Aantekeningen colleges Neuropsychologie SPO 2023-2024
Inhoud
Aantekeningen colleges Neuropsychologie SPO 2023-2024
College 1 – 17 april 2024..................................................................................................................... 2
Powerpoint 1 - Waarom ontwikkelingsneuropsychologie? ............................................................. 2
Powerpoint 2 – Hersenontwikkeling (brain development) ............................................................. 9
College 2 – 24 april 2024 ................................................................................................................... 14
Powerpoint 2 – Thema: Grijze en witte stof .................................................................................. 14
Powerpoint 3 – Nature versus Nurture ......................................................................................... 18
College 3 – 1 mei 2024 ...................................................................................................................... 24
Powerpoint 4 - Nature – Nurture.................................................................................................. 24
College 4 – 8 mei 2024 ..................................................................................................................... 33
Powerpoint 6 - Effecten van maternale stress en angst………………………………………………..….…….. 33
Powerpoint 7 - cognitieve modellen/onderzoek ADHD ................................................................ 39
College 5 – 15 mei 2024 .................................................................................................................... 49
Powerpoint 8 - Comorbiditeit …………………………………………………………………………………….……………49
Powerpoint 5 – Innate is not innate/medische interventies (metabole stoornissen) ................... 54
College 6 – 22 mei 2024 .................................................................................................................... 56
Powerpoint 5 - Innate is not innate/medische interventies (metabole stoornissen) …………………56
Powerpoint 9 – Autisme ................................................................................................................ 63
,Aantekeningen colleges Neuropsychologie SPO 2023-2024
College 1 – 17 april 2024
Powerpoint 1 - Waarom ontwikkelingsneuropsychologie?
Key 1
- Definitie van ontwikkelingsneuropsychologie (Developmental neuropsychology)
- Studie van de hersenen en gedrag (Study of brain and behaviour)
- Waarom ontwikkelings? (Why developmental?)
Definitie van ontwikkelingsneuropsychologie
- Studie van hersenen en gedrag, en de opbouw van de hersenen
Waarom een ontwikkelingsperspectief? (1)
- Developmental disorder (ontwikkelingsstoornis)
* Deze problemen worden vroeg in de kindertijd ontdekt en vereisen vroegtijdige interventie om
daarmee samenhangende tekorten te minimaliseren en de ontwikkeling van niet-aangetaste functies
te beschermen.
* Hierbij weten we weinig over de oorzaak. We weten weinig over het verdere verloop.
- Acquired disorder (verkregen/verworven stoornis)
* Verschillende oorzaken, bijvoorbeeld een ongeluk
* Verschillende factoren kunnen hier in beeld worden gebracht: oorzaak, plaats, tijd
* Verschillende consequenties voor herstel: hersenen van kinderen ontwikkelen zich snel ->
Grotere plasticiteit – Kennard Principe
* Grotere kwetsbaarheid (vulnerability)
Kennard principe
- Grotere plasticiteit (reactie van de hersenen) bij kinderen, mogelijk kan er een re-organisatie
plaatsvinden en dit hoeft niet altijd gunstig te zijn
= Als het toch je noodlot is om een hersenbeschadiging op te lopen, kan het maar beter vroeg in de
ontwikkeling zijn
- Er is een tijd geweest dat het Kennard principe met ogen armen is ontvangen, nu NIET meer
- Bij spraak- en taalontwikkeling gaat het Kennard principe nog wel op, maar in z’n algemeenheid is
gebleken dat hoe eerder de problematiek zich ontwikkelt, hoe ernstiger de gevolgen zijn. Hoe jonger
hoe groter de kwetsbaarheid (vulnerability) is.
Waarom een ontwikkelingsperspectief? (2)
- Diagnose is verschillend tussen kinderen en volwassenen, ook is er een verschil in problematiek
- Het gedrag van kinderen verandert continu , waardoor het moeilijk is om te bepalen wanneer een
proces disfunctioneel is. Het gedrag gaat hand in hand met ontwikkelingsprocessen. De
ontwikkelingsprocessen in de hersenen gaan van achter naar voren. De prefrontale kwab is rond het
19/20/21e jaar volgroeid en dit kan worden gezien als een dirigent dat voor een orkest staat. De
dieper/midden gelegen hersendelen worden later overgenomen door de prefrontale kwab.
- Gedrag dat op de ene leeftijd als ‘normaal’ wordt beschouwd, word op een andere leeftijd als
afwijkend beschouwend evenals taal en zelfregulatie.
- Hetzelfde waarneembare gedrag kan op verschillende leeftijden worden gemedieerd door
verschillende onderliggende mechanismen -> stoornissen zijn niet onmiddellijk duidelijk.
- Niet alle gedragingen zijn voldoende ontwikkeld om op alle leeftijden direct meetbaar te zijn
,Overig - Waarom een ontwikkelingsperspectief? (2)
- Een reflex hoort bij een bepaald ontwikkelingsniveau
- Het kind is soms zo jong dat je het kind niet kan interviewen, je hebt daarom de omgeving nodig,
zoals opvoeders en leerkrachten. Dit brengt ook weer problemen met zich mee? Hoe
valide/betrouwbaar is het antwoord van leerkrachten/ouders?
- Leerkrachten en opvoeders verschillen in oordelen over de kinderen
- Een leerkrachtenoordeel wordt vaker als betrouwbaarder gezien, omdat een leerkracht per jaar wel
30 kinderen ziet
- Een nadeel van leerkrachtenoordelen is dat leerkrachten hun oordeel deels laten leiden door het
intellectueel vermogen van kinderen. Als een IQ bij een kind wat lager is, is de neiging bij
leerkrachten groter om te zeggen dat ze de ADHD-symptomatologie herkennen.
