonnis zijn vordering op alle
goederen van zijn schuldenaar te verhalen (art. 3:276 BW).
• Verbintenissen kunnen slechts ontstaan, indien dit uit de wet (art. 6:1 BW) voortvloeit (dan wel
passend in het stelsel van de wet en aansluitend bij wel in de wet geregelde gevallen, HR 30 januari
1959, NJ 1959, 548 Quint-Te Poel).
• Een natuurlijke verbintenis is een rechtens niet-afdwingbare verbintenis (art. 6:3 lid 1 BW). De
schuldeiser van een natuurlijke verbintenis kan derhalve geen gebruik maken van art. 3:296 BW.
• De belangrijkste bron van verbintenissen is de verbintenisscheppende (obligatoire) overeenkomst
(art. 6:213 BW). Andere bronnen van verbintenissen zijn onrechtmatige daad (art. 6:162 BW),
zaakwaarneming (art. 6:198 BW), onverschuldigde betaling (art. 6:203 BW) en ongerechtvaardigde
verrijking (art. 6:212 BW). Ook in andere boeken van het BW worden bronnen van verbintenissen
aangewezen zoals alimentatieverplichtingen (art. 1:157 BW en 1:392 BW). Ook buiten het BW worden
in wetsbepalingen bronnen van verbintenissen genoemd, zoals bijv. art. 185 WVW.