Om de kwaliteiten van het waterbeheer te waarborgen wordt door waterschappen eveneens
belasting geheven(waterschapsbelasting).
,Belastingen zijn onder te verdelen in Directe belastingen & Indirecte belastingen.
Directe belastingen worden geheven van inkomen, winst en vermogen. De eigenaar van het
inkomen betaalt zelf de belasting. Bij indirecte belastingen (ook wel kostprijsverhogende
belastingen genoemd).Wordt de waarde van een bepaald goed of een bepaalde dienst
verhoogd met belasting. (Omzetbelasting of BTW). Belastingen die worden afgewenteld op een
ander.
1.2 De kandidaat benoemt de meest voorkomende gemeentelijke belastingen:
Onroerendezaakbelasting, Precariobelasting, Forensenbelasting, toeristenbelasting,
parkeerbelasting, hondenbelasting, rioolrechten, reinigingsheffing.
Gemeenten heffen meerdere belastingen:
• Onroerendezaakbelasting: Wordt geheven bij woningen van de eigenaar en bij niet-
woningen: van de eigenaar en van de gebruiker.
• Reinigingsheffing: Afvalstoffenheffing en reinigingsrecht. Om de kosten voor het
inzamelen en verwerken van huisvuil. Voor het ophalen van het vuil wordt er
reinigingsrecht geheven.
• Rioolheffing (Rioolrechten): Elk huishouden of bedrijf is aangesloten op het
gemeentelijke rioleringsnet. Voor de kosten hiervan heffen gemeentes dit.
• Hondenbelasting: Voor houders van een hond.
• Precariobelastingen: Voor het hebben van voorwerpen in, op of boven de
gemeentegrond. (uithangbord).
• Baatbelasting: Speelt als een gemeente een fietspad aanlegt in een buitengebied. Dan
kunnen ze bij de eigenaren het geld terug heffen.
• Reclamebelasting: Voorwaarde is dat de aankondiging vanaf de openbare weg zichtbaar
moet zijn.
• Parkeerbelasting: Om parkeerbeleid mee te voeren. Een bon die bestaat uit twee
tarieven de te weinig betaalde parkeerbelasting en een naheffingsaanslag.
• Toeristen- en forensenbelasting: Als je buiten een gemeente verblijft, en
forensenbelasting is als je meer dan 90 keer per jaar buiten je woonplaats verblijft.
• Hondenbelasting: Voor de houders van een hond.
1.3 De kandidaat benoemt wie belastingplichtige is in de zin van de Wet op de
inkomstenbelasting
De personen van wie belasting wordt geheven heten belastingsubjecten(belastingplichtige).
- Nederlanders en Buitenlanders
- Meerderjarigen en minderjarigen
-Gehuwden en ongehuwden
- Ingezetenen en niet ingezetenen
, Voor het systeem zijn er twee categorieën:
- Natuurlijke personen die in Nederland wonen (Binnenlands belastingplichtigen)
- Natuurlijke personen die niet in Nederland wonen, maar wel een binnenlandse inkomen
genieten( Buitenlands belastingplichtigen).
Rechtspersoon en tegelijk ook onderneming zijn: NV, BV, Coöperatie en onderlinge
waarborgmaatschappij . Rechtspersonen vormen juridisch een afgescheiden en organisatie.
Diverse ondernemingsvormen zijn geen rechtspersoon: Eenmanszaak, Maatschap, Een
vennootschap onder firma of een commanditaire vennootschap zij vallen onder de
inkomstenbelasting.
Iemand die (permanent) in Nederland woont wordt een ingezetene genoemd. De binnenlandse
belastingplichtige wordt belast door zijn gehele inkomen, waar ter wereld hij het inkomen ook
heeft verdiend wordt het wereldinkomen genoemd. Nederland heeft met veel landen een
verdrag.
Inkomstenbelasting heffen:
- aangifte
- voorlopige aanslag
-controle
-definitieve aanslag.
1.4 De kandidaat motiveert voor een situatie of iemand inkomstenbelasting verschuldigd is.
Dit is het boxenstelsel berekenen. In het boek staan veel opdrachten op blz. 78.
https://www.youtube.com/watch?v=HiAqGMk-jOc&t=31s Schijven uitleg
https://www.youtube.com/watch?v=dRUwcIyVEwg Box 1 berekenen
https://www.youtube.com/watch?v=DG-IM2LgCko Box 2 & 3 berekenen
1.5 De kandidaat berekent voor een situatie en eventueel een gegeven heffingskorting
hoeveel inkomstenbelasting iemand schuldig is. ZIE 1.10 ONDERSTAANDE IS TE UITGEBREID!
Inkomstenbelasting wordt geheven over het totale (belastbare) inkomen dat de
belastingplichtige in een tijdvak van een jaar heeft genoten.
Boxenverdeling heeft een rangorderegeling
Box 1 : Inkomsten uit werk en woning kunnen onder meer uit de volgende bronnen afkomstig
zijn:
a. winst uit onderneming
De eerste inkomstenbron uit box 1 vormt de door de belastingplichtige gedreven onderneming.
De met de onderneming behaalde winst kan worden omschreven als het verschil tussen de
opbrengsten en kosten (nettoresultaat) dat aan de ondernemer in het belastingtijdvak
toekomt. De vraag is vervolgens wanneer kan er worden gesproken van een onderneming en
wie is de ondernemer?
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Saarraa. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,99. Je zit daarna nergens aan vast.