Week 1: Inleiding en algemene vraagstukken van handhaving
Literatuur: Hoofdstuk 1.
Hoorcollege 1
Plaats in de opleiding
Accent op de bestuursrechtelijke kant van naleving en handhaving van recht. Soms ook verbintenissen met
privaat- en strafrechtelijke aspecten van rechtshandhaving en ook met EU-recht en mensenrechtenverdragen.
Rechtshandhaving is kernelement van democratische rechtsstaat. Als je regels en besluiten hebt, maar niet
effectueert, dat moet je niet willen in een rechtsstaat. Wat besloten is en regels die zijn gesteld, die moeten
leiden tot concreet gedrag. Voorbeeld van recent debatgebied is het vreemdelingenrecht, met name complexe
situatie van het kinderpardon. Lukt het niet, dan is rechtsstatelijkheid in het geding.
Tanden van het recht
Bij handhaving gaat het om ‘tanden van het recht’ volgens professor Duk. Het gaat niet alleen om woorden (het
gaat om opleggen van sancties), maar ook om daden (effectieve handhaving); law in the books + law in
action. Recht gaat dus niet alleen over regels, besluiten en intenties, maar ook over gedrag/handelen.
Rechtshandhaving en handhavingsrecht
Enerzijds het begrip rechtshandhaving en anderzijds het begrip handhavingsrecht. Twee kanten van de
medaille, maar ze zitten wel dicht bij elkaar: rechtsstaat vereist bepaald niveau van handhaving, maar ook
genormeerde, fatsoenlijke tenuitvoerlegging. Overheid is actief en wil bereiken wat beoogd is met de regels die
zijn gesteld (voorrecht van overheid die zaken kan afdwingen in rechtsstaat) en je wilt ook graag handhaving;
rechtshandhaving. Andere kant is sancties opleggen, maar burgers hebben recht op fatsoenlijke behandeling;
waarborgkant. Enerzijds instrument, waarborg anderzijds. Die moeten op elkaar betrokken zijn en er moet een
belangenafweging plaatsvinden. Je moet zorgen dat er een goede balans is tussen mate van rechtshandhaving
en toepassing van handhavingsrecht (bv. rechtsbescherming).
Zowel activeren van overheid als begrenzen van overheid. In veel situaties zijn er ook andere
belanghebbenden. Je hebt vaak driepartijenrelaties. Vergunningssituatie is typisch een situatie met
derdebelanghebbenden.
Enerzijds doorzettingsmacht bij de overheid, maar deze dient wel rechtmatig en correct te worden ingezet.
Waar hebben we het precies over?
Een aspect van rechtshandhaving is het opleggen van sancties. Voorbeelden van sancties: het opleggen en
innen van een bestuurlijke boete bij een verkeersovertreding en het intrekken van een vergunning vanwege het
niet nakomen van vergunningvoorschriften (belastende sanctie). Waarom bestuurlijke boete ipv strafrechtelijk?
Beperkte capaciteit van de rechterlijke macht, aard van bestraffing (strafrecht is zwaar middel voor zo’n lichte
overtreding als verkeersboete), snelheid van handelen, effectuering van binnenhalen van boetes.
Relevante begrippen:
• Naleving: wat burgers en bedrijven doen met het idee dat regels zijn gesteld en dat sprake is van naleving
door degenen tot wie die regels zijn gericht. Je hoopt dat bij regels die je stelt, sprake is van een spontane
mate van naleving (redelijkheid, noodzakelijkheid). Je moet ook rekening houden met een bepaalde mate
van niet-naleving.
• Uitvoering: er moet een uitvoeringsinstantie zijn die uitvoeringsbeslissingen neemt (bv. DUO). Intermediair
tussen wetgever en degene die belang heeft bij de regeling. Soms in ministeriele verantwoordelijkheid, soms
daarbuiten (bv. ZBO, voorbeelden: Svb, Uwv, RDW).
• Handhaving: alle dingen die worden gedaan om goede naleving van wet te bevorderen. Onderdeel daarvan
zijn sancties.
• Sancties: onderdeel van handhaving. Een reactie van de zijde van de overheid op een niet-naleving.
Verschillende systemen van sanctionering: bestuursrechtelijk (bv. bestuurlijke boete of last onder
dwangsom/bestuursdwang).
• Toezicht: toezicht op naleving van bepaalde regels. Periodiek wordt gekeken hoe het staat met de naleving.
Het zijn controles, niet primair gericht op het opleggen van sancties, maar kijken hoe de situaties in de
organisatie (bv. bedrijf of ziekenhuis) is. Toezicht wordt gedaan door organisaties die wij toezichthouders
noemen (bv. ACM, APG of inspecties).
• Opsporing: in domein van strafrecht (strafvordering). Gericht op zoeken naar overtredingen of misdrijven. Er
zijn (bijzonder) opsporingsambtenaren die dit doen. Vaak sprake van vermoeden van strafbaar feit, in
tegenstelling tot bij toezicht.
Betrokken partijen: burgers, bedrijven, belanghebbenden, bestuursorganen.