Sam
SAMENVATTING CP
2018/2019
Blok 1 Verpleegkunde
Christelijke hogeschool Ede
Leerjaar 1
,Indicatoren:
Communicatie
Bij communicate ilt de ene persoon iets aan de ander laten eten, vaak be ust, met een
vooropgezete bedoeling, maar soms ook onbe ust.
Degene die spreekt of op een andere ijze informate geef, noemen e de zender.
Degen tot ie de informate is gericht, degene die luistert, kijkt, ruikt, tast of proef noemen
e de ontvanger.
Datgene at de zender aan de ontvanger il laten eten, noemen e de boodschap.
Dit alles vindt plaats in de context van de situate aarin beiden zich bevinden.
De boodschap ordt via een kanaal doorgegeven. Dit gebeurt in een gesprek (face to face)
of via schrif, telefoon, radio, televisie, computer of smartphone.
De informate ordt geëncodeerd, en omgezet in een door de zender gekozen code
(encoderen). De ontvanger, op zijn beurt, ontcijfert de boodschap (decoderen).
Non-verbaal: knikken, schudden
Verbaal: hummen, ja/nee (geen oké), oh?
e-in vernieu en, nieu onder erp
e-ex doorgaan op gesprek
Doorvragen
- Vertel is.. – at maakt dat..
- Waarom.. – at bedoel je precies.. (juiste moment)
- Hoe zit dat.. – etc.
3 vragen- Verbaal en non-verbaal gedrag
Als je erop let, zal het je opvallen dat vrij el iedereen in een gesprek zijn hele lichaam inschakelt. Een
gesprek bestaat dus uit meer dan alleen oorden. Met je non-verbale gedrag, houding, mimiek en
gebarentaal, zend je dus evengoed boodschappen uit als met de oorden die je uitspreekt.
Wanneer e iets duidelijk illen maken, verpakken e de boodschap zo dat deze voor de ontvanger
begrijpelijk is. Zo kunnen e gebruikmaken van gesproken en geschreven taal, afeeldingen, tekens
of symbolen.
Non-verbale signalen blijken een sterkere erking te hebben dan de verbale inhoud van een
boodschap.
1
, Functess vans non-verbaals gedrag
Non-verbaal gedrag speelt een belangrijke rol in de omgang tussen mensen. Het kan daarbij
verschillende functes hebben:
Aanwijzingens gevens overs eigenschappen,s attudess ens identteit: door in de omgang te leten
op iemands non-verbale gedrag, krijg je meer en vaak ook betrou baarder informate over
zijn emotes en stemmingen, dan anneer je alleen afgaat op at de ander zegt.
Ondersteuns ens regulerens vans des verbales communicate: door non-verbale signalen als
knikken, gebaren, oogcontact, lichaamshouding en mimiek ordt een gesprek niet alleen op
gang gehouden, maar ordt de betekenis van at gezegd ordt ook nog eens extra
onderstreept.
Regulerens vans onderlinges verhoudingen: Non-verbaal gedrag heef ook ten doel onderlinge
de sociale orde te regelen. Mensen kunnen elkaar, op subtele ijze, laten merken elk
gedrag is toegestaan en elk niet.
Hets non-verbaals gedrags iss ops zichzelfs duidelijk:s in gesprekken zijn oorden niet altjd nodig
om instemming of afeuring te laten blijken.
Hets non-verbales gedrags ondersteunts hets verbale: dit is de meest voorkomende situate. Als
iemand zegt dat hij iets fjn vindt, hoort hij daarbij te glimlachen.
Hets non-verbales gedrags iss ins tegenspraaks mets hets verbale: anneer je bij iemand een
tegenstelling constateert tussen at hij zegt en at hij non-verbaal uitstraalt, kun je
daardoor ver arring orden gebracht.
Des maniers waarops iemands spreekt
alle klankvariates van de stem orden samengevat onder het begrip ‘paralinguïstsche aspecten’:
Artculate goed, overdreven, functoneel;
Spreekritme rustpunten;
Accentuering nadruk op bepaalde oorden;
Stop oordjes dus, hè, ik zeg…, te gek;
Volume fluisteren, luid;
Timbre klankkleur, prettige of schelle stem;
Melodie zangerig, monotoon;
Spraakgebrek stoteren;
Taalgebruik dialect, ABN;
Woordenschat uitgebreid of beperkt.
Lichaamstaals ens uiterlijkes kenmerken
lichaamstaal kent en een aantal aspecten, met name op het gebied van lichaamshouding en
motoriek:
Lopen
Ziten
De ijze van staan
Veel of einig be egen
Onze gezichtsuitdrukking
De ijze en frequente van ademhalen
Of en aar e onszelf aanraken
2