Hoofdstuk 2 De klassieke oudheid
§2.1 Griekse democrate
Athene in de 5e eeuw voor Christus
Griekenland bestond rond 500 voor Christus uit ongeveer 800 stadstaten, poleis genoemd. De
meeste stadstaten hadden maar een paar duizend inwoners, maar in Athene woonden in de 5 e eeuw
voor Christus zo’n 300.000 mensen. Omdat Athene aan het hoofd stond van de Delisch Atsche
Zeebond was Athene heel erg machtg. Dat kwam vooral omdat de andere poleis geld gaven aan
Athene om een oorlogsvloot te kunnen onderhouden. De Bond ontwikkelde zich zo tot een Atheens
Imperium en zelfs in vredestid moest men geld afdragen, wel of niet onder druk. Zo verwierf Athene
de hegemonie rond de Egeïsche Zee. Athene werd zo sterk tegenover Sparta, de grootste concurrent,
en profteerde van belastnggelden en de handel.
Athene bemoeide zich niet met de interne politek van de poleis. Men ging daarbii uit van het recht
van de burgers van een poleis om hun eigen stad te besturen. We noemen dit directe democrate
waarbii alleen Atheners die het burgerrecht hadden hun stem mochten uitbrengen. Dat burgerrecht
in de Volksvergadering kon alleen worden uitgeoefend door de volwassen, vriie mannen, arm of riik,
die van Atheense burgers afstamden.
Voordat Athene een democrate werd was er Aristocrate, waarbii een groep riike en belangriike
mannen de macht uitoefende en was ook Autocrate voorgekomen, daarbii had één man de macht
uitgeoefend, een tran genoemd. Daar kwam echter verandering in omdat tidens de oorlogvoering
de gewone burgers steeds belangriiker werden en daarom meer invloed eisten.
Men zorgde er nadien wel voor dat niet meer één iemand in staat bleek te veel macht te veroveren.
De belangriikste beslissingen werden genomen in de Volksvergadering. Deze Volksvergadering koos
een Raad van 500, als stadsbestuur, voor één iaar. Vanuit deze Raad werden 50 raadsleden gekozen
voor het dageliiks bestuur, voor een maand. Dit gebeurde elke keer opnieuw.
De Atheense rechtbank was in handen van een volksiury, die door het lot werden aangewezen en
ook de 10 generaals van het leger werden elk iaar opnieuw gekozen door de Volksvergadering. Dit
allemaal om een tran te voorkomen. Dreigde dit toch te gebeuren dan kon de Volksvergadering een
‘schervengericht’ houden. Hierbii schreven de burgers dan op een potscherf welke persoon te veel
macht had. Die persoon werd dan uit de poleis verbannen. We noemen dat ostracisme.
Denken over Wetenschap en Politek
Enkele belangriike Atheense denkers hebben zich afgevraagd of democrate nu wel het beste
bestuurssysteem was. Deze denkers noemen we flosofen, mensen die allerlei aspecten van het
bestaan onderzochten en stelden ingewikkelde vragen over het leven.
Een van de belangriikste Atheense flosofen was Socrates. Deze dwong door scherpe vragen te
stellen ziin tegenstanders hun eerste bewering weer in te laten trekken. Uiteindeliik werd hii in 399
voor Christus gedwongen de gifeker te drinken. Naast Socrates werd ook Plato bekend. Deze dacht
veel na over de vraag hoe ie een polis het beste kon besturen.
Een leerling van Plato, Aristoteles, stond kritsch tegenover de democrate. Iedere bestuursvorm kon
goed werken, maar ook op hun eigen manier gevaarliik konden worden. Hii was echter wel van
mening dat elke burger een politeke taak had, waarbii goede afspraken moesten worden gemaakt
zodat een goed en stabiel bestuur konden ontstaan. Ook kennis was een voorwaarde. Anders dan
Plato, richte hii zich vooral op het verzamelen en systematsch opschriiven van kennis en nam
daarbii afstand van de meer speculateve manier van denken van eerdere flosofen.
, §2.2 Het Hellenisme
Het riik van Alexander de Grote
Doordat de Griekse poleis door voortdurende onderlinge striid ernstg verzwakt waren geraakt en
nauweliiks meer in staat waren hun eigen buitenlandse politek te voeren wist Fhillipus, de koning
van Macedonië heel Griekenland onder ziin heerschappii te brengen. Ziin zoon Alexander de Grote
erfde het riik van ziin vader en vate het plan op om het hele Perzische Riik te veroveren. Het riik dat
Alexander stchte viel na ziin dood wel uit elkaar, maar in deze gebieden zou de Griekse cultuur nog
honderden iaren lang dominant ziin.
Griekse geschiedschriivers als Xenophon en Plutaches schreven dat toe aan een combinate van
Alexanders persoonliike eigenschappen en militair inzicht, ziin enorm doorzetngsvermogen en een
grenzeloos geloof in eigen kunnen en onvoorspelbaarheid.
Een andere verklaring was dat Alexander goed inspeelde op de tradites in de landen waarover hii
regeerde. In Egypte werd hii farao, in Perzië nam hii de bestuursstructuur over en stelde zich in
Griekenland aan het hoofd van het leger om hen van de Perzische overheersing te bevriiden.
Daarnaast streefde Alexander doelbewust naar een gemengde elite en een gemengd Macedonisch
inheems leger en stchte overal in het Riik op strategische plaatsen nieuwe steden die de naam
Alexandrië kregen. In die steden mengden zich lokale bewoners met Griekse en Macedonische
bewoners.
Hellenistsche cultuur in Azië en Egypte
Bii de dood van Alexander, was er geen erfeliike opvolger. Alexanders generaals veroverden in
burgeroorlogen delen van het Riik. Zo ontstonden in Egypte, Azië en Europa enkele grote
koninkriiken onder Griekstalige heersers, diadochen genoemd. Deze bleven bestaan totdat de
Romeinen ze stuk voor stuk innamen. Tiidens de heerschappii van de diadochen verspreidde de
Griekse cultuur zich over het hele oude Riik. Dit noemen we Hellenisme.
Dit uite zich in het bestuur en het gebruik van het Grieks als bestuurstaal. Na de dood van Alexander
was het afgelopen met de meest uitgesproken vorm van democrate. De volksvergaderingen bleven
wel bestaan, maar mochten alleen nog aan de heerser welgevallige besluiten nemen. In feite was de
Atheense democrate veranderd in een oligarchie.
Een ander aspect van het Hellenisme was dat de steden een Grieks uiterliik kregen, vooral in Egypte
en Azië, een rechthoekig stratenplan. Er kwamen theaters, gymnasia en tempels en de Griekse
beeldende kunst werd verspreid.
Maar niet ontkent kan worden dat de oosterse ideeën en opvatngen ook in de Griekse cultuur
doordrongen.
§2.3 De Romeinse Republiek
Het ontstaan en de uitbreiding van het Romeinse Riik
Het ontstaan van het Romeinse Riik is nooit een vooropgezet plan geweest en kwam door een
aaneenschakeling van gebeurtenissen. De behoefe aan veiligheid en de wens naar macht en roem
stmuleerden de opeenvolgende generates om gebieden te veroveren.
De veroveringsoorlogen:
Kosten veel geld
Vroegen om veel soldaten