Waarom een ontwikkelingsperspectief? (3)
1. Prognose voor de ontwikkeling op lange termijn zijn om neurologische of anatomische redenen
minder duidelijk:
- Positieve consequenties van plasticiteit
- Negatieve consequenties van plasticiteit (iets verbeterd ten koste van iets anders):
Crowding = te druk, als de linkerhemisfeer (betrokken bij taal) is aangedaan en je gaat het kind testen
en ziet dat de taal/spraak bij het kind is aangedaan. De rechterhemisfeer is intact. Als je het kind een
paar jaar later gaat testen is de taal van het kind verbetert, dit kan omdat bepaalde taalgebieden
overgenomen zijn door de rechterhemisfeer. De rechterhemisfeer coördineert de ruimtelijke
oriëntatie en moet ook nog de taal/spraak op zich nemen. Het wordt te druk bij de rechterhemisfeer,
omdat het functies over moet nemen van de linkerhemisfeer. Hierdoor gaat de ruimtelijke oriëntatie
achteruit.
2. Om functionele of gedragsmatige redenen:
- Positief: gedragscompensatie
Een kind dat een bril heeft, beweegt meer heen en weer, zodat het licht goed valt. Het is een activatie
van het ondergeactiveerd zijn (onderactivatie van zenuwstelsel).
- Negatief: growing into deficit
Men is gewend om oorzaak en gevolg op eenzijdige manier te zien. De uitingsvormen vindt je pas
veel later terug in de tijd. (growing into deficit = de consequentie van de hersenbeschadiging wordt
pas op latere leeftijd opgemerkt)
Voorbeeld 1: als een kind nog niet in staat is om zelfstandig te lopen, maar je ziet de gevolgen pas als
het kind in staat is om te lopen.
Voorbeeld 2: als mensen afwijkende genen hebben, maar dit pas zichtbaar wordt als ze 60 jaar zijn
Growing into deficit is anders dan dat je de ziekte van Parkinson ontwikkelt. De problematiek komt
pas tot uiting als het gedrag er aanleiding tot geeft.
De diagnose is complexer als we het hebben over ontwikkelingsproblematiek bij kinderen in
vergelijking met ouderen. Ook de prognose is moeilijker in te schatten bij kinderen.
Voorbeeld van crowding
- Meisje, 7 jaar, laesie in de linker fronto-temporale hemisfeer
- De rechterhersenhelft zal de taalfuncties overnemen
- De rechterhersenhelft wordt dus druk en er zijn visueel-perceptuele problemen te verwachten
- IQ op de leeftijd van 7 jaar: geen specifiek visueel verwerkingstekort
- IQ 7 jaar later: het IQ-profiel vertoont nu het verwachte visuele verwerkingstekort
- Conclusie: de crowding-verschijnselen maken het opbouwen van een prognose bij kinderen
moeilijker dan bij volwassenen
, Voorbeeld: TBI (Traumatic brain injury) – Children t.o.v. volwassenen
- Dose response relation is hetzelfde: = Meer cerebrale pathologie leidt tot grotere beperkingen
Voorbeeld: iemand rijdt met een snelheid van 20 km/uur tegen een boom, een ander rijdt met 40
km/uur tegen dezelfde boom. 20 km/uur is de dose, response is één of andere problematiek.
De persoon met 40 km/uur zal een grotere problematiek/beperkingen ontwikkelen.
Echter:
- Bij volwassenen zijn de consequenties/gevolgen specifiek, dit komt omdat de functies van de
hersenen een plaats hebben gekregen in het brein.
- De problematiek/gevolgen van kinderen zijn globaler, bij volwassenen zijn 1, 2 of 3 vaardigheden
aangedaan, bij kinderen is de problematiek diverser/globaler, omdat de hersenen nog niet volgroeid
zijn. De functies hebben nog niet hun plaats gekregen.
TBI: children versus adults
- Herstelpatronen (recovery patterns) verschillen ten gunste van de meer volwassenen hersenen
(zie afbeeldingen hieronder)
- Bovenstaande opmerking is in strijd met het Kennard principe
- De uitkomsten van hersenletsel bij kinderen zijn meer variabel/globaler dan volwassenen
- Bij volwassenen onmiddellijke gevolgen, er is sprake van directe consequenties
- Bij kinderen is er sprake van een voortdurende cumulatieve interactie en vaak ontstaan globale
disfunctie en tekorten later in het leven (growing into deficits/groeien in tekorten)
Afbeeldingen: Leeftijd van hersentrauma en de consequenties daarvan op het IQ-niveau
- Bij het performance IQ hebben kinderen van 8-18 jaar een groter herstel 24 maanden na het
ongeluk
- Hoe jonger, hoe ernstiger de problematiek
Longitudinaal onderzoek - Het herstel van de kinderen is afhankelijk van:
- Aard en ernst van het letsel
- Premorbide vaardigheden: je denkt dat de lage scores het gevolg zijn van het ongeluk. Maar je bent
vergeten dat er premorbide vaardigheden, zoals ADHD, ook invloed hebben. Kinderen met ADHD zijn
meer betrokken bij ongelukken dan ‘normale’ kinderen.
- Ontwikkelingsniveau ten tijde van het letsel/de leeftijd van het kind
- De tijd vanaf het ongeval
- Stabiliteit van familie/gezin en SES